Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

De EU Monitor is een betaalde dienst van PDC Informatie Architectuur, en stelt u in staat op eenvoudige wijze het Europese proces van wet- en regelgeving op de voet te volgen: van de indiening van het voorstel tot en met de uiteindelijke stemmingen in het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie.


Aanbevelingen aan de nationale rechterlijke instanties over het aanhangig maken van prejudiciële procedures

Inhoudsopgave van deze pagina:

1.

Stand van zaken

Deze aanbeveling is op 25 november 2016 gepubliceerd.

2.

Kerngegevens

officiële titel

Aanbevelingen aan de nationale rechterlijke instanties over het aanhangig maken van prejudiciële procedures

officiële Engelstalige titel

Recommendations to national courts and tribunals, in relation to the initiation of preliminary ruling proceedings
 
Rechtsinstrument Aanbeveling
Celex-nummer i 32016H1125(01)

3.

Key dates

Document 25-11-2016; datum van publicatie
Bekendmaking in Publicatieblad 25-11-2016; PB C 439 p. 1-8

4.

Wettekst

25.11.2016   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 439/1

 

De onderstaande tekst is een update van de aanbevelingen aan de nationale rechterlijke instanties die daags na de inwerkingtreding, op 1 november 2012, van het nieuwe Reglement voor de procesvoering van het Hof van Justitie (PB C 338 van 6.11.2012, blz. 1) zijn vastgesteld. Deze aanbevelingen zijn gebaseerd op de ervaring die is opgedaan met de toepassing van dit Reglement (1) en op de meest recente rechtspraak. De aanbevelingen hebben tot doel om de essentiële kenmerken van de prejudiciële procedure in herinnering te brengen en om de rechterlijke instanties die zich met een prejudicieel verzoek tot het Hof wenden, alle praktische aanwijzingen te geven zodat het Hof een nuttig antwoord op dit verzoek kan geven.

AANBEVELINGEN

aan de nationale rechterlijke instanties over het aanhangig maken van prejudiciële procedures

(2016/C 439/01)

Inleiding

 
 

1.

De prejudiciële verwijzing, waarin is voorzien in artikel 19, lid 3, onder b), van het Verdrag betreffende de Europese Unie (hierna: „VEU”) en in artikel 267 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (hierna: „VWEU”), is een mechanisme van fundamenteel belang in het recht van de Europese Unie. Het mechanisme moet waarborgen dat dit recht binnen de Unie uniform wordt uitgelegd en toegepast, door aan de rechterlijke instanties van de lidstaten een instrument te bieden waarmee zij zich prejudicieel tot het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: „Hof”) kunnen wenden met vragen over de uitlegging van het recht van de Unie of over de geldigheid van handelingen van de instellingen, de organen en de instanties van de Unie.

 
 

2.

De prejudiciële procedure berust op een nauwe samenwerking tussen het Hof en de rechterlijke instanties van de lidstaten. Met het oog op de doeltreffendheid van deze procedure is het noodzakelijk om de voornaamste kenmerken ervan in herinnering te brengen en om bepaalde verduidelijkingen aan te brengen ten aanzien van de bepalingen van het Reglement voor de procesvoering met betrekking tot onder meer de auteur en de strekking van het verzoek om een prejudiciële beslissing, alsook de vorm en de inhoud van een dergelijk verzoek. Deze verduidelijkingen — die voor alle verzoeken om een prejudiciële beslissing gelden (I) — worden aangevuld door bepalingen die van toepassing zijn op verzoeken om een prejudiciële beslissing die bijzonder snel moeten worden behandeld (II) en door een bijlage waarin de essentiële bestanddelen van elk verzoek om een prejudiciële beslissing kort worden herhaald.

  • I. 
    Bepalingen die op alle verzoeken om een prejudiciële beslissing van toepassing zijn

Auteur van het verzoek om een prejudiciële beslissing

 
 

3.

De bevoegdheid van het Hof om bij prejudiciële beslissing uitspraak te doen over de uitlegging of de geldigheid van het recht van de Unie, wordt uitsluitend op initiatief van de nationale rechterlijke instanties uitgeoefend, ongeacht of de partijen in het hoofdgeding al dan niet de wens hebben geuit dat de rechter zich tot het Hof wendt. De nationale rechterlijke instantie waarbij een geding aanhangig is, zal de verantwoordelijkheid voor de te geven rechterlijke beslissing dragen. Daarom is het alleen aan haar om aan de hand van de bijzonderheden van elke zaak te beoordelen of een verzoek om een prejudiciële beslissing noodzakelijk is om uitspraak te kunnen doen en of de vragen die zij aan het Hof stelt, relevant zijn.

 
 

4.

Het Hof legt de hoedanigheid van rechterlijke instantie uit als een autonoom begrip van het recht van de Unie. Daarbij houdt het Hof rekening met een reeks van factoren, zoals de wettelijke grondslag van het orgaan dat een verzoek heeft ingediend, het permanente karakter en de verplichte rechtsmacht ervan, het feit dat het orgaan uitspraak doet na een procedure op tegenspraak, de...


Lees meer

Deze wettekst is overgenomen van EUR-Lex.

 

5.

Bronnen en disclaimer

Zie voor uitgebreidere informatie eventueel ook de volgende voor dit dossier gebruikte bronnen:

Dit dossier wordt iedere nacht automatisch samengesteld op basis van bovenstaande dossiers. Hierbij is aan de technische programmering veel zorg besteed. Een garantie op de juistheid van de gebruikte bronnen en het samengestelde resultaat kan echter niet worden gegeven.

 

6.

Uitgebreide versie

Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de samenvatting van wetgeving, de juridische context, een overzicht van verwante dossiers en de betrokken zaken van het Europees Hof van Justitie.

De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.

7.

EU Monitor

Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.

De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.