Subsidiezaak Boeing: Wereldhandelsorganisatie bevestigt recht van EU om vergeldingsmaatregelen te treffen tegen invoer uit VS ter hoogte van 4 miljard US dollar

Met dank overgenomen van Europese Commissie (EC) i, gepubliceerd op woensdag 14 oktober 2020.

Vandaag heeft de Wereldhandelsorganisatie (WTO) de EU toegestaan om de rechten op invoer uit de VS tot een waarde van 4 miljard dollar te verhogen, als tegenmaatregel voor onrechtmatige subsidies aan de Amerikaanse vliegtuigfabrikant Boeing. Het besluit bouwt voort op de eerdere bevindingen van de WTO waarin werd erkend dat de subsidies van de VS aan Boeing volgens het WTO-recht onrechtmatig zijn.

Valdis Dombrovskis i, uitvoerend vicevoorzitter voor een economie die werkt voor de mensen en commissaris voor Handel, zei hierover het volgende: “Dit langverwachte besluit stelt de Europese Unie in staat invoerrechten te heffen op Amerikaanse producten die Europa binnenkomen. Ik zou dit veel liever niet doen — extra rechten zijn niet in het economische belang van beide partijen, vooral nu we proberen te herstellen van de COVID-19-recessie. Ik heb contact opgenomen met mijn Amerikaanse collega, ambassadeur Lighthizer, en ik hoop dat de VS nu de vorig jaar op de EU-uitvoer ingestelde invoerrechten zullen verlagen. Dit zou een positieve impuls geven, zowel op economisch als op politiek vlak, en ons helpen een gemeenschappelijke basis te vinden op andere belangrijke gebieden. De EU zal deze uitkomst krachtdadig blijven nastreven. Als dat niet gebeurt, zullen we worden gedwongen ons recht uit te oefenen en vergelijkbare invoerheffingen op te leggen. Hoewel wij volledig op deze mogelijkheid zijn voorbereid, zullen wij dit terughoudend doen.”

In oktober vorig jaar hebben de VS, na een soortgelijk WTO-besluit in een parallelle zaak over Airbus-subsidies, vergeldingsrechten ingesteld op uitvoer van de EU ter waarde van 7,5 miljard USD. Deze rechten zijn nog steeds van kracht, ondanks de daadkrachtige stappen die Frankrijk en Spanje in juli dit jaar hebben ondernomen om in navolging van Duitsland en het Verenigd Koninkrijk ervoor te zorgen dat zij volledig aan een eerder WTO-besluit over subsidies aan Airbus voldoen.

In de huidige economische omstandigheden is het in het wederzijds belang van de EU en de VS om schadelijke invoerrechten die onze industrie- en landbouwsectoren onnodig belasten, stop te zetten.

De EU heeft specifieke voorstellen gedaan om de slepende trans-Atlantische geschillen inzake burgerluchtvaartuigen, de langste in de geschiedenis van de WTO, door onderhandelingen te beëindigen. Zij blijft bereid met de VS samen te werken om tot een billijke en evenwichtige regeling te komen en toekomstige regels voor subsidies in de sector burgerluchtvaart af te spreken.

Terwijl de Europese Commissie in dialoog is met de VS, neemt zij tegelijkertijd passende stappen en betrekt zij de EU-lidstaten hierbij, opdat zij gebruik kan maken van haar recht represaillemaatregelen te treffen indien het geschil niet op een voor beide partijen voordelige wijze lijkt te kunnen worden beëindigd. Deze noodplanning omvat de voltooiing van de lijst van producten waarop aanvullende EU-rechten van toepassing zouden zijn.

Achtergrond

In maart 2019 bevestigde de Beroepsinstantie, de hoogste WTO-instantie, dat de VS, ondanks eerdere uitspraken, geen passende maatregelen hadden genomen om aan de WTO-regels inzake subsidies te voldoen. In plaats daarvan hebben zij hun onrechtmatige steun aan hun vliegtuigfabrikant Boeing voortgezet ten nadele van Airbus, de Europese lucht- en ruimtevaartindustrie en haar vele werknemers. In haar uitspraak heeft de Beroepsinstantie:

  • bevestigd dat het Washington State tax programme nog steeds een centraal onderdeel is van de onrechtmatige subsidiëring van Boeing door de VS;
  • vastgesteld dat een aantal thans gehanteerde instrumenten, waaronder bepaalde aanbestedingscontracten van NASA en het Amerikaanse ministerie van Defensie, subsidies vormen die Airbus economische schade kunnen berokkenen;
  • bevestigd dat Boeing nog steeds profiteert van een onrechtmatig belastingvoordeel van de VS ter ondersteuning van de uitvoer (Foreign Sales Corporation and Extraterritorial Income Exclusion).

Het besluit van vandaag waarbij het recht van de EU om represaillemaatregelen te treffen wordt bevestigd, vloeit rechtstreeks voort uit die eerdere uitspraak.

In een parallelle zaak over Airbus heeft de WTO de Verenigde Staten in oktober 2019 toegestaan tegenmaatregelen te treffen tegen Europese uitvoer tot een waarde van 7,5 miljard US dollar. De basis daarvoor was de uitspraak van de Beroepsinstantie van 2018 waarin was vastgesteld dat de EU en haar lidstaten de eerdere uitspraken van de WTO met betrekking tot investeringen in de ontwikkeling van de A350 en de A380 (Repayable Launch Investment) niet volledig waren nagekomen. De VS hebben deze aanvullende invoerrechten op 18 oktober 2019 ingesteld. De betrokken EU-lidstaten hebben ondertussen alle nodige stappen ondernomen om volledige naleving te waarborgen.

Meer informatie

Uitspraak van de WTO-beroepsinstantie over subsidies van de VS aan Boeing

Openbare raadpleging over de voorlopige lijst van producten in de zaak Boeing

Voorlopige lijst van producten

Geschiedenis van de zaak Boeing

Geschiedenis van de zaak Airbus