Artikel 76: Immuniteit Leden Gemeente-Bestuur

75
Artikel 76
77

Leden van het Gemeente-Bestuur kunnen onder geen voorwensdel immer in Persoon door de Departementale Bestuuren tot veräntwoording worden opgeroepen, veel min gesuspendeerd of afgezet. Zy kunnen alleen wegens verzuim in hunne plaatselyke bediening te recht gesteld worden voor het Departementaal Gerechtshof.

1.

Ontwikkeling artikel

1798

De Leden van eenig Gemeente-Bestuur kunnen, nimmer, voor een Departementaal-Bestuur, persoonlijk, ter verändwoording geroepen, noch van hunne Posten ontzet worden.

1801

Leden van het Gemeente-Bestuur kunnen onder geen voorwensdel immer in Persoon door de Departementale Bestuuren tot veräntwoording worden opgeroepen, veel min gesuspendeerd of afgezet. Zy kunnen alleen wegens verzuim in hunne plaatselyke bediening te recht gesteld worden voor het Departementaal Gerechtshof.

1805

Leden van het Gemeente-Bestuur kunnen onder geen voorwendsel in Persoon, door de Departementale Besturen, tot verantwoording worden opgeroepen. Zij kunnen alleen, wegens verzuim in hunne Plaatselijke Bediening, te regt gesteld worden voor het Departementaal Geregtshof.

1806

Leden van Gemeente-Besturen kunnen onder geen voorwendzel in Persoon voor het Departementaal Bestuur tot verantwoording worden opgeroepen; zij kunnen alleen wegens misdrijf of verzuim in hunne Bediening, voor het Departementaal Geregtshof worden te regt gesteld.