Conclusies van de Raad met het oog op het beter gebruiken van de middelen ter bestrijding van de illegale handel in vuurwapens

Met dank overgenomen van Raad van de Europese Unie (Raad) i, gepubliceerd op donderdag 8 oktober 2015.

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

BENADRUKKEND dat de vernieuwde interneveiligheidsstrategie 2015-2020[1] onder andere het aanpakken en voorkomen van terrorisme, versterkte grensbeveiliging en het voorkomen en bestrijden van zware en georganiseerde misdaad als prioriteiten op het gebied van de interne veiligheid van de Europese Unie voor de komende jaren aanwijst, en onderkent dat illegale vuurwapens een ernstige bedreiging voor de interne veiligheid van de Europese Unie vormen,

ER NOTA VAN NEMEND dat de terreuraanslagen in Parijs, Brussel en Kopenhagen eerder dit jaar en, meer recent, de verijdelde aanslag van 21 augustus 2015 op de Thalys, hebben aangetoond dat de middelen voor de bestrijding van de illegale handel in vuurwapens nog beter moeten worden gebruikt,

ERAAN HERINNEREND dat in de verklaring van de leden van de Europese Raad van 12 februari 2015, de gezamenlijke verklaring van Riga[2], en de verklaring van Parijs[3] en de verklaring van de Raad van 9 februari[4] en van 12 maart 2015[5], de bestrijding van illegale handel in vuurwapens wordt genoemd als een van de terrorismebestrijdingsmaatregelen waarbij verdere vooruitgang moet worden geboekt,

BENADRUKKEND dat het uitbreiden van de samenwerking en de informatie-uitwisseling bij de bestrijding van de illegale handel in vuurwapens, en het met prioriteit aanpakken van het onbruikbaar maken van vuurwapens als kritiek punt werden vermeld als punten waarop snelle actie noodzakelijk is en waarop in de komende maanden aanzienlijke resultaten moeten worden geboekt,

VASTSTELLEND dat de uitwisseling van informatie over vuurwapens moet worden geïntensiveerd en dat de huidige informatiesystemen op nationaal, Europees en internationaal niveau (Interpol) niet ten volle worden benut,

OPMERKEND dat de Commissie in haar mededeling "een Europese veiligheidsagenda"[6] voor 2016 een herziening aankondigt van de bestaande wetgeving over vuurwapens, ter verbetering van de uitwisseling van informatie, ter versterking van de traceerbaarheid, om het merken te standaardiseren en om gemeenschappelijke normen op te stellen voor het onbruikbaar maken van vuurwapens,

INGENOMEN met de werkzaamheden in het kader van de EU-beleidscyclus over zware en georganiseerde misdaad, met name binnen de EU-prioriteit op misdaadgebied 2014-2017 "vermindering van de blootstelling van de burger aan vuurwapens, daaronder begrepen het bestrijden van de illegale handel in vuurwapens", en de lidstaten OPROEPEND om deel te nemen aan de uitvoering van de operationele acties van het operationeel actieplan inzake vuurwapens,

ZICH ERVAN BEWUST dat de illegale handel in vuurwapens een belangrijke externe dimensie heeft, die nauwe samenwerking met de buurlanden vereist, met name door de uitvoering van het actieplan inzake illegale vuurwapenhandel tussen de EU en Zuidoost-Europa (2015-2019)[7],

VERZOEKT DE LIDSTATEN:

1 systematisch informatie over gezochte vuurwapens in te voeren in het Schengeninformatiesysteem (SIS II) overeenkomstig artikel 38 van Besluit 2007/533/JBZ van de Raad van 12 juni 2007[8] en meer informatie in te voeren in het Europol-informatiesysteem (EIS) en het Interpol-beheersysteem voor het registreren en traceren van illegale vuurwapens (iARMS), indien beschikbaar,

  • 2. 
    deel te nemen aan het interoperabiliteitsproject iARMS/SIS,
  • 3. 
    Europol relevante informatie te verstrekken die moet worden opgenomen in het analysesysteem van Europol over lopende onderzoeken betreffende de illegale handel in vuurwapens, over misdrijven waarbij vuurwapens werden gebruikt en over aanhoudingen van terroristen waarbij vuurwapens in beslag werden genomen,
  • 4. 
    ten volle gebruik te maken van het "mondiaal rapportagemechanisme inzake illegale handvuurwapens en lichte wapens en andere illegale conventionele wapens en illegale munitie" (iTrace) dat is ingesteld bij Besluit 2013/698/GBVB, indien beschikbaar, in het bijzonder wat betreft het reactievermogen op opsporingsverzoeken,
  • 5. 
    op multidisciplinaire basis deel te nemen aan het operationeel actieplan (OAP) "vuurwapens" en, onverminderd de bevoegdheden van de nationale rechtshandhavingsinstanties, gebruik te maken van de bestaande procedures, waaronder het gemeenschappelijk kader voor risicobeheer, alsmede volledige steun te verlenen aan de uitvoering van operationele acties, in het bijzonder aan de gemeenschappelijke actiedagen van de EU en aan de samenwerking met derde landen. Het komende OAP voor 2016 moet concrete operationele acties bevatten waarbij rekening wordt gehouden met de in onderhavige conclusies opgesomde maatregelen,

VERZOEKT DE EUROPESE COMMISSIE:

  • 6. 
    uiterlijk begin 2016 een voorstel tot herziening van Richtlijn 91/477 van 18 juni 1991 in te dienen met het oog op versterking van het wetgevingskader betreffende vuurwapens, bijvoorbeeld om de uitwisseling van informatie over vuurwapens te verbeteren, de traceerbaarheid ervan te versterken, het merken te standaardiseren en rekening te houden met de illegale handel via het internet en het darknet,
  • 7. 
    in afwachting van de herziening van Richtlijn 91/477, uiterlijk eind 2015 een verordening van de Commissie in te dienen betreffende strenge minimumnormen voor het onbruikbaar maken van vuurwapens,
  • 8. 
    het COSI regelmatig te informeren over de stand van de uitvoering van het actieplan inzake illegale vuurwapenhandel tussen de EU en Zuidoost-Europa (2015-2019)[9],
  • 9. 
    verder te werken aan het interoperabiliteitsproject iARMS/SIS in nauwe samenwerking met Europol, Interpol en de lidstaten, en het COSI regelmatig te informeren over de geboekte vooruitgang, zodat beide systemen in de nabije toekomst volledig interoperabel zijn,

VERZOEKT INTERPOL:

  • 10. 
    nauwlettend toe te zien op de dreiging die uitgaat van vuurwapens, en met name via EC3 en FP Firearms het open internet en het darknet te monitoren, teneinde de illegale handel die via deze platformen plaatsvindt op te sporen en grensoverschrijdende onderzoeken en operaties tegen illegale onlinehandel te coördineren,
  • 11. 
    nauw met de Europese vuurwapendeskundigen (EFE) en Interpol samen te werken om een handboek ter bestrijding van de verkoop van illegale goederen op het internet op te stellen,

VERZOEKT INTERPOL:

  • 12. 
    er waar mogelijk voor te zorgen dat ook Europol kan beschikken over informatie die wordt verstrekt aan iARMS en/of over de resultaten van de opsporing door iARMS,
  • 13. 
    derde landen aan te sporen de iARMS-gegevensbank aan te vullen en te raadplegen, en de hoogste kwaliteit te garanderen.

[1] 9798/15

[2] 5855/15

[3] 5322/15

[4] 5897/15

[5] 6891/15

[6] 8293/15

[7] 15516/14

[8] PB L 205, 7.8.2007, blz.76

[9] 15516/14