Artikel 34: Mandaat op justitieel gebied

33
Artikel 34
35

De Koning zorgt voor de veiligheid en de waardigheid van den Staat, voor de handhaving en naarkoming der Wetten, voor de ongestoorde administratie der Justitie, als mede voor de Hooge Politie, zoo wel in Burgerlijke als Kerkelijke Zaken.

1.

Ontwikkeling artikel

1801

Het Staats-Bewind heeft het Oppertoezicht over de Politie door de geheele Republiek; doch die der plaats van deszelfs Residentie en de aanstelling der daartoe behorende Amptenaren is aan hetzelve alleen aanbevolen.

1805

De Raadpensionaris zorgt voor de veiligheid en de waardigheid van den Staat, voor de ongestoorde administratie der Justitie, en voor de handhaving en uitvoering der Wetten, en is belast met de Hooge Politie in de geheele Republiek, zoo wel in burgerlijke als kerkelijke Zaken.

1806

De Koning zorgt voor de veiligheid en de waardigheid van den Staat, voor de handhaving en naarkoming der Wetten, voor de ongestoorde administratie der Justitie, als mede voor de Hooge Politie, zoo wel in Burgerlijke als Kerkelijke Zaken.