Amendement van het lid Roethof C.S. - Verklaring dat er grond bestaat een voorstel in overweging te nemen tot verandering in de Grondwet van bepalingen inzake de justitie
Inhoudsopgave van deze pagina:
Nr. 12
AMENDEMENT VAN HET LID ROETHOF CS. Ontvangen 17 februari 1981
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
In artikel II wordt na artikel 6.2 een nieuw artikel 6.2a ingevoegd, luidende:
Artikel 6.2a
De doodstraf kan niet worden opgelegd Toelichting Dit amendement beoogt onder alle omstandigheden de oplegging van de doodstraf door de rechterlijke macht uit te sluiten. Ingevolge artikel 6.2, vier-de lid, kan voor berechting buiten Nederland en ten aanzien van het oorlogsstrafrecht de wetgever regels stellen die afwijken van hetgeen in de eerste drie leden van artikel 6.2 is gesteld. Om het verbod tot oplegging van de doodstraf zich ook te laten uitstrekken tot de gevallen waarop het vierde lid van artikel 6.2 doelt, wordt een afzonderlijk artikel 6.2a voorgesteld. Ingevolge artikel 8.4 van de nieuwe Grondwet, zoals in overweging genomen bij de wet van 28 juni 1979, Stb. 390, blijven bestaande wettelijke bepalingen betreffende de oplegging van de doodstraf gehandhaafd, totdat overeenkomstig artikel 6.2a in het vervallen ervan zal zijn voorzien.
Roethof Waltmans Wolff v.d. Spek Patijn Tweede Kamer, zitting 1980-1981,16162, nr. 12