Dijsselbloem duwt Eurocrisis in derde fase
De Eurocrisis gaat haar derde fase in. Aanvankelijk moesten de eurolanden i via hun belastingbetalers bloeden. Daarna volgden de aandeelhouders en obligatiebezitters. Nu zijn de vermogende spaarders aan zet. Dat leert de rommelig verlopen redding van Cyprus in de tweede helft van maart.
Inhoudsopgave van deze pagina:
De eurocrisis gaat dit voorjaar haar derde fase in. In 2010 moesten de eurolanden (via hun belastingbetalers) bloeden. Vorige winter kwamen bovendien de bezitters van Griekse aandelen en obligaties aan de beurt. Nu zijn ook de vermogende spaarders de klos.
Dat leert de redding van Cyprus, in de tweede helft van maart. Ondanks luid protest heeft Jeroen Dijsselbloem i als voorzitter van de Eurogroep i de aanpak van omvallende banken gewijzigd.
Het besluit van 26 maart van de Eurogroep om op Cyprus de spaartegoeden boven de ton af te gaan romen, betekent namelijk een ommezwaai van het beleid. Spaartegoeden waren altijd onaantastbaar. Dit ofschoon de staatsgarantie zodra een bank omvalt in de EU maximaal 100.000 euro beloopt.
De regeringen nemen volgens Dijsselbloem met deze aanpak tevens afstand van hun besluit van juni 2012 om omvallende systeembanken financieel te steunen uit het EMS i noodfonds. Duitsland, Nederland en Finland is dat besluit destijds door de andere landen door de strot geduwd.
Een derde belangrijk gevolg van de crisis rond Cyprus is dat de bedreigde landen zien welk noodlot hen wacht als zij hun economische hervormingen blijven uitstellen.
In bijvoorbeeld Spanje, Italië en Frankrijk maar eveneens in de EcoFin i in Brussel stagneert de besluitvaardigheid over al lang beoogde hervormingen. Duitsland maakt het met steun van vooral Nederland en Finland nu duidelijk: geen steun zonder tegelijk pijnlijke besnoeiingen aldaar.
Op 16 maart kwam de Eurogroep na langdurig nachtelijk beraad tot het besluit om tien miljard te lenen uit het reddingfonds ESM. Het IMF, dat twijfels heeft over de draagkracht van Cyprus, wilde na lang aarzelen met één miljard bijspringen. De resterende benodigde 5,8 miljard moesten de Cyprioten zelf maar ophoesten. Vooral de invloedrijke Duitse minister van Financiën Wolfgang Schäuble heeft daar op aangedrongen.
Het definitieve reddingsplan voor Cyprus kwam tot stand nadat het parlement in Nicosia dit akkoord had verworpen. Het is voor het eerst dat een bedreigd land een uitgebalanceerd Europees hulpprogramma botweg afwijst. De oorzaak lag er in dat de kleinere spaarders moesten bijdragen aan de sanering van de banken.
Op aandringen van o.a. de Cyprische regering zélf zouden tegoeden tot een ton 6,75 procent verliezen en daarboven 9,9 procent. Tot dan toe waren de tegoeden tot 100.000 euro heilig. Cyprus doorbrak dat principe in de hoop aldus de grotere beleggers, die de landseconomie schragen, te kunnen vasthouden.
De Cypriotische bevolking en de politieke wereld elders reageerde in het weekeinde van 17 maart geschokt. Nadat het Cypriotische parlement het akkoord had verworpen kwam de Eurogroep op 24 maart opnieuw bijeen. Na opnieuw urenlang nachtelijk beraad werd de heffing op tegoeden beneden de ton geschrapt.
In plaats daarvan wordt alle spaartegoed boven de ton afgeroomd. Aanvankelijk spraken de autoriteiten in Nicosia van 25 procent, later van veertig procent en inmiddels van afroming met zelfs zestig tot mogelijk tachtig procent.
Cyprus vroeg aanvankelijk om zeventien miljard. Die zijn nodig om de zeer grote banksector, waar 68 miljard euro geparkeerd staat, te redden. De twee grootste banken, de Laiki Bank/Cyprus Popular Bank en de Bank of Cyprus, wankelden. Megagrote verliezen door het afschrijven van hun belangen in naburig Griekenland deden hen de das om.
Cyprus heeft circa een miljoen inwoners; dat is minder dan de provincie Limburg. Een lening van zeventien miljard komt overeen met het bijna héle bnp van het staatje. Zo’n ongekende schuld schept zware aflossingsverplichtingen. Vooral in Duitsland als Bezahlmeister vinden de politici dat dergelijke omvangrijk steun hun belastingbetalers, die dit moeten opbrengen, niet uit te leggen is.
