Bijlage. Reglement, Letter C, behoorende tot Titul IV.
Van
-
-de wijze van aftreding en verkiezing der Leden van het Uitvoerend Bewind,
-
-het Vóórzitterschap,
-
-de wijze van Raadpleging,
-
-den post van Secretaris, en
-
-het Formulier wegens de afkondiging der Wetten, of het terugzenden eener Wet.
Inhoudsopgave van deze pagina:
- 1: Roulatie bij uittreden Leden
- 2: Procedure bij vervulling openvallende plaats
- 3: Procedure bij verschillende tijdstippen openvallen vacature
- 4: Procedure bij tusschentijdse benoeming
- 5: Verplichte vervulling vacature
- 6: Herkiesbaarheid mogelijk met tussenpoze van minstens één termijn
- 7: Ieder Lid is bij tourbeurt Voorzitter
- 8: Besluiten worden genomen tijdens Vergaderingen
- 9: Bereedeneerde voordragt of stemmotivatie in Notulen
- 10: Raadpleging besluiten
- 11: Stukken en berigten zijn voor alle Leden gelijk te raaplegen
- 12: Standplaatsgebondenheid
- 13: Reisbeperking na aftreden
- 14: Leden en hun familie niet benoembaar tot Hoge Ambten na aftreden
- 15: Aanstelling Secretaris
- 16: Boodschapper van Staat
- 17: Formulier voor afkondiging van ontvangen Wetten of Besluiten
- 18: Formulier bij terugzenden Wet aan Tweede Kamer
1: Roulatie bij uittreden Leden
Jaarlijks treedt een Lid van het Uitvoerend Bewind af, de eerste vier Jaaren bij loting, en, vervolgends, naar ouderdom van dienst.
2: Procedure bij vervulling openvallende plaats
Ter vervullinge der openvallende plaats, stelt de Eerste Kamer drie Persoonen voor.
Dezelven moeten zijn Bataafsche Burgers, oud veertig jaaren, geboren binnen de Republiek, hebbende binnen dezelve, geduurende de laatste twintig jaaren, hunne vaste woonplaats gehad, en geene Leden zijnde van het Vertegenwoordigend Lichaam.
De voorwaarde van vaste inwooning heeft geene betrekking tot die Bataven, die, in den Jaare 1787, genoodzaakt geweest zijn, wegens politieke vervolgingen, hun Vaderland te verlaten, mids daarin vóór den Jaare 1796 zijnde wedergekeerd.
Uit de drie voorgestelde Persoonen, verkiest de Tweede Kamer één Lid tot het Uitvoerend Bewind, binnen drie Dagen na ontvangst der benoeming.
De voorstelling word jaarlijks volbragt op 1 Junij.
Voorstelling en keus worden gedaan bij geheime stemming, en bij eene volstrekte meerderheid van stemmen der tegenwoordig zijnde Leden in iedere Kamer.
3: Procedure bij verschillende tijdstippen openvallen vacature
Indien ééne of twee plaatsen openvallen tusschen den 1 Maart en den 4 Junij, worden dezelve niet eerder vervuld, dan op den gewoonen tijd der verkiezing. In dat geval, nemen de overblijvende Leden tot zich één of meer hunner agenten, als provisoneele Adjuncten, tot op den tijd der vervulling.
Indien de vacature invalt in eenige andere Maand van het jaar, heeft er eene buitengewoone en onverwijlde vervulling plaats.
4: Procedure bij tusschentijdse benoeming
Hij, die tusschentijds benoemd word tot vervulling eener plaats, welke, naar de gewoone wijze, nog langer, dan één jaar, had moeten bekleed worden, treedt wederom af, zoodra deze tijd door hem vervuld is. Doch, indien zijn Voorganger zoude afgetreden zijn bij de eerstvolgende gewoone verkiezing, vervult hij, nevens den tijd van zijnen Voorganger, ook de vijf daaraan volgende jaaren, alsof hij ten gewoonen tijde gekozen ware.
5: Verplichte vervulling vacature
Niemand zal zig aan de op hem gevallen keus mogen onttrekken dan om wettige redenen, staande ter böordeeling der Eerste Kamer, of eene Commissie uit dezelve, aan welker uitspraak de gekozene zig zal moeten onderwerpen.
6: Herkiesbaarheid mogelijk met tussenpoze van minstens één termijn
Een aftredend Lid is niet weder verkiesbaar, dan na een tusschentijd van vijf Jaaren.
7: Ieder Lid is bij tourbeurt Voorzitter
Ieder Lid van het Uitvoerend Bewind zal, bij beurte, Voorzitter zijn, geduurende ééne Maand. Bij de eerste zitting, bepaalt het Lot de tourbeurten der Leden.
