Achtste hoofdstuk. Van den Godsdienst, het Openbaar Onderwijs en het Arm-Bestuur.
Inhoudsopgave van deze pagina:
- 133: Vorst belijdt de christelijke hervormde Godsdienst
- 134: Gelijke bescherming bestaande Godsdiensten; geen discriminatie op basis van Godsdienst
- 135: Openbare uitoefening van Godsdienst
- 136: Christelijke hervormde kerk wordt met openbare middelen gesteund
- 137: Handhaving bestaande toelagen aan de andere gezindheden
- 138: Andere gezindheden kunnen toelage aanvragen bij Vorst
- 139: Vorst houdt toezicht over alle godsdienstige gezindheden
- 140: Openbaar onderwijs
- 141: Armbestuur en opvoeding der arm-kinderen
133: Vorst belijdt de christelijke hervormde Godsdienst
De christelijke hervormde Godsdienst is die van den Souvereinen Vorst.
134: Gelijke bescherming bestaande Godsdiensten; geen discriminatie op basis van Godsdienst
Aan alle bestaande Godsdiensten wordt gelijke bescherming verleend; de belijders van dezelve genieten dezelfde burgerlijke voorregten en hebben gelijke aanspraak op het bekleeden, van waardigheden, ambten en bedieningen.
135: Openbare uitoefening van Godsdienst
Alle openbare uitoefening van Godsdienst wordt toegelaten, voor zoo verre dezelve niet kan gerekend worden eenige stoornis aan de publieke orde en rust te zullen toebrengen.
136: Christelijke hervormde kerk wordt met openbare middelen gesteund
Aan de christelijke hervormde kerk wordt bij voortduring verzekerd de voldoening uit 's Lands kasse van alle zoodanige tractementen, pensioenen, weduwen- kinder- school- en academie-gelden, als voormaals aan derzelver leeraren, het zij directelijk uit 's Lands kas of uit de daartoe bestemde inkomsten van geestelijke en kerkelijke goederen of eenige plaatselijke inkomsten, zijn betaald geworden.
137: Handhaving bestaande toelagen aan de andere gezindheden
Van alle toelagen, welke laatstelijk aan de andere gezindheden uit 's Lands kas zijn toegestaan geweest, wordt almede het genot, bij voortduring, aan gemelde gezindheden toegekend.
138: Andere gezindheden kunnen toelage aanvragen bij Vorst
In de behoeften van die gezindheden, welke tot hiertoe geene of min toereikende toelage van 's Lands wege genoten hebben, zal, op aanvrage daartoe te doen, in billijkheid door den Souvereinen Vorst, met overleg van de Staten Generaal, kunnen voorzien worden.
139: Vorst houdt toezicht over alle godsdienstige gezindheden
Onverminderd het regt en de gehoudenis van den Souvereinen Vorst, om zoodanig toezigt over alle de godsdienstige gezindheden uitteoefenen, als voor de belangen van den Staat dienstig zal bevonden worden, heeft Dezelve bovendien in het bijzonder het regt van inzage en beschikking omtrent de inrigtingen van die gezindheden, welke, volgens een der voorgaande artikelen, eenige betaling of toelage uit 's Lands kas genieten.
140: Openbaar onderwijs
Ter bevordering van Godsdienst, als een vaste steun van den Staat en ter uitbreiding van kennis, is het openbaar onderwijs op de hooge, middelbare en lage scholen een aanhoudend voorwerp van de zorge der Regering. De Souvereine Vorst doet van den staat dier scholen jaarlijks aan de Staten Generaal een uitvoerig verslag geven.
141: Armbestuur en opvoeding der arm-kinderen
Als eene zaak van hoog belang wordt ook het armbestuur en de opvoeding der arm-kinderen der aanhoudende zorg der Regering aanbevolen. De Souvereine Vorst doet insgelijks van de inrigtingen dienaangaande jaarlijks een uitvoerig verslag aan de Staten Generaal geven.