Artikel 9: Doelstellingen

8
Artikel 9
10

De Unie heeft tot doel;

  • een menselijke en harmonische ontwikkeling van de samenleving te verwezenlijken die met name berust op het streven naar volledige werkgelegenheid, de geleidelijke afschaffing van het bestaande gebrek aan evenwicht tussen haar regio's, de bescherming en de verbetering van de kwaliteit van het milieu en de wetenschappelijke en culturele vooruitgang van haar volkeren;
  • de economie van haar volkeren in het kader van een vrije interne markt met een stabiele munteenheid, met een evenwichtige betalingsbalans en met voortdurende economische groei, zonder discriminatie tussen onderdanen of ondernemingen van de Lid-Staten, verder tot ontwikkeling te brengen door het versterken van het vermogen van de Lid-Staten, hun burgers en ondernemingen om in saamhorigheid hun structuren en activiteiten aan de economische veranderingen aan te passen;
  • in de internationale betrekkingen de veiligheid, de vrede, de samenwerking, de ontspanning, de ontwapening en het vrije verkeer van personen en ideeën te bevorderen en de internationale betrekkingen op handels- en monetair gebied te verbeteren;
  • bij te dragen tot de harmonische en rechtvaardige ontwikkeling van alle volkeren ter wereld, ten einde hen in staat te stellen het onderontwikkelingsstadium en de honger te boven te komen en hun politieke, economische en sociale rechten volledig uit te oefenen.

Toelichting

In de toelichting bij dit ontwerp-Verdrag becommentarieerde Spinelli de beginselen en doelstellingen van de Unie als volgt:

  • 19. 
    Het ontwerp-Verdrag tot oprichting van de Europese Unie beschrijft een systeem van instellingen en bevoegdheden die, ook al wordt om redenen van continuïteit de communautaire terminologie gehandhaafd en worden de communautaire verworvenheden volledig overgenomen, belangrijke vernieuwingen ingevoerd die op de volgende beginselen zijn gebaseerd:
    • a) 
      bescherming en bevordering van de waardigheid van de individu in de democratische samenleving;
    • b) 
      eerbiediging van de fundamentele rechten van de burgers door de Unie bij de uitoefening van haar bevoegdheden en door de lid-staten die in geval van voortdurende schending van deze rechten of van de democratische beginselen sancties riskeren die zover kunnen gaan dat de staat van deelneming aan de activiteiten van de Unie wordt uitgesloten;
    • c) 
      subsidiariteitsbeginsel, volgens hetwelk de Unie slechts handelt ter uitvoering van taken die doelmatiger gemeenschappelijk kunnen worden verricht en in dat geval over de voor de aanpak en ontwikkeling van deze actie noodzakelijke instrumenten en procedures beschikt;
    • d) 
      uitdrukkelijke erkenning van de voorrang van het recht van de Unie boven het recht van de lid-staten;
    • e) 
      daadwerkelijke deelneming van de burgers van de Unie en van de lid-staten aan de besluitvorming;
    • f) 
      tenuitvoerlegging van de gemeenschappelijke besluiten op een zo dicht mogelijk bij de burgers gelegen niveau (staat, regio's, plaatselijke instanties), maar in het kader van een algemene uitvoerings- en controlebevoegdheid van de bevoegde instellingen van de Unie.
  • 21. 
    Deze behoeften zijn duidelijk omschreven, zowel in de interne doelstellingen van de Unie, waar de traditionele economische en sociale doelstellingen van de Gemeenschap gepaard gaan met het streven naar
    • volledige werkgelegenheid,
    • de afschaffing van de regionale onevenwichtigheden,
    • de milieubescherming, en
    • de noodzaak de Unie zodanig economisch te structureren dat zij het hoofd kan bieden aan economische veranderingen,

    alsook in haar naar buiten toe gerichte doelstellingen, waarbij talrijke aspecten van de internationaLe betrekkingen, ook op het gebied van politiek of veiligheid, de in de tekst overgenomen doelstellingen van economie en ontwikkelingsbeleid van de Gemeenschap vergezellen.

Inhoudsopgave van deze pagina:

1.

