Artikel 116: Krijgsvolk onderworpen aan burgerlijken regter in civiele zaken

115
Artikel 116
117

Het krijgsvolk te water en te lande is, met betrekking tot alle civiele zaken, onderworpen aan den burgerlijken regter.

1.

Ontwikkeling artikel

1798

In tijd van Vrede, kan, in crimineele gevallen, eene herziening der Vonnissen van genoemde Garnisoens-Krijgsraaden gevorderd worden, om te beöordeelen, of de straf, bij de Wet bepaald, naar behooren is toegepast.

In dat geval, dienen de vijf oudste Hoofd-Officieren van de Brigade, en de naastbijzijnde Auditeur-Militair, mids niet in dezelfde zaak bij den Krijgsraad gediend hebbende.

1801

Het Krijgsvolk te Water en te Lande blyft, met betrekking tot alle Civile Zaken en commune delicten, onderworpen aan den Burgerlyken Rechter.

1805

Het Krijgsvolk te Water en te Lande blijft, met betrekking tot alle civiele zaken en commune delicten, onderworpen aan den Burgerlijken Regter.

1806

Het Krijgsvolk te Water en te Lande blijft, met betrekking tot alle civile zaken en commune delicten, onderworpen aan den Burgerlijken Regter.

1814

Het krijgsvolk te water en te lande is, met betrekking tot alle civiele zaken, onderworpen aan den burgerlijken regter.

1815: art 189, 1840: art 187