Zorg voor boerennatuur kan en moet beter

Met dank overgenomen van Vereniging Natuurmonumenten, gepubliceerd op maandag 4 maart 2013.

De zorg voor natuur en landschap in het boerenland moet en kan beter. De beste resultaten worden bereikt als boeren, natuur- en landschapsorganisaties de handen ineen slaan en in grote gebieden hun werkzaamheden afstemmen op de planten en dieren die op hun land voorkomen. Dat stellen Natuurmonumenten, Vogelbescherming, de 12 Landschappen en Landschapsbeheer Nederland in een gezamenlijke visie, getiteld ‘Naar een effectief agrarisch natuurbeheer’.

Dramatische achteruitgang

Met de visie, die 4 maart in Utrecht is gepresenteerd, hopen de organisaties de wijze waarop boeren natuur en landschap nu beheren een duw in de goede richting te geven. Een noodzakelijke duw, vinden de organisaties, want ondanks alle inspanningen en investeringen de afgelopen dertig jaar is het aantal planten en dieren dat leeft in het boerenland dramatisch achteruitgegaan.

5 miljoen vogels weg

Van de vogels die een halve eeuw geleden leefden op akkers en in weilanden is nog maar 25 procent over, een verlies van 3,3 tot 5,7 miljoen vogelparen. Hoewel Nederland er in negatieve zin uitspringt, doet de achteruitgang zich in heel Europa i voor.

Een Europese vogelorganisatie berekende dat er sinds 1980 zeker 300 miljoen broedparen zijn verdwenen. Planten zeldzaam Bij planten is de situatie niet veel beter. Graslanden en akkers zijn monocultures geworden, die ongeschikt zijn (gemaakt) voor veel wilde planten. Met als gevolg dat dotterbloemen en pinksterbloemen, die een halve eeuw geleden nog massaal het boerenland opfleurden, zeldzaam zijn geworden. Geen bloemen betekent geen insecten. En dat betekent geen voedsel voor tal van vogels.

Samenwerken

De natuurorganisaties pleiten daarom voor een natuurbeheer op het boerenland dat planten en dieren wél beschermt. Ze willen dat boeren in een groot gebied met elkaar en met natuur- en landschapsorganisaties gaan samenwerken. Daarmee komt een einde aan de versnippering, waarbij de ene boer wel en de andere niet meedoet aan natuurbeheer. Boeren en natuurbeheerders kunnen in die samenwerking gebruik maken van elkaars kennis en ervaring.

Landbouwsubsidies Europa

De natuurorganisaties keren zich tegen de wens van de landbouworganisatie LTO Nederland om het agrarisch natuurbeheer te betalen uit het natuurbudget van de rijksoverheid. Ze vinden dat een deel van de landbouwsubsidies van de Europese Unie ingezet moet worden om het boerenland leefbaar te houden voor planten en dieren. Het natuurbudget van het rijk kan dan gebruikt worden waar het voor bedoeld is: voor de zorg van planten en dieren in de natuurgebieden. Bekijk hier de verbeterversie van de natuurorganisaties (PDF)