Daar komt bij dat Cyprus volgens de Commissie en het IMF nooit in staat is dat vereiste bedrag te zijner tijd af te lossen. Volgens Dijsselbloem gaat de Eurogroep er vanuit dat met leningen van tien miljard Cyprus rond 2020 weer een ‘houdbare staatsschuld’ heeft.
Volgens het op 1 april in Nicosia uitgelekte concept bezuinigingsprogramma van de Eurogroep wordt de Cyprioten belastingverhogingen over de hele linie opgelegd; gaan alle lonen, uitkeringen en pensioenen tot minstens 2016 omlaag, terwijl de ziekenfondspremie met dertig procent ineens omhoog moet. Eerste klasse vliegen wordt alle politici en ambtenaren voortaan verboden, enzovoorts.
Zo lang Cyprus met afromen van spaartegoeden en bezuinigingen niet de vereiste 5,8 miljard weet te vergaren, komen de Eurolanden noch het IMF over de brug, zo is de afspraak.
Ander element van het akkoord met Cyprus is de verplichting de banksector daar, die in totaliteit acht keer groter is dan het bnp, te gaan halveren. Dat zal overigens geen probleem zijn nu de grote buitenlandse beleggers en investeerders uit Cyprus wegtrekken omdat zij het niet meer vertrouwen.
Slotsteen van het akkoord is het faillissement van de Laiki Bank, de tweede grootste bank met negen duizend werknemers. De rekeningen daar beneden een ton en wat na afroming resteert van de grotere tegoeden plus de senior obligaties van de failliete bank gaan naar de Bank of Cyprus. Deze bank wordt door Cyprus geherkapitaliseerd. Zij neemt negen miljard schuld van de Laiki Bank over geleend van de ECB.
Uitdrukkelijk is in dit akkoord door de Eurogroep vastgelegd dat de beloofde tien miljard niet besteed mogen worden om de omvallende banken te redden. Dat moet Cyprus zelf opknappen. Hoewel op het eerste gezicht het tegendeel lijkt, is aan het eerste akkoord van midden maart uiteindelijk niets veranderd dan schrapping van de bijdrage beneden honderdduizend euro.
Opmerkelijk was het wel dat in de tweede overlegronde Herman Van Rompuy i, voorzitter van de Europese Raad, (die normaal niet in de Eurogroep aanwezig is) het heft in handen nam. Van Rompuy overlegde telefonisch met kanselier Angela Merkel i en president Hollande i. Dat het beraad behalve langdurig, op het scherp van de snee verliep blijkt verder uit de deelname van de president van de ECB, Mario Draghi i, van IMF topvrouw Christine Lagarde i en Commissiepresident José M. Barroso i.
Cyprus betekent 0,15 procent van de economie van de EU. Dat zo’n lilliputter als hij omvalt een kettingreactie kan uitlokken bewijst de hedendaagse enorme verwevenheid van de economie van de eurolanden.
De parlementen van de landen met de euro buiten Cyprus en de IMF Board moeten het akkoord nog goedkeuren. In de loop van april sluiten de eurolanden, de Commissie, het IMF en de ECB met Cyprus een Memorandum of Understanding. Daarin vloeien alle uiteenlopende details samen en staat exact omschreven welke binnenlandse hervormingen Cyprus opgelegd krijgt.
De Commissie richt een speciale Taskforce op om de operatie af te wikkelen. Hoofdmotief van de operatie is (zoals steeds) weer ‘de financiële stabiliteit van de eurozone als gehéél’, zo stipuleert de Eurogroep.
In een eerste reactie noemde de Russische minister-president Dmitri Medvedev i het afromen van (onder meer Russische) banktegoeden ‘een voorbeeld van stelen’. Toch overweegt Rusland, dat traditioneel nauwe banden heeft met Cyprus, inmiddels om de 4,5 procent rente op een lening uit 2011 van 2,5 miljard euro te verlagen of de looptijd te verlengen. De Eurogroep hoopt dat dit doorgaat, aldus een verklaring.
Het is bekend dat Cyprus miljarden al dan niet zwart geld heeft aangetrokken uit o.a. Rusland, Oekraïne en Libanon. Het eiland was voor zulke beleggers aantrekkelijk vanwege de fiscale faciliteiten en het imago van een veilige haven. Onderdeel van het akkoord in de Eurogroep is een onafhankelijk onderzoek of Cyprus de EU-regels tegen het witwassen van zulke gelden wel naleeft. Zo nee dan volgen maatregelen vanuit Brussel, aldus de Eurogroep.
