Referendum en ratificatie

De Europese Grondwet is op 29 oktober 2004 in Rome ondertekend door de regeringsleiders en staatshoofden van alle EU-lidstaten. Het treedt echter pas in werking als ook de parlementen van alle EU-lidstaten het document hebben geratificeerd. In ten minste tien landen zal deze parlementaire goedkeuring vooraf worden gegaan door een referendum.

Het staat zo goed als vast dat Nederlanders zich kunnen opmaken voor het referendum. De Eerste Kamer zal in januari 2005 stemmen over de wenselijkheid van een referendum, maar de uitslag lijkt vast te staan. Het is nog niet helemaal zeker of er in België een referendum komt.

Inhoudsopgave van deze pagina:

1.

Procedure

Het ceremoniële ondertekening van de Europese Grondwet door de Europese leiders in Rome was de eerste stap op weg naar de inwerkingtreding. Nu zijn de parlementen uit alle lidstaten aan zet. Zij moeten de ratificatie hebben afgerond binnen een tijdsbestek van twee jaar, vóór 1 november 2006. Dit is vastgesteld in artikel IV-447 i van de Europese Grondwet.

In 23 van de 25 nationale parlementen zullen de afgevaardigden stemmen over de Europese Grondwet. Als het document een meerderheid krijgt, dan is de ratificatieprocedure voor dat land afgerond. Ierland en Denemarken kennen een bindend referendum. Het Ierse en Deense parlement zijn verplicht de uitkomst van de volksraadpleging te respecteren.

Naar vewachting zullen ook in acht andere landen (waaronder Nederland) referenda georganiseerd worden. Deze referenda zijn in tegenstelling tot de Deense en Ierse referenda raadplegend van aard. Dit wil zeggen dat het parlement eventueel kan besluiten om de Europese Grondwet tóch te aanvaarden, ook.

Op 1 november 2006 zijn drie situaties denkbaar:

  • alle 25 lidstaten hebben de Europese Grondwet geratificeerd, de Europese Grondwet treedt in werking
  • één of enkele lidstaten (maximaal vijf) hebben de Europese Grondwet niet op tijd kunnen ratificeren; in dat geval komen staatshoofden en regeringsleiders bijeen om de crisissituatie te bespreken (zie hiervoor de Verklaring i bij de Grondwet)
  • meer dan vijf landen hebben de Europese Grondwet niet op tijd geratificeerd, de Europese Grondwet gaat niet door

2.

Nederland en België

Nederland

Europees bord Nederland
Bron: flickr/Michal Osmenda

In een raadplegend referendum heeft het Nederlandse electoraat zich op 1 juni 2005 uitgesproken tegen een Europese grondwet. Volgens de uitslag was 61,5 procent tegen en 38,5 procent vóór. De opkomst bij dit referendum was 63,3 procent. De toenmalige premier Balkenende sprak na het bekendmaken van de uitslag zijn teleurstelling uit over de verwerping. Partijen in het Nederlandse parlement namen de uitslag van het referendum over, hoewel het een niet-bindend referendum betrof.

Het referendum ging over de vraag of er een Europese Grondwet moest komen. In de Europese Grondwet waren de waarden en fundamentele doelstellingen van de Unie opgeschreven. Door het aannemen van deze Grondwet werden alle andere bestaande verdragen vervangen. Voorstanders van deze nieuwe Grondwet wezen op de versterking van zowel de Europese Commissie als het nationale en het Europees parlement. Tegenstanders spraken zich uit tegen de Grondwet vanwege de wording van een Europese 'superstaat' waarin Nederland volgens hen niets meer te zeggen had.

Naast de Nederlandse spraken ook de Franse kiezers zich uit tegen de Europese Grondwet. Daardoor trad deze niet in werking. De verwerping van de Grondwet in Nederland en Frankrijk wordt als historische mijlpaal gezien in de geschiedenis van de EU-lidstaten. Met veel moeite werd de Europese Grondwet omgevormd tot een minder ambitieus hervormingsverdrag (het Verdrag van Lissabon i). Dit verdrag werd getekend door (destijds) 27 EU-lidstaten en trad in werking op 1 december 2009. Er is een aantal overeenkomsten en verschillen i tussen de Grondwet en het Verdrag van Lissabon.

België

Het Belgische parlement heeft de Europese Grondwet goedgekeurd. De Senaat keurde het verdrag goed in april 2005, de Kamer volgde enkele weken later. Inmiddels hebben ook alle gewest- en gemeenschapsparlementen de EU-grondwet geratificeerd. De goedkeuringsprocedure is definitief afgerond wanneer de Vlaamse premier Yves Leterme zijn handtekening zal zetten onder het document.

In juni 2004 kondigde premier Guy Verhofstadt nog aan dat hij de goedkeuring van de Europese Grondwet graag via een nationaal referendum wilde laten verlopen. Na een uiterst moeizame parlementaire discussie over de wenselijkheid van een referendum, bleek hier in januari 2005 een nipte meerderheid tegen. De Belgische kiezers hebben zich dus niet rechtstreeks uitgesproken over het onderwerp.

3.

Argumenten voor en tegen het instrument 'referendum'

Is een referendum over de bekrachtiging van de Europese Grondwet nu wel zo nodig? Hierover werd in 2002 en 2003 binnen en buiten de Tweede Kamer een levendig debat gevoerd. De uitgewisselde argumenten van voor- en tegenstanders zijn divers van aard en interessant.

4.

Tijdpad

De Europese Commissie houdt welke weg de lidstaten volgen bij de ratificatie van de Europese Grondwet. De situatie is (onder voorbehoud) als volgt:

Referendum is zeker: Denemarken, Frankrijk, Groot-Brittannië, Ierland, Luxemburg, Nederland, Polen, Portugal, Spanje, Tsjechië

Referendum is niet uitgesloten: België

Referendum is onwaarschijnlijk: Duitsland, Finland, Slowakije

Geen Referendum: Cyprus, Estland, Griekenland, Hongarije, Italië, Letland, Litouwen, Malta, Oostenrijk, Slovenië, Zweden

 

Tijdlijn

 

29 oktober 2004

Ondertekening Europese Grondwet i door regeringsleiders en staatshoofden

11 november 2004

Parlement Litouwen ratificeert de Europese Grondwet als eerste EU-lidstaat

20 december 2004

Parlement Hongarije ratificeert de Europese Grondwet

januari 2005

ratificatie voorzien door parlement Letland

20 februari 2005

referendum in Spanje i

10 april 2005

referendum in Portugal i (datum onzeker)

mei/juni 2005 (?)

referendum in Nederland i (datum nog onbekend)

mei/juni 2005 (?)

referendum in Frankrijk i (datum nog onbekend)

10 juli 2005

referendum in Luxemburg i

medio 2005

referendum in België i (datum en doorgang nog onbekend)

najaar 2005

referendum in Polen i (datum nog onbekend)

voorjaar 2006

referendum in Groot-Brittannië i (datum nog onbekend)

medio 2006

referendum in Tsjechië i (datum nog onbekend)

medio 2006

referendum in Denemarken i (datum nog onbekend)

1 november 2006

deadline ratificatie