Ontwikkeling artikel

1984

De Unie heeft tot doel;

  • een menselijke en harmonische ontwikkeling van de samenleving te verwezenlijken die met name berust op het streven naar volledige werkgelegenheid, de geleidelijke afschaffing van het bestaande gebrek aan evenwicht tussen haar regio's, de bescherming en de verbetering van de kwaliteit van het milieu en de wetenschappelijke en culturele vooruitgang van haar volkeren;
  • de economie van haar volkeren in het kader van een vrije interne markt met een stabiele munteenheid, met een evenwichtige betalingsbalans en met voortdurende economische groei, zonder discriminatie tussen onderdanen of ondernemingen van de Lid-Staten, verder tot ontwikkeling te brengen door het versterken van het vermogen van de Lid-Staten, hun burgers en ondernemingen om in saamhorigheid hun structuren en activiteiten aan de economische veranderingen aan te passen;
  • in de internationale betrekkingen de veiligheid, de vrede, de samenwerking, de ontspanning, de ontwapening en het vrije verkeer van personen en ideeën te bevorderen en de internationale betrekkingen op handels- en monetair gebied te verbeteren;
  • bij te dragen tot de harmonische en rechtvaardige ontwikkeling van alle volkeren ter wereld, ten einde hen in staat te stellen het onderontwikkelingsstadium en de honger te boven te komen en hun politieke, economische en sociale rechten volledig uit te oefenen.

Toelichting

In de toelichting bij dit ontwerp-Verdrag becommentarieerde Spinelli de beginselen en doelstellingen van de Unie als volgt:

  • 19. 
    Het ontwerp-Verdrag tot oprichting van de Europese Unie beschrijft een systeem van instellingen en bevoegdheden die, ook al wordt om redenen van continuïteit de communautaire terminologie gehandhaafd en worden de communautaire verworvenheden volledig overgenomen, belangrijke vernieuwingen ingevoerd die op de volgende beginselen zijn gebaseerd:
    • a) 
      bescherming en bevordering van de waardigheid van de individu in de democratische samenleving;
    • b) 
      eerbiediging van de fundamentele rechten van de burgers door de Unie bij de uitoefening van haar bevoegdheden en door de lid-staten die in geval van voortdurende schending van deze rechten of van de democratische beginselen sancties riskeren die zover kunnen gaan dat de staat van deelneming aan de activiteiten van de Unie wordt uitgesloten;
    • c) 
      subsidiariteitsbeginsel, volgens hetwelk de Unie slechts handelt ter uitvoering van taken die doelmatiger gemeenschappelijk kunnen worden verricht en in dat geval over de voor de aanpak en ontwikkeling van deze actie noodzakelijke instrumenten en procedures beschikt;
    • d) 
      uitdrukkelijke erkenning van de voorrang van het recht van de Unie boven het recht van de lid-staten;
    • e) 
      daadwerkelijke deelneming van de burgers van de Unie en van de lid-staten aan de besluitvorming;
    • f) 
      tenuitvoerlegging van de gemeenschappelijke besluiten op een zo dicht mogelijk bij de burgers gelegen niveau (staat, regio's, plaatselijke instanties), maar in het kader van een algemene uitvoerings- en controlebevoegdheid van de bevoegde instellingen van de Unie.
  • 21. 
    Deze behoeften zijn duidelijk omschreven, zowel in de interne doelstellingen van de Unie, waar de traditionele economische en sociale doelstellingen van de Gemeenschap gepaard gaan met het streven naar
    • volledige werkgelegenheid,
    • de afschaffing van de regionale onevenwichtigheden,
    • de milieubescherming, en
    • de noodzaak de Unie zodanig economisch te structureren dat zij het hoofd kan bieden aan economische veranderingen,

    alsook in haar naar buiten toe gerichte doelstellingen, waarbij talrijke aspecten van de internationaLe betrekkingen, ook op het gebied van politiek of veiligheid, de in de tekst overgenomen doelstellingen van economie en ontwikkelingsbeleid van de Gemeenschap vergezellen.

