Opinie Clingendael: Wat een tomaat ons kan vertellen over de euro
Adriaan Schout is deputy director Research en hoofd Europa bij Instituut Clingendael.
DEN HAAG - Volgens Adriaan Schout kunnen we aan de hand van een van de belangrijkste Nederlandse exportproducten, de tomaat, de effecten van de invoering van de euro identificeren en het falende marktmechanisme in de eurozone blootleggen.
Om de effecten van de euro in te schatten kan een simpele vraag helpen: Wat heeft de invoering van de euro betekend voor een specifiek product zoals de Nederlandse tomaat? Nederland heeft een sterke tuinbouwsector en op het eerste gezicht lijkt het alsof de Nederlandse export in deze sector sterk heeft geprofiteerd van de euro. In 2010 werkte bijna 10% van de beroepsbevolking in de productie, kennisontwikkeling en handel in groente en fruit. 75% van de export van tomaten, komkommers, paprika bleef binnen de EU. Export binnen de EU heeft profijt gehad van Europese integratie sinds 1992 door het wegvallen van handelsbarrières, voedselwarenwetten, bescherming op patenten en de invoering van de euro. Sinds de invoering van de euro in 2002 is de export van groente en fruit gestegen met 90%. Exportgroei naar de zuidelijke lidstaten was bijzonder indrukwekkend met een toename van 241% in de periode vanaf de invoering van de euro tot 2010. Betekent dit dat de euro een groot succes is geweest?
Er zijn meerdere verklaringen voor deze scherpe Nederlandse exportstijging, en voor de toenemende import in de zuidelijke lidstaten. Echter, één verklaring voor de gunstige export tussen 2002 en 2010 was de invoering van de euro. Tomaten en soortgelijke handelswaar zijn massaproducten met een lage winstmarge. Het exportsucces is het gevolg geweest van de grote hoeveelheden en een marginaal kostenvoordeel. Bij bulkproducten resulteren kleine veranderingen in de kosten in grote veranderingen in de handel. De invoering van de euro heeft op twee manieren bijgedragen aan de exportstijging. De invoering van de euro leidde onder meer tot lagere transactiekosten. Daarnaast werd de economie in de zuidelijke landen kunstmatig draaiende gehouden door grote investeringen in de vastgoedsector, de toestroom van goedkoop kapitaal en een hoge consumptie. Toen de importen van tuinbouwproducten opliepen waren er geen prikkels in de zuidelijke landen van de eurozone om loonmatiging door te voeren. Dit heeft er toe geleid dat de Nederlandse tuinbouwexport naar de zuidelijke landen bloeide en de productie-investeringen in Nederland toenamen. Het succes van de Nederlandse productie en export was ten dele een signaal van de falende aanpassingsmechanismen in het Zuiden.
Uiteraard leidt zo een vertekende handelsstroom tot een omslag. De zuidelijke landen worden sinds 2010 gedwongen te hervormen waardoor lonen dalen. Dit schaadt de Nederlandse export van tuinbouwproducten binnen de EU. Momenteel worden er minder Nederlandse tomaten geëxporteerd binnen de EU. Op het eerste gezicht lijkt de dalende export een logisch gevolg van de algemene economische crisis te zijn omdat de consumptie in veel eurozone landen daalt. Wat echter minder beseft wordt is dat deze economische terugval in de tuinsector ook gedeeltelijk te wijten is aan de euro. Door de euro ontstond een opwaartse spiraal en werd hier te veel geïnvesteerd in de tuinbouw. Nu zien we dat lonen in de zuidelijke eurozone landen dalen en dat de export van tuinbouwproducten in deze landen stijgt. Niet alleen de Nederlandse export naar zuidelijke landen neemt af, maar ook die naar het Verenigd Koninkrijk. De concurrentie van zuidelijke tomaten is hiermee veel feller geworden.
De tomaat vertelt ons dat de tuinbouwmarkten meer in evenwicht waren gebleven zonder de euro. Het exportsucces was gedeeltelijk het resultaat van de falende markten in de eurozone. Als markten zich beter hadden aangepast, dan zou de Nederlandse export niet zo snel zijn gegroeid en zouden er geen overmatige investeringen zijn gedaan. Tegelijkertijd zou de productie in Zuid-Europa eerder zijn opgevoerd als de markt flexibeler zou zijn geweest.
Dit toont aan dat de invoering van de euro - een macro-economische ontwikkeling - heeft geresulteerd in micro-economische onevenwichtigheden op de markt voor tuinbouwproducten. Als we nu terugblikken is het duidelijk dat de Nederlandse export na 2002 te hoog was. De Nederlandse tomaat vertelt ons ook dat de bloeiende export een teken was van onvoldoende marktaanpassing in het Zuiden. Paradoxaal genoeg heeft de euro de schommelingen binnen de markt versterkt. Of we het nu leuk vinden of niet, goed functionerende markten zijn nu met de euro van nog groter belang dan voorheen.