EU-burgers profiteren van verbeterde toegang tot consulaire bescherming in het buitenland

Met dank overgenomen van Raad van de Europese Unie (Raad) i, gepubliceerd op maandag 20 april 2015.

De vandaag goedgekeurde richtlijn (20 april 2015) vergemakkelijkt de toegang van EU-burgers tot consulaire diensten in derde landen waar hun eigen land niet diplomatiek vertegenwoordigd is of geen bescherming kan verstrekken.

In derde landen hebben niet-vertegenwoordigde burgers van de Unie recht op consulaire bescherming door een andere lidstaat onder dezelfde voorwaarden als de onderdanen van die lidstaat.

In de nieuwe regels wordt beschreven hoe de lidstaten zullen samenwerken om ervoor te zorgen dat de burgers gebruik kunnen maken van dit recht. Zij zijn opgesteld na de inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon i, dat de status van het burgerschap van de Unie heeft versterkt.

Consulaire bijstand aan niet-vertegenwoordigde EU-burgers kan worden verleend in de volgende situaties:

  • • 
    bij arrestatie of detentie;
  • • 
    indien men slachtoffer wordt van een misdrijf;
  • • 
    bij een ernstig ongeval of ernstige ziekte;
  • • 
    bij overlijden;
  • • 
    voor hulp en repatriëring in een noodgeval;
  • • 
    bij behoefte aan noodreisdocumenten.

In derde landen dragen de delegaties van de Unie, in nauwe samenspraak met de diplomatieke en consulaire missies van de lidstaten, bij aan de toepassing van het recht van de EU-burgers op consulaire bescherming, zoals bepaald in het Verdrag.

De lidstaten hebben tot 1 mei 2018 de tijd om de nationale wetgeving aan te passen aan de richtlijn.

Text of the directive on consular protection for unrepresented Union citizens in third countries, 31 March 2015