1994

De Unie heeft in het kader van haar bevoegdheden als fundamentele doelstellingen:

  • in Europa de vrede, de eerbiediging van de democratie, economische en sociale vooruitgang, volledige werkgelegenheid en de eerbiediging van het milieu te waarborgen,
  • een juridische en economische ruimte zonder binnengrenzen te ontwikkelen op basis van het beginsel van een sociale markteconomie,
  • de lid-staten en hun burgers bij te staan bij hun aanpassing aan interne en externe veranderingen op economisch, politiek en sociaal gebied,
  • de culturele en spirituele ontplooiing van haar volkeren met inachtneming van hun diversiteit te bevorderen,
  • haar identiteit in internationaal verband te doen gelden door een gemeenschappelijk optreden ter bevordering van de vrede, de veiligheid en het ontstaan van een vrije en vreedzame wereldorde die gebaseerd is op rechtvaardigheid, recht, eerbiediging van het milieu en economische en sociale vooruitgang.
2003
  • 1. 
    De Unie stelt zich tot doel vrede, haar waarden en het welzijn van haar volkeren te bevorderen.
  • 2. 
    De Unie zet zich in voor een Europa van duurzame ontwikkeling op basis van evenwichtige economische groei en sociale rechtvaardigheid, met een vrije interne markt en een economische en monetaire unie, gericht op volledige werkgelegenheid en de totstandbrenging van hoge niveaus van concurrentievermogen en levensstandaard. Zij bevordert de economische en sociale samenhang, de gelijkheid van mannen en vrouwen, alsmede milieubescherming en sociale bescherming, en werkt aan wetenschappelijke en technische vooruitgang, met inbegrip van de ontdekking van de ruimte. Zij bevordert de solidariteit tussen de generaties en tussen de staten, alsmede gelijke kansen voor iedereen.
  • 3. 
    De Unie vormt een ruimte van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid, waarin haar gemeenschappelijke waarden worden ontwikkeld, en de rijkdom van haar culturele verscheidenheid wordt geëerbiedigd.
  • 4. 
    Bij de verdediging van de onafhankelijkheid en de behartiging van de belangen van Europa streeft de Unie ernaar haar waarden wereldwijd ingang te doen vinden. Zij draagt bij aan de duurzame ontwikkeling van de aarde, de solidariteit en het wederzijds respect tussen de volkeren, de uitbanning van armoede en de bescherming van de rechten van kinderen, strikte nakoming van de internationaal aanvaarde wettelijke verbintenissen en vrede tussen de staten.
  • 5. 
    Deze doelstellingen worden nagestreefd met passende middelen, afhankelijk van de mate waarin de desbetreffende bevoegdheden bij deze Grondwet aan de Unie zijn toegewezen.

2.

Toelichting

Doel van dit artikel is een opsomming te geven van de algemene doelstellingen waarin het bestaan zelf van de Unie en haar optreden ten behoeve van haar burgers op een meer horizontale manier worden gerechtvaardigd; het is niet de bedoeling een opsomming te geven van de specifieke doelstellingen die met de verschillende beleidsvormen van de Unie worden nagestreefd en die in het tweede deel van het Verdrag aan bod zullen komen.

Derhalve moet het fundamentele verschil tussen dit artikel en artikel 2 i worden beklemtoond: terwijl in artikel 2 basiswaarden worden vastgelegd die de Europese volkeren het gevoel moeten geven deel uit te maken van dezelfde "Unie", wordt in artikel 3 een opsomming gegeven van de voornaamste doelstellingen die de oprichting van een Unie met het oog op de gezamenlijke uitoefening van bepaalde bevoegdheden op Europees niveau rechtvaardigen.

3.

Nederlandse amendementen

Betreft: Artikel 3, lid 2

Ingediend door: Frans Timmermans

D.d.: januari 2003

The Union shall work for a Europe of sustainable development based on balanced economic growth, a high level of protection and improvement of the quality of the environment and social justice, with a free single market, and economic and monetary union, aiming at full employment and generating high levels of competitiveness and living standards to meet the needs of the present generation with respect for the rights of future generations. It shall promote economic and social cohesion, equality between women and men, and environmental and social protection, and shall develop scientific and technological advance including the discovery of space. It shall encourage solidarity between generations and between Member States, and equal opportunities for all.

