Europa zet 2017 zonder veel ambitie in
Hoewel de EU worstelt met diverse problemen is de Europese Raad i 2016 nogal besluiteloos beëindigd. Voor dit nieuwe jaar bevat de laatste top nauwelijks nieuwe ambities. De conclusies van het beraad gaan voorbij aan de drie grote politieke uitdagers van 2017 te weten Trump, Poetin en Erdogan.
Voor Nederland telt de deal tussen minister-president Mark Rutte i en de Europese Raad waardoor wij het Associatieverdrag met Oekraïne hoogstwaarschijnlijk toch ratificeren.
De eerste test van een beter op de media afgestemde vergaderformule van voorzitter Donald Tusk i bracht qua resultaten nog weinig verbetering.
Inhoudsopgave van deze pagina:
Als experiment begon voorzitter Donald Tusk de vergadering al rond het middaguur. De bedoeling is om voortaan waar mogelijk maar een dag te vergaderen in plaats van twee en bovendien dan vroeg in de avond af te sluiten. De media kunnen het beraad beter verslaan als het niet ver na middernacht eindigt zoals tot nu toe gebruikelijk. Dit tijdschema mislukte echter want de top eindigde pas rond elf uur.
Alom leverden de media op 16 december een somber verslag van de Europese Raad van de dag daarvoor. ‘De Top van de hulpeloosheid’, aldus de Duitse Die Welt. De oorlog in Syrië, waar de EU machteloos toekijkt, onderstreept de ‘militaire impotentie van Europa dat wel de mond vol heeft van militaire samenwerking’, aldus EUObserver.
President Poetin met zijn inmenging in Syrië waar Europa niet tegenop kan overschaduwt de Europese Raad, aldus de Neue Zürcher Zeitung. De Italiaanse Il Sole plaatst samengevat vraagtekens bij het fenomeen ‘Europese Raad’ waar de nationale politieke leiders toch richting zouden moeten geven.
Meer positief is de Franse krant Le Monde die het opheffen van de Nederlandse blokkade op het Associatieverdrag met Oekraïne i als belangrijk resultaat ziet. Minister-president Rutte had de andere leiders beloofd na het afwijzend referendum in Nederland met een voorstel te komen. Het kabinet wil met een aanvullende verklaring het verdrag toch ratificeren. Rutte presenteerde zijn collega’s daartoe nu vijf eisen.
-
-Het verdrag is geen opstapje naar een kandidaat-lidmaatschap van Oekraïne van de EU;
-
-Het verplicht de EU noch tot militaire samenwerking, noch tot een veiligheidsgarantie (tegenover Rusland);
-
-Oekraïense werknemers krijgen hierlangs geen toegang tot de EU;
-
-Het verdrag geeft Oekraïne geen recht op aanvullende financiële steun;
-
-Blijft Oekraïne in de toekomst in gebreke bij het bestrijden van de corruptie, dan kan de EU het verdrag opschorten.
Volgens de regering waren dit de belangrijkste bezwaren waarop de Nederlandse kiezers op 6 april 2016 het associatieverdrag per referendum afwezen. ‘Door hieraan als EU in een juridisch bindende verklaring tegemoet te komen maken wij de weg vrij voor Nederlandse ondertekening’, zo betoogde Rutte voor de Europese Raad. Tegelijk moest hij toegeven dat deze kwesties (behalve de laatstgenoemde) niet in het verdrag staan.
Het kwam dus enigszins schizofreen over dat Nederland een reeks eisen stelt aan een overeenkomst waarin die kwesties niet staan opgenomen. Tot zover voor wie strikt juridisch redeneert. Hier staat tegenover dat de nee-stemmers in Nederland toch wel een punt hebben als zij betogen dat Associatie Oekraïne een stap dichter bij de EU brengt. Oekraïne behoudt bovendien uiteraard volledig het recht om op grond van artikel 49 i VEU i het lidmaatschap van de EU aan te vragen.
Het uitdrukkelijk afwijzen van een toekomstig EU-lidmaatschap van hun bevriende buurland Oekraïne stuitte op grote bezwaren bij Polen, Slowakije, Hongarije en Roemenië. Terwijl echter o.a. Frankrijk en Duitsland met de Europese Commissie i Nederland wel steunden.
Pas met veel moeite en diplomatieke omhalen kon voorzitter Tusk de heftig opponerende Poolse minister-president Beata Szydlo i overtuigen. Tusk zei dat hij haar bezwaren begrijpt. Hij onderstreepte dat aan het gedetailleerde verdrag zelf echt hélemaal niets verandert. Op basis van die laatste toezegging ging de Europese Raad akkoord met wat nu spottend genoemd wordt ‘het Nederlandse inlegvel’.
