Verordening 2009/1005 - Ozonlaag afbrekende stoffen (herschikking)
Inhoudsopgave van deze pagina:
officiële titel
Verordening (EG) nr. 1005/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 betreffende de ozonlaag afbrekende stoffen (herschikking)officiële Engelstalige titel
Regulation (EC) No 1005/2009 of the European Parliament and of the Council of 16 September 2009 on substances that deplete the ozone layer (recast)Rechtsinstrument | Verordening |
---|---|
Wetgevingsnummer | Verordening 2009/1005 |
Origineel voorstel | COM(2008)505 |
Celex-nummer i | 32009R1005 |
Document | 16-09-2009 |
---|---|
Bekendmaking in Publicatieblad | 31-10-2009; Special edition in Croatian: Chapter 15 Volume 006,OJ L 286, 31.10.2009 |
Inwerkingtreding | 20-11-2009; in werking datum publicatie + 20 zie art 31 01-01-2010; Toepassing zie art 31 |
Einde geldigheid | 10-03-2024; gedeeltelijk einde van de geldigheid zie 32024R0590 art. 31 31-03-2024; gedeeltelijk einde van de geldigheid zie 32024R0590 art. 31.3 02-03-2025; opgeheven door 32024R0590 |
Omzetting | 30-06-2011; ten laatste |
31.10.2009 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 286/1 |
VERORDENING (EG) Nr. 1005/2009 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD
van 16 september 2009
betreffende de ozonlaag afbrekende stoffen
(herschikking)
(Voor de EER relevante tekst)
HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 175, lid 1,
Gezien het voorstel van de Commissie,
Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité (1),
Na raadpleging van het Comité van de Regio’s,
Handelend volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag (2),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Verordening (EG) nr. 2037/2000 van het Europees Parlement en de Raad van 29 juni 2000 betreffende de ozonlaag afbrekende stoffen (3) is meer dan eens substantieel gewijzigd. Aangezien nieuwe wijzigingen nodig zijn, dient ter wille van de duidelijkheid tot een herschikking van deze verordening te worden overgegaan. |
(2) |
Er is vastgesteld dat de aanhoudende emissie van ozonafbrekende stoffen de ozonlaag significante schade toebrengt. Er zijn duidelijke aanwijzingen dat de hoeveelheid ozonafbrekende stoffen in de atmosfeer afneemt, en de eerste tekenen van herstel van de stratosferische ozonlaag zijn waargenomen. Toch zal het herstel van de ozonlaag op het niveau van de concentraties van vóór 1980 naar verwachting niet eerder dan het midden van de 21e eeuw een feit zijn. De toename van de UV-B-straling als gevolg van de aantasting van de ozonlaag blijft bijgevolg een ernstige bedreiging voor de gezondheid en het milieu vormen. Tegelijkertijd hebben de meeste van deze stoffen een hoog aardopwarmingspotentieel en zij dragen dan ook bij tot hogere temperaturen op onze planeet. Derhalve dienen nadere maatregelen te worden genomen om een afdoende bescherming van de gezondheid van de mens en het milieu tegen de schadelijke gevolgen van die emissies te waarborgen en het risico te vermijden dat het herstel van de ozonlaag verder wordt vertraagd. |
(3) |
De Gemeenschap is, gezien haar verantwoordelijkheden ten aanzien van het milieu en de handel, bij Beschikking 88/540/EEG van de Raad (4) partij geworden bij het Verdrag van Wenen ter bescherming van de ozonlaag en bij het Protocol van Montreal betreffende stoffen die de ozonlaag afbreken (hierna „het protocol” genoemd). |
(4) |
Vele ozonlaag afbrekende stoffen zijn broeikasgassen maar worden niet gereguleerd door het Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake klimaatverandering en het Protocol van Kyoto, omdat werd aangenomen dat ozonafbrekende stoffen door het Protocol van Montreal werden geëlimineerd. Ondanks de met dat protocol gerealiseeerde vooruitgang is de beoogde eliminatie van ozonafbrekende stoffen in de Europese Unie en wereldwijd nog steeds niet afgerond, en daarnaast hebben vele alternatieven voor ozonafbrekende stoffen op dit ogenblik een hoog aardopwarmingspotentieel. Daarom is het noodzakelijk de productie en het gebruik van ozonafbrekende stoffen te beperken en te elimineren wanneer technisch haalbare alternatieven met een laag aardopwarmingspotentieel beschikbaar zijn. |
(5) |
De partijen bij het protocol hebben aanvullende maatregelen ter bescherming van de ozonlaag vastgesteld voor het laatst in hun vergadering in Montreal in september 2007 en in Doha in november 2008. Op Gemeenschapsniveau dienen maatregelen te worden genomen om de verplichtingen van de Gemeenschap uit hoofde van het protocol na te komen en met name om de versnelde eliminatie van chloorfluorkoolwaterstoffen tot stand te brengen, waarbij terdege rekening moet worden gehouden met de risico’s van geleidelijke invoering van alternatieven met een hoog aardopwarmingspotentieel. |
(6) |
Nadat de wetenschappelijke beoordelingsgroep in zijn verslag van 2006 zijn bezorgdheid had uitgesproken over de alsmaar... |
Lees meer
Deze wettekst is overgenomen van EUR-Lex.
Dit dossier wordt iedere nacht automatisch samengesteld op basis van bovenstaande dossiers. Hierbij is aan de technische programmering veel zorg besteed. Een garantie op de juistheid van de gebruikte bronnen en het samengestelde resultaat kan echter niet worden gegeven.
Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de samenvatting van wetgeving, de geconsolideerde versie, de juridische context, de Europese rechtsgrond, een overzicht van verwante dossiers, de betrokken zaken van het Europees Hof van Justitie en tot slot een overzicht van relevante raadplegingen.
De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.
Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.
De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.