Explanation:

  • 1. 
    All three aspects of sustainable development, the economic, the social and the ecological, need to be expressed in this central statement of the Union's objectives.
  • 2. 
    The wording used is taken directly from the existing Treaty (art. 2, EC Treaty).
  • 3. 
    The wording used on the rights of future generations is taken from the Brundtland Report, the most commonly used definition of sustainable development.

Betreft: Artikel 3, lid 3

Ingediend door: Frans Timmermans

D.d.: januari 2003

The Union shall constitute an area of freedom, security and justice (in which its shared values are developed) in which the well-being of its people is promoted and the richness of (its) their cultural diversity is respected.

Betreft: Artikel 3, lid 4

Ingediend door: R. van der Linden, F. Timmermans, W. van Eekelen en J.J. van Dijk

D.d.: januari 2003

Bij de verdediging van de onafhankelijkheid en de behartiging van de belangen van Europa streeft de Unie ernaar haar waarden wereldwijd ingang te doen vinden. Zij draagt bij aan de duurzame ontwikkeling van de aarde, de solidariteit en het wederzijds respect tussen de volkeren, de uitbanning van armoede en de bescherming van de rechten van kinderen, strikte nakoming van de internationaal aanvaarde wettelijke verbintenissen en vrede tussen de staten. De Unie draagt bij tot de ontwikkeling van de internationale rechtsorde.

Betreft: Artikel 3, lid 4

Ingediend door: Frans Timmermans

D.d.: januari 2003

In defending Europe's independence and interests, the Union shall seek to advance its values in the wider world. It shall contribute to the sustainable development of the earth, solidarity and mutual respect among peoples, eradication of poverty and protection of (children's) human rights, strict observance of internationally accepted legal commitments, and peace between States.

Explanation:

I fully support the importance of the protection of children's rights. However, by specifically mentioning this group here, it raises the question whether other rights or treaties are less important.

2003
  • 1. 
    De Unie stelt zich ten doel de vrede, haar waarden en het welzijn van haar volkeren te bevorderen.
  • 2. 
    De Unie biedt haar burgers een ruimte van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid zonder binnengrenzen en een interne markt, waar vrije, onvervalste concurrentie heerst.
  • 3. 
    De Unie zet zich in voor een Europa van duurzame ontwikkeling op basis van een evenwichtige economische roei, met een sociale markteconomie, en streeft daarbij naar volledige werkgelegenheid en sociale vooruitgang.

    Zij streeft naar een hoog niveau van bescherming en van verbetering van de kwaliteit van het milieu. Zij bevordert wetenschappelijke en technische vooruitgang.

    Zij bestrijdt sociale uitsluiting en bevordert rechtvaardigheid en sociale bescherming, de gelijkheid tussen mannen en vrouwen, de solidariteit tussen de generaties en de bescherming van de rechten van het kind.

    Zij bevordert de economische, sociale en territoriale samenhang, en de solidariteit tussen de lidstaten.

    De Unie eerbiedigt haar rijke verscheidenheid aan culturen en talen en ziet toe op de instandhouding en de ontwikkeling van het Europees cultureel erfgoed.

  • 4. 
    In haar betrekkingen met de wereld buiten haar grenzen handhaaft en bevordert de Unie haar waarden en belangen. Zij draagt bij tot de vrede, de veiligheid, de duurzame ontwikkeling van de aarde, de solidariteit en het wederzijds respect tussen de volkeren, de vrije en eerlijke handel, de uitbanning van armoede en de bescherming van de mensenrechten, in het bijzonder van de rechten van kinderen, alsook tot de strikte nakoming en ontwikkeling van het internationaal recht, met inbegrip van de inachtneming van de beginselen van het Handvest van de Verenigde Naties.
  • 5. 
    Deze doelstellingen worden nagestreefd met passende middelen, afhankelijk van de bevoegdheden die daartoe bij deze Grondwet aan de Unie zijn toegewezen.
2003
  • 1. 
    De Unie stelt zich ten doel de vrede, haar waarden en het welzijn van haar volkeren te bevorderen.
  • 2. 
    De Unie biedt haar burgers een ruimte van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid zonder binnengrenzen, en een interne markt waar de mededinging vrij en onvervalst is.
  • 3. 
    De Unie zet zich in voor de duurzame ontwikkeling van Europa, op basis van een evenwichtige economische groei, van een sociale markteconomie met een groot concurrentievermogen die gericht is op volledige werkgelegenheid en sociale vooruitgang, en van een hoog niveau van bescherming en verbetering van de kwaliteit van het milieu. De Unie bevordert wetenschappelijke en technische vooruitgang.

