Moralistisch Nederland blij met dierenpolitie
Een nest jonge katten uit het riool vissen, een verwaarloosde hond of illegale slang van zijn eigenaar bevrijden. Volgens het nieuwe regeerakkoord krijgt Nederland op korte termijn een telefonisch meldpunt voor dierenleed én een heuse dierenpolitie. Typisch iets voor moralistisch Nederland, vindt cultuurfilosoof Paul Cliteur.
Dieren hebben rechten, en de naleving daarvan moet gehandhaafd worden, vindt de Partij voor de Vrijheid van Geert Wilders. Een speciale dierenparagraaf in het nieuwe regeerakkoord voorziet daarom in de aanstelling van tenminste 500 politieagenten die zich speciaal moeten bezighouden met het controleren op en bestrijden van mogelijk dierenleed. Een beetje zoals in het populaire televisieprogramma 'Animal Cops', waarin Amerikaanse agenten zich inzetten voor het bestrijden van dierenleed.
Het plan komt uit de koker van de Partij voor de Vrijheid, die de nieuwe regering gedoogsteun verleent. De partij krijgt vooral publiciteit vanwege het uitgesproken felle anti-islam standpunt. Toch blijkt de PVV zich over meer zaken druk te kunnen maken, en wel zozeer dat het expliciet in het regeerakkoord is opgenomen. Niet uit angst dat schapen 'halal' op een naar het oosten gericht balkon worden geslacht. De partij bekommert zich al langer om dierenrechten.
Symboolpolitiek
Het idee van de Animal Cops kan rekenen op grote instemming en belangstelling. Nederlandse opleidingsinstituten worden overstelpt met de vraag of voor de dierenpolitie ook een passende studierichting is. Ook op de website van de Wereldpolitie meldden zich al animal cops in spé.
Het idee is 'makkelijke symboolpolitiek', vinden critici. Maar cultuurfilosoof en dierenrechtenactivist Paul Cliteur vindt dat de partij zich in zekere zin kwetsbaar opstelt. 'Je kunt er ook tegen zijn en roepen: we kunnen dat geld beter besteden om boeven te vangen. Het geeft in ieder geval aan dat dierenrechten steeds belangrijker worden gevonden in Nederland.'
Partij voor de Dieren
De Hollandse 'dierenliefde' vindt al langer weerklank in het politieke debat. De Partij voor de Dieren zet zich uitsluitend in voor dierenwelzijn. Twee zetels in het parlement heeft deze partij maar liefst, wat tamelijk uniek is in de Europese politiek.
'In zeker zin is dierenwelzijn een luxe-issue', erkent cultuurfilosoof Cliteur. 'Een eskimo kan het zich niet permitteren om tegen het eten van zeehondenvlees te zijn. Maar in een tijd waarin de geesten zeer verdeeld zijn in de Nederlandse politiek, zoeken de kiezers naar een vluchtheuvel met een duidelijk moreel standpunt. Zoals dierenrechten. Nederlanders zijn toch enorme moralisten. Tenminste, zolang het niet teveel kost.'
Pijn
Een dubbele moraal dus, waar Marianne Thieme van de Dierenpartij ook op lijkt te wijzen in haar reactie op het PVV-plan. Volgens de Dierenpartij zit de pijn hem in Nederland vooral in de bio-industrie, en niet zozeer bij een handvol misbruikte huisdieren.
'Kun je ook bellen naar dat noodnummer als je langs een varkensstal rijdt waar dieren stelselmatig worden opgesloten in te kleine ruimtes?’ vraagt Thieme retorisch. Maar die kritiek schuift PVV-woordvoerder Dion Graus terzijde. De dierenpolitie is er volgens hem óók voor 'de bio-industrie, wilde dieren en circusdieren'.