Alle 27 andere EU-landen en uiteraard Oekraïne hebben lang geleden al het verdrag getekend. In Brussel onderstreepte Rutte tegenover de media dat de intussen verslechterde verhouding van de EU met Rusland Nederland extra noodzaakt te ratificeren. Volgens de Volkskrant van 29 december hebben de drie hoogste Europese christendemocraten te weten bondskanselier Angela Merkel i, Commissievoorzitter Jean-Claude Juncker i en EU-president Tusk druk uitgeoefend op de dwarsliggende CDA-leider Sybrand Buma i om het Oekraïneverdrag te helpen redden.
Nu dus afwachten of premier Rutte en de minister van Buitenlandse Zaken Bert Koenders i de beide Kamers kunnen overtuigen. Hun verslag van de Europese Raad aan de Tweede Kamer van 16 december spreekt van ‘een juridisch bindende oplossing die recht doet aan de nee-stem’. Het kabinet heeft intussen een wetsvoorstel bij de Tweede Kamer ingediend.
Na alles wat zich hierover in en buiten Nederland heeft afgespeeld is het nauwelijks voorstelbaar dat het parlement het compromis, waaraan de Nederlandse diplomatie maandenlang op volle kracht heeft gewerkt, alsnog afwijst. Dan slaat Nederland echt internationaal een modderfiguur.
De vergadering begon met een indringende beschrijving van de humanitair dramatische situatie in Oost-Aleppo van burgemeester Brita Hagi Hasan. Afgezien van te zijner tijd humanitaire en mogelijk financiële steun kon de Europese Raad haar echter weinig bieden.
Onder leiding van Frankrijk, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk was er een langdurige discussie over de oorlog in Syrië. Dit beraad moest volgens een aanwezige de machteloosheid van de EU als ‘machtig’ naburig politiek blok verhullen. Strengere sancties tegen Rusland en een spectaculair bezoek van bijvoorbeeld het duo Merkel/Hollande, dan wel EU-voorzitter Tusk aan Damascus of Teheran passeerden als optie. Dit alles echter zonder gevolg.
Er komt dus geen herhaling van de spectaculaire trip, direct vanuit de vergadering van de Europese Raad zomer 1991 in Luxemburg, naar de oorlogvoerende hoofdsteden Belgrado en Zagreb. De EU stuurde toen de Raadsvoorzitter als Europees bemiddelaar.
Uiteraard worden in de slotverklaring de voortdurende aanvallen op Aleppo, op de burgerij daar en zelfs op ziekenhuizen door het Syrische regime, Rusland en Iran sterk afgekeurd. Deze landen werd een viertal noodmaatregelen gesuggereerd –waaronder massale evacuatie van de bewoners- waaraan vervolgens deels gevolg is gegeven.
Bron: European Commission
Hoewel dat beraad nog helemaal moet beginnen zijn er al spanningen over de Brexit. De inleidende beschietingen leren dat de nationale leiders via de Europese Raad ook hierover het laatste woord willen houden. De Europese Commissie wordt de officiële onderhandelaar. Zij werkt met richtlijnen van de Europese Raad en van de Ministers van Buitenlandse Zaken i. Het daaronder liggende Coreper i krijgt eveneens een rol, wat nogmaals het toezicht van de Lidstaten versterkt. De Franse bekwame vroegere EU-commissaris Michel Barnier i leidt namens de Commissie de onderhandelingen.
Guy Verhofstadt i waarschuwde voor de Europese Raad dat het Europees Parlement i het akkoord met het Verenigd Koninkrijk zal afwijzen, tenzij het volop bij de onderhandelingen betrokken wordt. De instemming van het parlement voor het vervolg op een Brexit is inderdaad vereist. Verhofstadt is de officiële onderhandelaar namens dat parlement.
Uit de slotverklaring blijkt dat hij niet tegemoet is gekomen. ‘Het EP zal tijdens de onderhandelingen regelmatig op de hoogte worden gehouden. Voorts zal het EP worden betrokken bij de voorbereidingen door de Europese Raad’.
Europa wil de stroom van gemiddeld per dag 600 veelal economische migranten over de Middellandse Zee beperken via akkoorden met vijf landen: Mali, Niger, Senegal, Nigeria en Ethiopië. Een poging om Egypte hierbij te betrekken mislukte omdat dit te hoog gegrepen is. Dit beraad ligt in handen van Federica Mogherini i, de Hoge Vertegenwoordiger i van de Raad EU voor dit soort kwesties.
De Europese leiders zetten zich er tegelijk voor in het akkoord met Turkije overeind te houden. Dank zij de ‘Turkije deal’ is de toestroom via Griekenland teruggevallen van soms 20.000 personen soms per dag in 2015 tot soms nog maar enkele tientallen vandaag.
Lippendienst bewijst de Europese Raad ten slotte aan het mondjesmaat uitvoeren van het besluit uit 2015 om vanuit Griekenland en Italië 160.000 vluchtelingen over de EU te verdelen. Midden december stond de teller op nog maar 6200 hiervan door de andere landen opgenomen vluchtelingen.