    De Unie bestrijdt sociale uitsluiting en discriminatie, en bevordert sociale rechtvaardigheid en bescherming, de gelijkheid van mannen en vrouwen, de solidariteit tussen generaties en de bescherming van de rechten van het kind.

    De Unie bevordert de economische, sociale en territoriale samenhang, en de solidariteit tussen de lidstaten.

    De Unie eerbiedigt haar rijke verscheidenheid van cultuur en taal en ziet toe op de instandhouding en de ontwikkeling van het Europees cultureel erfgoed.

  • 4. 
    In haar betrekkingen met de wereld buiten haar grenzen handhaaft en bevordert de Unie haar waarden en belangen. Zij draagt bij tot de vrede, de veiligheid, de duurzame ontwikkeling van de aarde, de solidariteit en het wederzijds respect tussen de volkeren, de vrije en eerlijke handel, de uitbanning van armoede en de bescherming van de mensenrechten, in het bijzonder de rechten van kinderen, alsook tot de strikte nakoming en ontwikkeling van het internationaal recht, met inbegrip van de inachtneming van de beginselen van het Handvest van de Verenigde Naties.
  • 5. 
    Deze doelstellingen worden nagestreefd met passende middelen, afhankelijk van de bevoegdheden die daartoe in de Grondwet aan de Unie zijn toegewezen.
2003
  • 1. 
    De Unie stelt zich ten doel de vrede, haar waarden en het welzijn van haar volkeren te bevorderen.

De Unie bestrijdt sociale uitsluiting en discriminatie, en bevordert sociale rechtvaardigheid en bescherming, de gelijkheid van mannen en vrouwen, de solidariteit tussen generaties en de bescherming van de rechten van het kind.

De Unie bevordert de economische, sociale en territoriale samenhang, en de solidariteit tussen de lidstaten.

De Unie eerbiedigt haar rijke verscheidenheid van cultuur en taal en ziet toe op de instandhouding en de ontwikkeling van het Europees cultureel erfgoed.

  • 4. 
    In haar betrekkingen met de wereld buiten haar grenzen handhaaft en bevordert de Unie haar waarden en belangen. Zij draagt bij tot de vrede, de veiligheid, de duurzame ontwikkeling van de aarde, de solidariteit en het wederzijds respect tussen de volkeren, de vrije en eerlijke handel, de uitbanning van armoede en de bescherming van de mensenrechten, in het bijzonder de rechten van het kind, alsook tot de strikte nakoming en ontwikkeling van het internationaal recht, met inbegrip van de inachtneming van de beginselen van het Handvest van de Verenigde Naties.
  • 5. 
    De Unie streeft deze doelstellingen met passende middelen na, afhankelijk van de bevoegdheden die haar daartoe in de Grondwet aan de Unie zijn toegedeeld.

 

Noot [*] PDC bij lid 2

De IGC-Raad van 17-18 mei 2004 voegde "prijsstabiliteit" toe als doelstelling (document CIG 76/04, bekrachtigd door document CIG 79/04).

2004
  • 1. 
    De Unie heeft als doel de vrede, haar waarden i en het welzijn van haar volkeren te bevorderen.
  • 4. 
    In de betrekkingen met de rest van de wereld handhaaft de Unie haar waarden en belangen en zet zich ervoor in. Zij draagt bij tot de vrede, de veiligheid, de duurzame ontwikkeling van de aarde, de solidariteit en het wederzijds respect tussen de volkeren, de vrije en eerlijke handel, de uitbanning van armoede en de bescherming van de mensenrechten, in het bijzonder de rechten van het kind, alsook tot de strikte eerbiediging en ontwikkeling van het internationaal recht, met inbegrip van de inachtneming van de beginselen van het Handvest van de Verenigde Naties.
  • 5. 
    De Unie streeft deze doelstellingen met passende middelen na, naargelang van de bevoegd heden die haar daartoe in de Grondwet zijn toegedeeld.