Economische betekenis van immigranten en etnische diversiteit voor steden, Amsterdam

datum 9 september 2016 09:45
plaats Amsterdam
locatie Aula Toon locatie
organisatie Vrije Universiteit (VU)

Grote steden zijn een belangrijke motor van economische ontwikkeling en huisvesten de meeste immigranten. Welke rol spelen immigranten in het succes van steden? Jessie Bakens onderzocht de effecten van immigranten en etnische diversiteit op de stedelijke economie in Nederland.

De meest succesvolle steden kennen een grote diversiteit aan bedrijven, inwoners en voorzieningen. Immigranten dragen bij aan deze diversiteit. Bakens laat zien dat inkomens in steden met een etnisch diverse bevolking hoger zijn dan in steden met weinig immigranten en weinig etnische diversiteit. Dit positieve effect van immigranten en etnische diversiteit op inkomens is echter gering als ze rekening houdt met andere factoren die de hoogte van inkomens bepalen, zoals bijvoorbeeld iemands opleidingsniveau, leeftijd, geslacht, en de sector waarin iemand werkt. Ook toont Bakens aan dat niet iedereen en elke stad evenveel profiteert van etnische diversiteit. De positieve effecten spelen voornamelijk bij hoger opgeleide werknemers, en in grotere steden.

Bakens keek verder of woonlocaties aantrekkelijker zijn naarmate er meer immigranten in de buurt wonen. Zij ontdekte voor Amsterdam dat buurten minder aantrekkelijk zijn als er meer immigranten wonen, maar juist aantrekkelijker als er een groter aanbod is van producten die karakteristiek zijn voor de aanwezigheid van immigranten, zoals buitenlandse restaurants. Dit leidt tot een afruil in sommige buurten in Amsterdam waarbij het negatieve effect van de aanwezigheid van immigranten teniet gedaan kan worden als deze immigranten zorgen voor de ontwikkeling van aantrekkelijke voorzieningen die bijdragen aan omvang en diversiteit van het aanbod.

Bakens kan het negatieve effect van immigranten op de waardering van de woonomgeving niet alleen verklaren door het feit dat veel immigranten in minder aantrekkelijke buurten wonen vanwege hun veelal relatief lage sociaaleconomische status. Een van haar verklaringen is de neiging van verschillende etnische groepen om dicht bij mensen van de eigen groep te willen wonen. Voor Amsterdam en Den Haag ontdekte zij dat dit inderdaad het geval is, en dat deze ruimtelijke clustering een belangrijke factor is bij verhuizingen van verschillende etnische groepen tussen verschillende buurten binnen de stad.

Meer informatie over het proefschrift in VU-DARE

© Copyright Vrije Universiteit Amsterdam