Dat er onfrisse dingen gebeuren leert inmiddels de Griekse krant Ethnos van 31 maart. Het dagblad publiceerde de namen van Cypriotische politici van allerlei richting en van bedrijven waarvan door genoemde twee banken en de Cyprische Hellenic Bank de forse schulden illegaal zijn kwijtgescholden.
Grote ophef ontstond op 26 maart wereldwijd nadat voorzitter Dijsselbloem zei zich in de toekomst te laten inspireren in de aanpak van Cyprus. In de Volkskrant zei Dijsselbloem: ‘Die ommezwaai in beleid is onafwendbaar. Op het hoogtepunt van de crisis moest de overheid alle risico’s oppakken, anders stortte de boel in elkaar. Nu komen wij in rustiger vaarwater en duwen we de risico’s en de kosten terug waar ze vandaan komen: bij de banken, de aandeelhouders en de grotere spaarders’.
Alom zagen media en financiële experts dit als ‘een blauwdruk’ voor een nieuwe aanpak zodra elders banken omvallen. Dijsselbloem ontkende vervolgens de term blauwdruk te hebben gebruikt. Cyprus was een ‘uitzonderlijke geval’, aldus Dijsselbloem.
Toch hielden de media vol dat Dijsselbloem van een blauwdruk (dus een model) had gesproken. De Financial Times en persbureau Reuters die de minister gezamenlijk drie kwartier spraken, publiceerden later het omstreden transcript over de ommezwaai.
Daaruit blijkt dat alleen de interviewers het Engelstalige woord voor blauwdruk (template) hebben gebruikt. Vergelijking van dit transcript met de Volkskrant leert dat beide interviews qua inhoud verregaand vergelijkbaar zijn. In het Nederlands spreekt Dijsselbloem van ‘een ommezwaai in beleid’. Een ommezwaai is overigens minstens zo sterk uitgedrukt als te spreken van een blauwdruk.
Dijsselbloem zag zich uiteindelijk genoodzaakt via een persverklaring te benadrukken dat Cyprus geen ‘model’ is voor toekomstige beleid. Hij kon moeilijk anders nadat na het IMF bovendien directeur Benoït Coeuré van de ECB hem op de Franse radio volledig was afgevallen.
Achtergrond van diens opmerkingen is dat de ECB een toekomstige fatale bankrun vreest van grote spaarders in de meest bedreigde landen. Anderzijds kreeg de Nederlandse minister bijval van Duitse zijde, van de Finse premier Jyrki Katainen i en van de Europese Commissie.
Het is bijna schokkend te lezen hoe buitenlandse media Dijsselbloem vervolgens als voorzitter afserveren. Men noemt hem een 'Mr. Nobody' of 'een onervaren nitwit', of 'de pion van Merkel' die daarom voorzitter van de Eurogroep werd, dan wel adviseren: 'ontsla die man!'. Opmerkelijk is het verder dat experts en media die eerst Dijsselbloem fel bekritiseren later in de week er op wijzen dat de Eurogroepvoorzitter inhoudelijke wel gelijk had met zijn benadering.
Bovendien valt het op hoe relatief rustig de financiële markten (na een eerste schrikreactie) vervolgens reageerden. Zij beseffen dat de Commissie met steun van het IMF en Duitsland werkt aan een gemeenschappelijk Europees afwikkelingsmechanisme voor banken die failliet gaan. Daarin worden de grote spaarders niet ontzien. Een besluit daarover is overigens nog niet genomen. Tegen de Franse krant Le Monde zei Dijsselbloem dat de discussie daarover 'nu versneld moet worden'.
Wat Dijsselbloem deed, als voorzitter uit de school klappen, is overigens in Brussel totaal ongebruikelijk. Het beraad in de Europese ministerraad is vertrouwelijk. Een minister wordt geacht uitsluitend de resultaten te vertellen en mag daarnaast zijn eigen bijdrage daaraan prijsgeven en toelichten. Uiteraard proberen de media na iedere vergadering meer te weten te komen (wat meestal lukt). Maar bijvoorbeeld minister-president Mark Rutte i houdt zich scrupuleus in, meer nog dan zijn voorgangers Balkenende en Kok dat deden.
