Informatieblad: Europese Commissie klaar om te gaan onderhandelen over nieuw, ambitieus partnerschap met 79 landen in Afrika, het Caribisch Gebied en de Stille Oceaan

Met dank overgenomen van Europese Commissie (EC) i, gepubliceerd op vrijdag 22 juni 2018.

Wat is de partnerschapsovereenkomst van Cotonou (CPA) tussen de EU i en de landen in Afrika, het Caribisch Gebied en de Stille Oceaan?

De partnerschapsovereenkomst van Cotonou is het juridische kader voor de betrekkingen tussen de EU en 79 landen in Afrika, het Caribisch Gebied en de Stille Oceaan (ACS). Het is een van de oudste en meest omvattende kaders voor samenwerking tussen de EU en derde landen. De partnerschapsovereenkomst van Cotonou werd in 2000 gesloten voor een periode van 20 jaar, zij verenigt meer dan honderd landen (EU-lidstaten plus 79 ACS-landen i) en vertegenwoordigt meer dan 1,5 miljard mensen. De overeenkomst verstrijkt op 29 februari 2020 en de onderhandelingen over een toekomstig partnerschap zouden uiterlijk in augustus 2018 moeten worden geopend.

Het EU-ACS partnerschap richt zich op de uitroeiing van armoede en de bevordering van inclusieve duurzame ontwikkeling voor de ACS- en EU-landen. Het is ingedeeld in drie belangrijke actiegebieden: ontwikkelingssamenwerking, politieke dialoog en handel.

Overeenkomst van Cotonou (beschikbaar in alle 24 EU-talen)

Waarom moet het partnerschap worden gemoderniseerd en waarom is dit belangrijk?

De wereld is ingrijpend veranderd sinds de Overeenkomst van Cotonou bijna twee decennia geleden werd vastgesteld. De mondiale en regionale context (in Europa, Afrika, het Caribisch Gebied en de Stille Oceaan) heeft een aanzienlijke ontwikkeling doorgemaakt, net als de gemeenschappelijke mondiale problemen die moeten worden aangepakt en de kansen die moeten worden aangegrepen. Daarom moeten de hoofddoelstellingen van het partnerschap worden getoetst aan de nieuwe realiteit. De EU streeft derhalve naar een veelomvattende politieke overeenkomst, waarmee een moderne agenda wordt vastgesteld overeenkomstig de internationaal overeengekomen stappenplannen voor duurzame ontwikkeling (de VN-Agenda 2030, de doelstellingen voor duurzame ontwikkeling, de actieagenda van Addis Abeba, het klimaatverdrag van Parijs, de nieuwe consensus inzake ontwikkeling, enz.). De komende maanden zullen cruciaal zijn, nu onze betrekkingen met de ACS-landen een nieuw tijdperk ingaan. De komende onderhandelingen bieden de gelegenheid om onze aanpak te vernieuwen, met het oog op een nieuwe dynamiek en samenwerking die verder gaan dan de traditionele ontwikkelingsdimensie.

Wat zijn de mogelijke voordelen? Hoe kan een nieuw tijdperk voor de betrekkingen tussen de EU en de ACS van invloed zijn op de burger?

Op basis van de lessen die zijn getrokken gedurende de 43 jaar van samenwerking en met optimale gebruikmaking van het nieuwe kader wordt verwacht dat de toekomstige overeenkomst zal leiden tot ongekende mogelijkheden. Door de oprichting van een krachtige politieke alliantie zullen de EU en haar partners in staat zijn om oplossingen te ontwikkelen voor de problemen in elke regio. Dit omvat groei en werkgelegenheid, menselijke ontwikkeling en vrede, migratie en veiligheid. Veel van de huidige uitdagingen met een mondiale dimensie vereisen een gecoördineerde, multilaterale aanpak om concrete resultaten te bereiken. In 2015 werd met de oprichting van een succesvolle coalitie die uiteindelijk heeft geleid tot het klimaatverdrag van Parijs, aangetoond dat het EU-ACS-partnerschap waardevolle oplossingen vermag te vinden voor mondiale uitdagingen. Als wij de krachten bundelen, kunnen wij wereldwijd een meerderheid vormen, aangezien de EU en de ACS-landen samen meer dan de helft van de VN-lidstaten vertegenwoordigen. Samen kunnen we het verschil maken en een mondiale agenda in internationale fora opleggen.

Zullen regionale organisaties een rol spelen in het partnerschap in de periode na 2020?

De groei van regionale organisaties is een belangrijke tendens sinds de jaren 1990. In de ACS-landen zijn talrijke regionale organisaties ontstaan, waarvan sommige belangrijke spelers zijn geworden op het gebied van de internationale betrekkingen, met de Afrikaanse Unie, het Pacific Islands Forum en de Cariforum-staten, waarbij zij in het bijzonder hun respectieve rol hebben versterkt, evenals subregionale organisaties in Afrika, met inbegrip van onder meer de ECOWAS (Economische Gemeenschap van West-Afrikaanse Staten) en de SADC (Ontwikkelingsgemeenschap van Zuidelijk Afrika). De EU en de ACS-landen zullen afhankelijk blijven van een meerlagig governancesysteem dat het mogelijk maakt maatregelen op het meest geschikte niveau (nationaal, regionaal, continentaal of ACS) te nemen, in overeenstemming met de beginselen van subsidiariteit en complementariteit.

Zullen niet-statelijke actoren een rol hebben in de overeenkomst?

De EU hecht belang aan een gestructureerde dialoog en bepleit een multi-stakeholder-aanpak waarbij ook niet-statelijke actoren zijn betrokken (de particuliere sector, het maatschappelijk middenveld en lokale autoriteiten). Deze partners moeten kunnen werken in een stimulerende omgeving en over de mogelijkheid beschikken om een zinvolle bijdrage leveren aan nationale, regionale en mondiale besluitvorming.

Wie zal de hoofdonderhandelaar voor de EU zijn?

De EU-hoofdonderhandelaar zal te zijner tijd worden benoemd. Hij zal worden ondersteund door een ervaren onderhandelingsteam, waarin alle betrokken diensten vertegenwoordigd zijn.

Wie zal onderhandelen namens de ACS-groep van staten?

Het is aan de groep van ACS-staten daarover te beslissen.

Waar zullen de onderhandelingen plaatsvinden?

In de EU en de ACS-landen.

Hoe lang moeten de onderhandelingen duren?

De Overeenkomst van Cotonou loopt af op 29 februari 2020. De nieuwe overeenkomst moet daarom voor die datum worden afgerond en goedgekeurd.

Meer informatie

Persbericht

MEMO/17/5225

 

Contactpersoon voor de pers:

Voor het publiek: Europe Direct per telefoon 00 800 67 89 10 11 of e-mail