Wederkerige visumvrijstelling moet gelden voor alle EU-burgers, zeggen EP-leden
De herinvoering van de visumplicht voor onderdanen van derde landen die nog steeds een visa willen van EU-burgers moet gemakkelijker worden gemaakt door de visumwederkerigheidsregel. Dat was het resultaat van de stemming in de commissie burgerlijke vrijheden op 8 april. De EU kan ook tijdelijk haar regels wat betreft visumvrij reizen opschorten om een "aanzienlijke en plotselinge toename" in migratie of ongegronde asielaanvragen te stoppen, maar dat alleen als laatste redmiddel.
Voor sommige landen waarvan de onderdanen zijn vrijgesteld van visumplicht om de EU binnen te komen, zijn EU-burgers nog steeds verplicht om een visum aan te vragen. Een voorbeeld hiervan is de Verenigde Staten die nog steeds de visumplicht oplegt aan Europeanen met de Bulgaarse, Cypriotische, Roemeense en Poolse nationaliteit.
De leden wijzigden een voorgenomen aanpassing van de EU-visumverordening om het wederkerigheidmechanisme te versterken, door ervoor te zorgen dat als een niet-EU-land dit wederkerigheidprincipe breekt, de EU de visumplicht voor onderdanen van dat land opnieuw kan invoeren.
"Het wederkerigheidsbeginsel dat inhoudt dat een derde land dat profiteert van een EU-visumvrijstelling EU-burgers dezelfde behandeling moet geven, is een belangrijk kenmerk van het gemeenschappelijk visumbeleid van de EU," benadrukte de rapporteur, de Spaanse christendemocraat Agustín Díaz de Mera.
Tijdelijke opschorting van visumvrij reizen
De veranderingen zouden de EU ook in staat stellen om de visumplicht in noodgevallen tijdelijk opnieuw in te voeren. Dit werd toegevoegd door de Commissie op verzoek van EU-lidstaten die met een grote toevloed van asielzoekers werden geconfronteerd nadat de visumplicht voor burgers van sommige landen werd opgeheven.
Echter, visumvrijstelling kan enkel tijdelijk worden opgeschort als een laatste redmiddel, in "noodsituaties", waarin een "aanzienlijke en plotselinge toename" van het aantal illegale migranten, ongegronde asielverzoeken of afgewezen overnameverzoeken zijn ontdekt, benadrukken de leden.
De EU-lidstaten zullen nog met de voorgestelde wijzigingen moeten instemmen.
REF. : 20130405STO07014