Dubbel mandaat: geen goed idee
In 2004 verbood de EU het dubbelmandaat en daarvoor waren goede redenen. Het tussen Den Haag en Brussel/Straatsburg pendelen doet aan beide parlementslidmaatschappen geen recht. Voor Europarlementariërs zijn intensieve contacten met medeleden in met name parlementaire commissie van groot belang. Beide lidmaatschappen (in het Europees Parlement en de Tweede Kamer) vragen honderd procent aandacht. Wie beide combineert, moet onvermijdelijk te veel concessies doen.
Voor overleg met Haagse collega's is een dubbelmandaat overbodig; daarvoor zijn genoeg andere mogelijkheden, zeker gezien de moderne communicatiemogelijkheden. Er is bovendien al voorzien in de mogelijkheid dat Nederlandse Europarlementariërs in de Tweede Kamer kunnen spreken over Europese onderwerpen (artikel 55a RvO Tweede Kamer). In de praktijk bleek sinds 1979 aan de mogelijkheid van het dubbelmandaat overigens vrijwel geen behoefte te bestaan.
Belangrijk argument is ten slotte dat het dubbelmandaat de positie miskent van het Europees Parlement en van haar leden. Dat parlement is er niet om nationale belangen te dienen, maar juist om oog te houden op het boven-nationale, gemeenschappelijke EU-beleid.
Lees ook
Deze bijdrage verscheen in de Hofvijver van 19 december 2011.