Opmerkelijk was de discussie aangezwengeld door president François Hollande i hoe lang men nog de schijn ophoudt dat Turkije lid wordt van de EU. Met het oog op het akkoord over de beperking van de stroom migranten wezen Merkel en Tusk er op dat er geen alternatief is voor de (overigens stagnerende) lidmaatschapsonderhandelingen.
Het in deze kwestie weinig behulpzame Europees Parlement wil het beraad met Turkije botweg schorsen. De Europese Raad ziet Turkije echter in een breder perspectief. De discussie daar leert dat de EU Turkije nooit kan loslaten om drie redenen: de strategische ligging, het economische belang van dat enorm grote buurland en Turkije als de spil, ook in de verre toekomst, bij het migratieprobleem.
Defensie was hier nooit eerder gesprekspunt. Maar dat verandert. ‘De Europeanen moeten meer verantwoordelijkheid nemen voor hun defensie’, aldus de slotverklaring. Men concludeert verder ‘dat er meer inspanningen nodig zijn, waaronder het vrijmaken van voldoende extra (financiële, JW) middelen’.
Bij deze intenties paste de aanwezigheid van Navo-secretaris-generaal Jens Stoltenberg i. Hij en Commissievoorzitter Juncker lichtten nota’s toe over defensie. Zij zeggen dat via materiaalsamenwerking tussen de nationale legers in de EU tot mogelijk maar liefst 100 miljard euro valt te winnen. Dat megagrote bedrag zou men dus zonder extra kosten zo nodig militair weer kunnen investeren.
Als eerste stapje is nu besloten de strikte scheiding te verminderen tussen de activiteiten van de NAVO en die van de EU. Dubbel werk wordt voortaan voorkomen, zo is de bedoeling. Op 6 december is daartoe in Warschau een verklaring ondertekend. Van zijn kant waarschuwde Real-Politiker Tusk er voor op defensiegebied geen vergezichten te gaan schetsen omdat dit later dan uitdraait op een tegenvaller.
Bron: © European Union, 2016
Tevoren noteerde de Financial Times dat het beraad zou bestempeld worden door drie niet aanwezige leiders: de presidenten Putin en Erdogan en aankomend president Trump. Europa weet niet hoe met hen om te gaan. Toch zal 2017 leren dat zij de zaken van Europa mede gaan bepalen. Zie bijvoorbeeld de nooit eerder vertoonde aandacht voor de Navo, zie het omstreden streven van de EU naar vrijhandelsverdragen, of het in Washington en Moskou omstreden klimaatbeleid van de EU.
Over deze van buitenaf opgedrongen 'grote transitie' naar een wereld met andere leiders en andere opvattingen zwijgt de Europese Raad. 2017 brengt bovendien leiders met andere opvattingen in de beleidsbepalende Europese ‘Grote Drie’: Frankrijk, Italië en mogelijk Duitsland.
De Europese politieke leiders ontlopen momenteel hun interne crises: migratie, terrorisme, de financiële vulkanen Griekenland, Italië, Frankrijk, de lekke Schengen i-grenzen, het asociaal dumpen van Oost-Europese werknemers en het door regeringen soms niet meer nakomen van gemaakte afspraken. Werkt de afbrokkelende legitimiteit van de Europese Unie bij het publiek hier mogelijk verlammend?
De Europese leiders hebben sinds maart vorig jaar al vijf keer langdurig vergaderd, maar toch geen enkel besluit van belang genomen. Sedert de start in 1975 vergadert de Europese Raad altijd tweedaags. Gaat voorzitter Tusk nu over naar eendaags vergaderen om de onmacht van zijn college wat toe te dekken?
Dat Merkel, Tusk en Juncker Nederlandse CDA'ers hebben bewerkt om toch maar mee te werken aan de associatie met Oekraïne geeft aan hoe zwaar Europa dit op de maag ligt. Zoals gezegd slaat Nederland een modderfiguur als het die associatie nu alsnog laat kapseizen.
Syrië ligt maar vijftig zeemijlen van EU-land Cyprus en is dus een buur van de Unie. De Commissie had in haar werkprogramma een EU-strategie voor Syrië opgenomen. Maar hoe dit concreet vorm te geven? De Europese Raad rept er met geen woord over. Syrië leert dat het Europees Gemeenschappelijk Buitenlands en Veiligheidsbeleid met 5000 diplomaten wel prestigieus oogt (en veel geld kost) maar in een crisis totaal irrelevant is.
Voor de onderhandelingen over de Brexit knipte de Europese Raad de vleugels van de Commissie en van het Europees Parlement. Naast Michel Barnier namens de Commissie zal de secretaris-generaal van de Europese Raad, Jeppe Tranholm-Mikkelsen, bij iedere onderhandelingsronde aanwezig zijn. Het protesterende Europees Parlement ontbreekt.
In het verleden namen Nederland, Duitsland, België, Italië het altijd op voor dat parlement. Die tijd is kennelijk voorbij. Brexit wordt Chefsache met de nationale regeringsleiders in de cockpit.