Artikel 3: Bevoegdheden
Ten einde de in het voorgaand artikel genoemde doelstellingen te bereiken omvat de activiteit van de Gemeenschap onder de voorwaarden en volgens het ritme in dit Verdrag voorzien:
-
a)de afschaffing tussen de Lid-Staten van de douanerechten en de kwantitatieve beperkingen bij in- en uitvoer van goederen alsmede van alle overige maatregelen van gelijke werking,
-
b)de invoering van een gemeenschappelijk douanetarief en van een gemeenschappelijke handelspolitiek ten opzichte van derde Staten,
-
c)de verwijdering tussen de Lid-Staten van hinderpalen voor het vrije verkeer van personen, diensten en kapitaal,
-
d)het tot stand brengen van een gemeenschappelijk beleid op het gebied van de landbouw,
-
e)het tot stand brengen van een gemeenschappelijk beleid op het gebied van het vervoer,
-
f)de invoering van een regime waardoor wordt gewaarborgd dat de mededinging binnen de gemeenschappelijke markt niet wordt vervalst,
-
g)het toepassen van procedures welke het mogelijk maken het economisch beleid van de Lid-Staten te coördineren en de verstoring van het evenwicht in hun betalingsbalans tegen te gaan,
-
h)het nader tot elkaar brengen van de nationale wetgevingen in de mate waarin dat voor de werking van de gemeenschappelijke markt noodzakelijk is,
-
i)de vorming van een Europees Sociaal Fonds, ten einde de werkgelegenheid voor de werknemers te verbeteren en bij te dragen tot de verhoging van hun levensstandaard,
-
j)de oprichting van een Europese Investeringsbank bestemd om de economische groei van de Gemeenschap te vergemakkelijken door het aanboren van nieuwe hulpbronnen,
-
k)de associatie van landen en gebieden overzee, ten einde het handelsverkeer uit te breiden en in gezamenlijke inspanning de economische en sociale ontwikkeling te bevorderen.
1957
Ten einde de in het voorgaand artikel genoemde doelstellingen te bereiken omvat de activiteit van de Gemeenschap onder de voorwaarden en volgens het ritme in dit Verdrag voorzien:
-
a)de afschaffing tussen de Lid-Staten van de douanerechten en de kwantitatieve beperkingen bij in- en uitvoer van goederen alsmede van alle overige maatregelen van gelijke werking,
-
b)de invoering van een gemeenschappelijk douanetarief en van een gemeenschappelijke handelspolitiek ten opzichte van derde Staten,
-
c)de verwijdering tussen de Lid-Staten van hinderpalen voor het vrije verkeer van personen, diensten en kapitaal,
-
d)het tot stand brengen van een gemeenschappelijk beleid op het gebied van de landbouw,
-
e)het tot stand brengen van een gemeenschappelijk beleid op het gebied van het vervoer,
-
f)de invoering van een regime waardoor wordt gewaarborgd dat de mededinging binnen de gemeenschappelijke markt niet wordt vervalst,
-
g)het toepassen van procedures welke het mogelijk maken het economisch beleid van de Lid-Staten te coördineren en de verstoring van het evenwicht in hun betalingsbalans tegen te gaan,
-
h)het nader tot elkaar brengen van de nationale wetgevingen in de mate waarin dat voor de werking van de gemeenschappelijke markt noodzakelijk is,
-
i)de vorming van een Europees Sociaal Fonds, ten einde de werkgelegenheid voor de werknemers te verbeteren en bij te dragen tot de verhoging van hun levensstandaard,
-
j)de oprichting van een Europese Investeringsbank bestemd om de economische groei van de Gemeenschap te vergemakkelijken door het aanboren van nieuwe hulpbronnen,
-
k)de associatie van landen en gebieden overzee, ten einde het handelsverkeer uit te breiden en in gezamenlijke inspanning de economische en sociale ontwikkeling te bevorderen.
2002
-
1.Teneinde de in artikel 2 genoemde doelstellingen te bereiken, omvat het optreden van de Gemeenschap onder de voorwaarden en volgens het tijdschema waarin dit Verdrag voorziet:
-
a)het verbod tussen de lidstaten op douanerechten en kwantitatieve beperkingen bij in- en uitvoer van goederen alsmede van alle overige maatregelen van gelijke werking;
-
c)een interne markt, gekenmerkt door de afschaffing tussen de lidstaten van hinderpalen voor het vrije verkeer van goederen, personen, diensten en kapitaal;
-
d)maatregelen inzake binnenkomst en verkeer van personen, overeenkomstig titel IV;
-
e)een gemeenschappelijk beleid op het gebied van landbouw en visserij;
-
f)een gemeenschappelijk beleid op het gebied van het vervoer;
-
g)een regime waardoor wordt verzekerd dat de mededinging binnen de interne markt niet wordt vervalst;
-
h)het nader tot elkaar brengen van de nationale wetgevingen in de mate waarin dat voor de werking van de gemeenschappelijke markt noodzakelijk is;
-
i)het bevorderen van de coördinatie van het werkgelegenheidsbeleid van de lidstaten, teneinde het doeltreffender te maken door het ontwikkelen van een gecoördineerde werkgelegenheidsstrategie ;
-
j)een beleid op sociaal gebied, met inbegrip van een Europees Sociaal Fonds;
-
k)de versterking van de economische en sociale samenhang;
-
l)een beleid op het gebied van het milieu;
-
m)het versterken van het concurrentiever mogen van de industrie van de Gemeenschap;
-
n)het stimuleren van onderzoek en technologische ontwikkeling;
-
o)het aanmoedigen van het invoeren en ontwikkelen van trans-Europese netwerken;
-
p)een bijdrage tot het verwezenlijken van een hoog niveau van bescherming van de gezondheid;
-
q)een bijdrage tot onderwijs en opleiding van hoog gehalte en tot de ontplooiing van de culturen van de lidstaten;
-
r)een beleid op het gebied van ontwikkelingssamenwerking;
-
s)de associatie van landen en gebieden overzee, teneinde het handelsverkeer uit te breiden en in gezamenlijke inspanning de economische en sociale ontwikkeling te bevorderen;
-
t)een bijdrage tot de versterking van de consumentenbescherming;
-
u)maatregelen op het gebied van energie, civiele bescherming en toerisme.
-
-
2.Bij elk in dit artikel bedoeld optreden streeft de Gemeenschap ernaar de ongelijkheden tussen mannen en vrouwen op te heffen en de gelijkheid van mannen en vrouwen te bevorderen.