Commissie staat achter grotere regulerende bevoegdheden voor de Europese Centrale Bank voor verrekeningssystemen zodat die haar verantwoordelijkheden op het gebied van monetair beleid kan uitoefenen

Met dank overgenomen van Europese Commissie (EC) i, gepubliceerd op dinsdag 3 oktober 2017.

Commissie staat achter grotere regulerende bevoegdheden voor de ECB voor verrekeningssystemen zodat die haar verantwoordelijkheden op het gebied van monetair beleid kan uitoefenen

De Europese Commissie brengt vandaag een gunstig advies uit over de aanbeveling van de Europese Centrale Bank i (ECB) van 23 juni 2017, waarin de ECB om een grotere rol in de regulering van verrekeningssystemen voor financiële instrumenten vroeg, bijvoorbeeld met betrekking tot centrale tegenpartijen, door een voorstel tot wijziging van artikel 22 van de ECB-statuten.

In het advies van vandaag verklaart de Commissie zeer verheugd te zijn over het initiatief om de ECB een duidelijke regulerende bevoegdheid te geven op het gebied van centrale verrekening. Met de voorgestelde wijziging van haar statuten wenst de ECB verrekeningssystemen voor financiële instrumenten binnen haar regulerende bevoegdheden te brengen. Dankzij deze belangrijke wijziging zal de ECB volledig de taken kunnen uitvoeren die haar bij het recente Commissievoorstel tot wijziging van de verordening Europese marktinfrastructuur (EMIR) worden toegedeeld. In zijn intentieverklaring van september 2017 spoorde Commissievoorzitter Juncker het Europees Parlement i en de Raad aan om het voorstel tot wijziging van EMIR en de aanbeveling van de ECB tot wijziging van artikel 22 snel vast te stellen.

In haar advies beveelt de Commissie ook enkele beperkte aanpassingen van het ECB-voorstel aan, gelet op het feit dat de regulerende bevoegdheden van de ECB, het Europees Parlement, de Raad en de Commissie met betrekking tot verrekeningssystemen samenhangend moeten zijn.

Het Europees Parlement en de Raad zullen nu de voorgestelde wijzigingen van de ECB-statuten in overweging nemen volgens de gewone wetgevingsprocedure, dankzij een vereenvoudigde procedure op grond van artikel 129, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie. Zoals voorzitter Juncker onderstreepte in zijn rede over de Staat van de Unie van 13 september, zijn de mogelijkheden die door dergelijke clausules worden geboden - waardoor met name technische wijzigingen van het Verdrag mogelijk worden volgens de gewone wetgevingsprocedure - een belangrijk middel om de EU-besluitvorming sneller en efficiënter te maken.

Achtergrond

Aanbeveling van de ECB

In haar aanbeveling van 23 juni stelde de ECB voor om artikel 22 van de statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank als volgt te wijzigen:

"De ECB en de nationale centrale banken zijn gerechtigd faciliteiten ter beschikking te stellen en de ECB kan verordeningen vaststellen ter verzekering van doelmatige en deugdelijke verrekenings- en betalingssystemen, en verrekeningssystemen voor financiële instrumenten binnen de Unie en met andere landen."

Volgens de aanbeveling zou de ECB regulerende bevoegdheden krijgen om bindende beoordelingen vast te stellen en corrigerende maatregelen te verlangen, in nauwe samenwerking met andere EU-autoriteiten. Daarenboven moet de ECB, wanneer dat nodig is voor de bescherming van de stabiliteit van de euro, de regulerende bevoegdheden hebben om aanvullende vereisten vast te stellen voor CTP's die betrokken zijn bij de clearing van significante bedragen van in euro luidende transacties. De ECB beklemtoont ook dat deze nieuwe taak alleen mag worden gebruikt ten behoeve van het monetair beleid.

In artikel 129, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is bepaald dat de Commissie over deze aanbeveling een advies uitbrengt. Het Europees Parlement en de Raad besluiten dan over de wijziging.

Lopende herziening van de financiële regelgeving

De aanbeveling van de ECB en het advies van de Commissie van vandaag moeten met name worden gezien in de context van het wetgevingsvoorstel van de Commissie van 13 juni 2017 tot herziening van de verordening Europese marktinfrastructuur (EMIR) (Verordening nr. 468/2012).

De voorgestelde gerichte hervormingen hebben tot doel de financiële stabiliteit van de Europese Unie verder te verbeteren. Centrale tegenpartijen zijn al goed gereguleerd en uitgerust om met financiële moeilijkheden om te gaan, dankzij een reeks maatregelen die in de nasleep van de financiële crisis zijn getroffen. Verdere wijzigingen zijn echter nog nodig om een meer samenhangend en aangescherpt toezicht op CTP's in de EU en in niet-EU-landen te garanderen, en om met nieuwe uitdagingen om te gaan. CTP's zijn een systeemrelevant onderdeel van de financiële sector geworden en hun belang neemt toe. Daarnaast zal het op til zijnde vertrek van het Verenigd Koninkrijk uit de EU aanzienlijke gevolgen hebben voor de regulering van en het toezicht op clearing in Europa.

Door de aanbevolen wijziging van de statuten zou de ECB ten volle de verantwoordelijkheden kunnen uitoefenen waarin het wetgevingsvoorstel van de Commissie voorziet voor centrale banken van uitgifte in het proces van vergunning en erkenning van en toezicht op CTP's die zowel in als buiten de EU zijn gevestigd.

Meer informatie

Advies van de Commissie over de aanbeveling van de Europese Centrale Bank tot wijziging van artikel 22 van de Statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank

Memo: Advies van de Commissie over de aanbeveling van de Europese Centrale Bank tot wijziging van artikel 22 van de Statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank

Voorstel voor een verordening tot wijziging van de verordening Europese marktinfrastructuur (EMIR)

Mededeling over verdere wijzigingen van de verordening Europese marktinfrastructuur (EMIR)

Voorstel inzake een aangescherpt toezicht op centrale tegenpartijen (CTP's)

IP/17/3623

 

Contactpersoon voor de pers:

Voor het publiek: Europe Direct per telefoon 00 800 67 89 10 11 of e-mail