Artikel 24: Reservefonds

23
Artikel 24
25
  • 1. 
    Er zal geleidelijk een reservefonds worden gevormd ten belope van 10% van het geplaatste kapitaal. Indien de stand van de verplichtingen van de Bank zulks rechtvaardigt, kan de Raad van Bewind besluiten tot het vormen van aanvullende reserves. Zolang dit reservefonds nog niet geheel is gevormd, behoort het te worden gevoed door:
    • a) 
      de rente-ontvangsten uit hoofde van leningen door de Bank verstrekt uit de door de Lid-Staten krachtens artikel 5 i te storten bedragen,
    • b) 
      de rente-ontvangsten uit hoofde van leningen door de Bank verstrekt uit de bedragen, verkregen door de terugbetaling van de onder a) bedoelde leningen, voor zover deze rente-ontvangsten niet noodzakelijk zijn voor het nakomen der verplichtingen en voor het dekken der kosten van de Bank.
  • 2. 
    De middelen van het reservefonds dienen zodanig te worden belegd dat zij te allen tijde het doel van dit fonds kunnen dienen.

1.

Toelichting Nederlandse regering

Het wordt voor de kredietwaardigheid van de Bank wenselijk geacht, dat een reservefonds wordt gevormd, dat 10 pct. van het geplaatste kapitaal en derhalve 100 mln rekeneenheden groot zal zijn. Voorts kan door de Raad van Bewind tot een verdere reservevorming worden besloten. De voeding van dit fonds geschiedt door de renteopbrengsten van leningen, welke worden verstrekt uit de gelden, die de Staten zelf storten. Het is immers op de uit deze gelden verstrekte leningen, dat de Bank een nettorentevoordeel behaalt.