Artikel 38: Staats-Bewind oeffent nimmer eenige Wetgevende Magt uit
Het Staats-Bewind oeffent nimmer, in welk geval ook, eenige Wetgevende Magt uit; en bezit geen vermogen, hoegenaamd, tot het verleenen van dispensatie van eenige bestaande Wet.
1801
Het Staats-Bewind oeffent nimmer, in welk geval ook, eenige Wetgevende Magt uit; en bezit geen vermogen, hoegenaamd, tot het verleenen van dispensatie van eenige bestaande Wet.
1805
In geen geval oefent de Raadpensionaris eenige Wetgevende Magt uit. Ook vermag hij zich niet bemoeijen met eenige zaken, welke zijn opgedragen aan het onderzoek van Regtbanken, bij de Wet vastgesteld, noch over de Geldmiddelen van den Staat beschikken anders dan overeenkomstig de Wet.