De voorzitter van ieder ministerieel beraad is echter een geval apart. Voor hem/haar geldt een totaal zwijgen over het verloop van het beraad, inclusief de toekomstige aanpak. Laat staan dat een voorzitter na afloop zijn eigen opvattingen in interviews gaat ventileren, zoals Dijsselbloem deed.
Na afloop van iedere Raadsvergadering i geeft de voorzitter een persconferentie. Meestal is het daar niet erg druk. De meeste journalisten prefereren op dat moment de ontmoeting met hun eigen minister 'want die voorzitter zegt toch nooit niks', zo is hun correcte motivering.
Dijsselbloem daarentegen was bij zijn persconferentie op 26 maart als voorzitter rond drie uur 's nachts openhartig en gedetailleerd geweest. Dit waarschijnlijk als reactie op eerdere klachten van journalisten. Daaraan dezelfde dag nog weer diverse afzonderlijke interviews toevoegen is dan wel vragen om moeilijkheden.
Nu Dijsselbloem als nieuwkomer in de internationale media is weggezet als onbekwaam voor het voorzitterschap zal hij voorlopig wel op zijn woorden passen. Zijn voorganger Jean-Claude Juncker waarschuwde destijds de journalisten uitdrukkelijk dat hij zou liegen als dit voor de goede orde beter was. 'Het monetair beleid is belangrijker voor mij'.
De pas gekozen president van Cyprus Nikos Anastasiades i heeft zich tot het laatst tegen de beschreven maatregelen verzet. Zijn dreigement Cyprus uit de eurozone te halen maakte echter weinig indruk. Dan zouden de genoemde banken meteen failliet gaan en waren de spaarders alles kwijt.
De ECB had tevoren aangekondigd de noodsteun ELA die het eiland nog op de been hield, bij uitblijven van een akkoord op 26 maart te staken. Dan was het meteen afgelopen met Cyprus als euroland.
De toekomst hangt nu als een donkere wolk boven Cyprus. Olli Rehn i, de commissaris voor de euro, verwacht daar een diepe recessie. ´Het land en zijn bevolking gaan een moeilijke toekomst tegemoet´, aldus Rehn op 26 maart. Cyprus verliest een van zijn twee belangrijke bronnen van inkomsten (naast het toerisme).
Dat lot trof IJsland vijf jaar geleden. Maar dat land had het geluk niet bij de eurozone te horen. IJsland kon zijn eigen munt fors devalueren. Het werd daardoor een concurrerend goedkoopte-eiland. IJsland is inmiddels alweer boven Jan. Cyprus kan, net als Griekenland, alleen maar saneren via verlaging van de lonen, de sociale uitkeringen en de overheidsuitgaven.
'De manier waarop Cyprus door zijn partners is vernederd bewijst hoezeer de grote landen in de EU de baas spelen. Hun eigen belangen gaan voor alles. De Cyprioten slaat intussen de wanhoop om het lijf', aldus de winnaar van de Nobel memorial prijs in de economie en adviseur van de landspresident Christopher Pissarides in de Financial Times van 27 maart. Hij wijst op de tot nu toe geringe staatsschuld van zijn land. Pissarides voorziet dat met de beleggers andere buitenlandse bedrijven wegvluchten van het eiland.
De vraag die hij opwerpt of een van de grote EU-landen ooit zó hardhandig zal worden aangepakt als nu Cyprus is wel interessant. Sedert de komst van de euro valt het steeds weer op hoe omzichtig de Commissie en de Eurogroep opereren zodra Frankrijk of (in het verleden) Duitsland over de schreef gaan.
Zie bovendien hoe Frankrijk en Spanje momenteel de grens van drie procent overheidstekort ruim overschrijden zonder dat de Commissie protesteert. Terwijl het beleid van die landen duizend keer zwaarder weegt op het lot van de euro dan van lilliputter Cyprus.
De Europese Raad hield op 14 en 15 maart in een besneeuwd Brussel zijn lentebijeenkomst zonder tot enig besluit van betekenis te komen. Dit is wel uitzonderlijk. De hete aardappel Cyprus schoven de politici door naar de Eurogroep die aansluitend vergaderde.
De politieke leiders noteerden dat zij vijf ambitieuze economische doelstellingen tegelijk nastreven. Echter: 'de uitvoering blijft het sleutelelement', aldus de slotverklaring. Zij besloten 'meer vaart te zetten achter de inspanningen ter ondersteuning van groei en tegelijk een groeivriendelijk beleid van begrotingsconsolidatie te blijven voeren', enzovoorts, enzovoorts tien volle pagina's lang.