EU-ontwikkelingshulpdoelstellingen: Raad legt jaarverslag 2019 voor aan Europese Raad
De Raad i heeft vandaag conclusies aangenomen over de EU i-ontwikkelingshulpdoelstellingen in de vorm van zijn jaarverslag 2019 aan de Europese Raad i. Het verslag bevat een analyse van trends wat betreft toezeggingen en verwezenlijkingen inzake de officiële ontwikkelingshulp van de EU (ODA). De ODA is een belangrijke financieringsbron voor de minst ontwikkelde landen en fragiele staten die niet over de binnenlandse capaciteit beschikken om financiële middelen uit andere bronnen op te halen.
De Raad constateert dat de EU en haar lidstaten hun positie als grootste ODA-verstrekker handhaven. Ze zijn goed voor bijna 57% van de totale ODA aan ontwikkelingslanden uit lidstaten van de Commissie voor ontwikkelingsbijstand van de OESO i.
In 2018 bedroeg de ODA van de EU € 74,4 miljard, oftewel 0,47% van het bruto nationaal inkomen (bni) van de EU. Dit totaalbedrag lag € 731 miljoen lager dan in 2017, toen ook de verhouding hoger lag, namelijk op 0,50%. De Raad maakt zich in dit verband steeds meer zorgen over de negatieve trend van de collectieve ODA van de EU, die voor het tweede jaar op rij is gedaald, en betreurt de toenemende kloof naar het bereiken van de gemeenschappelijke doelstelling om 0,7% van het bni voor ODA uit te trekken. De Raad onderstreept opnieuw zijn politieke voortrekkersrol en zijn inzet voor ontwikkelingshulp en wijst op de afzonderlijke en collectieve ODA-toezeggingen van de EU en haar lidstaten, zoals vastgelegd in de nieuwe Europese consensus inzake ontwikkeling.
-
-Jaarverslag 2019 aan de Europese Raad over de EU-doelstellingen inzake ontwikkelingshulp
×
Dit document is momenteel alleen beschikbaar in de volgende talen: