Artikel 18: Troonopvolging bij ontstentenis mannelijk oir
Wanneer de Koning zonder nakomelingschap sterft, en er geen mannelijk oir uit het huis van Oranje-Nassau overig is, volgt hem zijne naaste bloedverwante, mits van den Koninklijken Huize zijnde, op, en wordt mede bij voor-overlijden, door hare afstammelingen gerepresenteerd.
Wanneer de Koning zonder nakomelingschap sterft, en er geen mannelijk oir uit het huis van Oranje-Nassau overig is, volgt hem zijne naaste bloedverwante, mits van den Koninklijken Huize zijnde, op, en wordt mede bij vooroverlijden, door hare afstammelingen gerepresenteerd.
Bij ontstentenis van een opvolger, krachtens een der drie voorgaande artikelen tot de Kroon geregtigd, gaat deze over op de Prinses, door geboorte tot het huis van Oranje-Nassau behoorende, die den laatstoverleden Koning, in de lijn der afstamming van wijlen Koning Willem Frederik, Prins van Oranje-Nassau, het naast bestaat.
Bij gelijken graad van verwantschap heeft de eerstgeborene den voorrang.
Is de bedoelde bloedverwante des Konings voor hem overleden, dan treden hare nakomelingen in hare plaats, des dat de mannelijke lijn voor de vrouwelijke en de oudere voor de jongere en in iedere lijn de mannelijke tak voor den vrouwelijken, de oudere voor den jongeren en in iederen tak mannen voor vrouwen en ouderen voor jongeren gaan.
Bij ontstentenis van een opvolger, krachtens een der drie voorgaande artikelen tot de Kroon gerechtigd, gaat deze over op den man of de vrouw, die den laatstoverleden Koning, in de lijn der afstamming van Hare Majesteit Koningin WILHELMINA i, Prinses van Oranje-Nassau, het naast, doch niet verder dan in den derden graad van bloedverwantschap, bestaat.
Bij gelijken graad van bloedverwantschap hebben mannen boven vrouwen en heeft daarna de eerstgeborene den voorrang.
Vervalt.