8: Besluiten worden genomen tijdens Vergaderingen
Bij het Uitvoerend Bewind worden geene besluiten genomen, nog eenige orders afgevaardigd, dan in de gewoone, of ook in zoodanige buitengewoone Vergaderingen, waartoe het blijkt, dat de Leden geroepen zijn.
Alle Notulen, zoo van gewoone als buitengewoone Vergaderingen, moeten ten minsten door drie Leden onderteekend zijn.
9: Bereedeneerde voordragt of stemmotivatie in Notulen
Ieder Lid is bevoegd, zijnen bereedeneerden voordragt in de Notulen te doen inschrijven; gelijk mede te doen aanteekenen, waarom hij tot een genomen besluit niet hebbe gestemd. Geene protesten worden aangenomen.
10: Raadpleging besluiten
Het Uitvoerend Bewind, des nodig oordeelende, raadpleegt, in afwezigheid van den Secretaris, mids, in zoodanig geval, de besluiten, door één der Leden, in een afzonderlijk geheim Register geschreven, en door allen, telken reize onderteekend worden.
11: Stukken en berigten zijn voor alle Leden gelijk te raaplegen
De bijzondere Leden van het Uitvoerend Bewind zijn verpligt, alle berigten, betreffende den Staat, of deszelfs betrekkingen, welken zij van de buitenlandsche Ministers dezer Republiek ontvangen, ter kennisse te brengen van het geheele Lichaam, om daarop het noodige regard te slaan, zonder immer eene afzonderlijke politieke of ministeriëele correspondentie te mogen houden.
12: Standplaatsgebondenheid
Niemand der Leden begeeft zich buiten de Residentie-Plaats, dan op last, of met uitdruklijke toestemming van het Bewind zelf. Dit, echter, word nimmer aan meer, dan één Lid te gelijk, vergund.
13: Reisbeperking na aftreden
Niemand, Lid geweest zijnde van liet Uitvoerend Bewind, kan zonder toestemming van het Vertegenwoordigend Lichaam, het grondgebied der Republiek verlaten, binnen twee Jaaren na deszelfs aftreding.
14: Leden en hun familie niet benoembaar tot Hoge Ambten na aftreden
Tot Secretaris van het Uitvoerend Bewind, gelijk mede tot deszelfs Agenten, tot Commissarissen, Leden van de Randen der Oost- en West-Indische Bezittingen, of ook tot buitenlandsche Gezanten, of derzelver Secretarissen, is niet benoembaar eenig Lid van het Uitvoerend Bewind, dan na verloop van twee jaaren zederd zijne aftreding, noch ook iemand, die aan één van deszelfs in dienst zijnde Leden, tot in den derden graad ingesloten, vermaagschapt is door bloedverwantschap of huwelijk, noch ook iemand, tenzij dertig jaaren oud, en de verdere vereischten, bij TITUL II van de Staatsregeling bepaald, bezittende.
15: Aanstelling Secretaris
De aanstelling van den gemelden Secretaris geschied door het Uitvoerend Bewind, volgends Instructie, door het Vertegenwoordigend Lichaam goedgekeurd.
16: Boodschapper van Staat
Het Uitvoerend Bewind, noch ook deszelfs Leden, als zoodanigen, verschijnen immer in de Vergaderingen van het Vertegenwoordigend Lichaam. De mededeeling van voordragten aan het laatste geschied door eenen Boodschapper van Staat.
17: Formulier voor afkondiging van ontvangen Wetten of Besluiten
Het Formulier, voor de afkondiging van ontvangen Wetten of Besluiten ( Acte van Staatsregeling, Art. 103), is, als volgt :
"Het Uitvoerend Bewind der Bataafsche Republiek doet te weten: Dat het Vertegenwoordigend Lichaam, op de wijze, bij de Staatsregeling vastgesteld, overwogen hebbende, dat enz. (Hier volgen de gronden, waarop het Besluit berust) besloten en verordend heeft:"
(Hier volgt het Besluit zelf.)
"Dienvolgends gelast het voorn. Bewind, in naam des Vertegenwoordigenden Lichaams, dat deze zal worden afgekondigd en aangeplakt alömme, waar zulks behoort."
18: Formulier bij terugzenden Wet aan Tweede Kamer
Het Formulier, waarvan zich het Uitvoerend Bewind bedient, bij het terugzenden van eene Wet aan de Tweede Kamer ( Akte van Staatsregeling, Art. 104), is dit:
"Dewijl de form, bij de Staatsregeling voorgeschreven, aan deze Wet ontbreekt, vermag het Uitvoerend Bewind dezelve niet te doen afkondigen."