Visserijplan voor kabeljauw, haring en sprot in de Oostzee: het voorzitterschap haalt voorlopig akkoord binnen
Het Comité van permanente vertegenwoordigers (Coreper) heeft nota genomen van een voorlopig akkoord dat op 15 maart 2016 door het Nederlandse voorzitterschap en vertegenwoordigers van het Europees Parlement is bereikt, tot vaststelling van een meerjarenplan voor kabeljauw-, haring- en sprotvisserij in de Oostzee. De bepalingen in het akkoord moeten in de loop van de komende weken door het Coreper worden bevestigd.
In een commentaar op dit akkoord zei de Nederlandse minister van Landbouw, Martijn van Dam, dat dit meerjarenplan voor de visserij het eerste in zijn soort is sedert de hervorming van het gemeenschappelijk visserijbeleid (GVB) in 2013. Het plan is samenhangend en strookt volledig met de beginselen van deze grote hervorming. Het akkoord over dit nieuwe plan maakt de weg vrij voor het opstellen van soortgelijke meerjarenplannen voor visserij in andere geografische gebieden volgens hetzelfde model, te beginnen met het vernieuwen van het meerjarenplan voor visserij op de Noordzee. Ook prees hij het werk van vorige voorzitterschappen en de uitstekende medewerking van het Europees Parlement en de Commissie bij het bereiken van het akkoord.
Het nieuwe plan vervangt het huidige, uit 2007 daterende beheersplan voor de kabeljauwbestanden in de Oostzee, met een aanpak voor meerdere soorten, met inbegrip van de haring- en sprotbestanden waar nog geen beheersplan voor bestond.
Met het plan wordt gestreefd naar een duurzame exploitatie van deze bestanden en naar stabiele vangstmogelijkheden terwijl er tegelijkertijd voor moet worden gezorgd dat bij het beheer wordt uitgegaan van de meest recente wetenschappelijke informatie. Het nieuwe plan zal baat hebben bij de betrokkenheid van degenen die de regio het best kennen, omdat zij de maatregelen op regionaal niveau zullen kunnen aanpassen aan de specifieke kenmerken van de betrokken visserijtakken.
Het is ook een nuttig voorbeeld voor een nieuwe generatie meerjarige visserijbeheersplannen, die tot de belangrijkste operationele instrumenten van het nieuwe GVB behoren.
Volgende stappen
Na bekrachtiging van de ontwerp-verordening door het Coreper zal de definitieve tekst van de verordening formeel door de Raad en het Europees Parlement moeten worden vastgesteld voordat de verordening in het Publicatieblad van de EU wordt bekendgemaakt.
Achtergrond
In oktober 2014 heeft de Commissie een voorstel ingediend voor een ontwerpverordening betreffende het meersoortenplan voor de Oostzee. De Raad heeft op 20 april 2015 een algemene oriëntatie vastgesteld en het Europees Parlement heeft op 28 april 2015 over amendementen gestemd.