Duurzame visserij: De Commissie maakt de balans op van het gemeenschappelijk visserijbeleid van de EU en opent de raadpleging over de vangstmogelijkheden voor 2021
De Commissie heeft haar jaarlijkse mededeling over de vooruitgang van het beheer van de visbestanden in de EU gepubliceerd, op basis van gegevens van 2018. De editie van dit jaar, “Naar een duurzamere visserij in de EU: stand van zaken en oriëntaties voor 2021” bevestigt de krachtige verbintenis van de Commissie om een visserij te bevorderen die ecologisch duurzaam en economisch levensvatbaar is en laat de vooruitgang zien die de EU heeft geboekt bij het verwezenlijken van die doelstelling. De lidstaten, de adviesraden, de visserijsector, niet-gouvernementele organisaties en belangstellende burgers worden uitgenodigd om deel te nemen aan een openbare raadpleging en hun mening te geven over de vangstmogelijkheden voor 2021. De Commissie zal de komende weken haar oor bij hen te luisteren leggen.
Commissaris Virginijus Sinkevičius i, bevoegd voor Milieu, Oceanen en Visserij: “De eerste maanden van dit jaar waren uitermate uitdagend voor de visserijsector, maar we hebben hem in de hele EU ondersteund. Duurzame visserij, gerealiseerd via het gemeenschappelijk visserijbeleid, is noodzakelijk om de veerkracht te verhogen en de Europese Green Deal te verwezenlijken, met name de “van boer tot bord”-strategie en de EU-biodiversiteitsstrategie, die onlangs zijn gepubliceerd. Het visserijbeheer in de EU heeft voor goed nieuws gezorgd — er zit nu 50 % meer vis in de Noordoost-Atlantische Oceaan dan in 2003. Uit de cijfers blijkt ook dat de segmenten van de grote vloot de laatste jaren erg winstgevend zijn geworden, waardoor de lonen zijn gestegen. Er blijven echter uitdagingen bestaan. We moeten onze inspanningen voor het uitbannen van teruggooi bijvoorbeeld opvoeren. Ik reken erop dat iedereen een inspanning levert — de lidstaten, de industrie en de belanghebbenden. We moeten het doel bereiken dat we ons gesteld hebben.”
Uit de mededeling van 2020 blijkt dat de visserij in het noordoostelijke deel van de Atlantische Oceaan gestaag duurzamer is geworden, met rijkere visbestanden als gevolg. De economische prestaties van de EU-vloot bleven zeer goed, met een nettowinst van ongeveer 1,4 miljard euro en een gemiddelde nettowinstmarge van 18 % in 2018. Ook de lonen van de vissers bleven stijgen.
Ondanks aanzienlijke verbeteringen blijven er uitdagingen bestaan. Hoewel voor 2019 naar verwachting vergelijkbare economische prestaties zullen worden bevestigd, blijven de prognoses voor 2020 hoogst onzeker vanwege de impact van de coronacrisis. Voor de Middellandse Zee en de Zwarte Zee moeten de krachtige instandhoudingsinspanningen worden volgehouden, en bepaalde bestanden in de Atlantische Oceaan worden nog steeds overbevist of blijven zich buiten biologisch veilige grenzen bevinden. In het tweede jaar dat de aanlandplicht volledig van toepassing is, blijft de uitvoering ervan een punt van zorg. De lidstaten moeten de handhaving van en de controle op de naleving van de aanlandplicht opvoeren, met name door controle-instrumenten te gebruiken, zoals elektronische systemen voor monitoring op afstand. De Commissie zal met het Europees Parlement en de Raad blijven samenwerken om tot een akkoord te komen over het herziene visserijcontrolesysteem, dat het gebruik van deze instrumenten zal vergemakkelijken.
Achtergrond
Elk jaar publiceert de Commissie een mededeling waarin de vorderingen met betrekking tot de toestand van de visbestanden worden geschetst en het startschot wordt gegeven voor een brede openbare raadpleging over de vaststelling van de jaarlijkse vangstmogelijkheden voor het volgende jaar. In die mededeling wordt de stand van zaken met betrekking tot de uitvoering van het gemeenschappelijk visserijbeleid beoordeeld en wordt de motivering van het voorstel voor de vangstmogelijkheden voor het volgende jaar uiteengezet. De Commissie verzoekt de lidstaten, de adviesraden — waaronder de visserijsector en ngo's — en geïnteresseerde burgers en organisaties hun inbreng te leveren via een online openbare raadpleging.
In het najaar zal de Commissie haar voorstellen voor de verordeningen over de vangstmogelijkheden voor 2021 in de Atlantische Oceaan, de Noordzee, de Oostzee, voor de diepzeebestanden, en voor de Middellandse Zee en de Zwarte Zee indienen. Vanaf dit jaar moeten de visbestanden worden beheerd overeenkomstig de doelstelling van de maximale duurzame opbrengst (MDO), d.i. de maximale hoeveelheid vis die vissers uit de zee kunnen halen zonder de regeneratie en de toekomstige productiviteit van het bestand in gevaar te brengen. De voornaamste doelstelling van de Commissievoorstellen over de vangstmogelijkheden in 2021 zal erin bestaan de visserij op een niveau te brengen of te houden dat maximale, maar duurzame vangsten uit de bestanden mogelijk maakt. De voorstellen houden rekening met de meerjarenplannen en zijn gebaseerd op onafhankelijk wetenschappelijk advies van de Internationale Raad voor het onderzoek van de zee (ICES) en andere onafhankelijke instanties, zoals het Wetenschappelijk, Technisch en Economisch Comité voor de visserij (WTECV), dat een economische analyse verstrekt. De voorstellen omvatten ook aanpassingen die voortvloeien uit de uitvoering van de aanlandplicht.
De vangstmogelijkheden waarover de Commissie onderhandelt en die worden overeengekomen in het kader van regionale organisaties voor visserijbeheer (ROVB's) worden ook in de verordeningen over de vangstmogelijkheden opgenomen, na de vergaderingen van deze organisaties. De Raad van Visserijministers van de Europese Unie bespreekt de voorstellen van de Commissie en stelt de verdeling van de vangstmogelijkheden vast. Vervolgens zijn de lidstaten verantwoordelijk voor de verdeling van hun nationale quota over de verschillende vlootsegmenten.
Nadere informatie