Kleine bedrijven creëren 85% van nieuwe banen in EU

Met dank overgenomen van Europese Commissie (EC) i, gepubliceerd op maandag 16 januari 2012.

Kleine bedrijven creëren 85% van nieuwe banen

Brussel, 16 januari 2012. Kleine en middelgrote ondernemingen (kmo's) waren goed voor 85% van het netto-aantal nieuwe banen1 in de EU tussen 2002 en 2010. Dit percentage is aanzienlijk hoger dan het aandeel van kmo's in de totale werkgelegenheid (67%). Tussen 2002 en 2010 is de nettowerkgelegenheid in bedrijven in de EU aanzienlijk gestegen (gemiddeld met 1,1 miljoen nieuwe banen per jaar). Dit zijn de belangrijkste resultaten van een vandaag door de Europese Commissie voorgestelde studie over de essentiële bijdrage van kmo's aan het scheppen van werkgelegenheid.

De groei van de werkgelegenheid in kmo's (jaarlijks 1%) was hoger dan in grote bedrijven (0,5%). De handelssector vormt een duidelijke uitzondering op deze regel: de werkgelegenheid in kmo's nam er jaarlijks met 0,7% toe vergeleken met 2,2% in grote ondernemingen. Deze uitzondering is het gevolg van de sterke toename van grote handelsondernemingen (vooral op het gebied van de verkoop, het onderhoud en het herstel van motorvoertuigen).

Wat kmo's betreft, zijn micro-ondernemingen (ondernemingen met minder dan tien werknemers) goed voor het hoogste aandeel (58%) in de totale groei van de nettowerkgelegenheid in bedrijven.

Nieuwe ondernemingen (jonger dan vijf jaar) nemen een overweldigende meerderheid van de nieuwe banen voor hun rekening. Nieuwe ondernemingen die op het gebied van zakelijke diensten actief zijn, creëren meer dan een kwart (27%) van de nieuwe banen, terwijl nieuwe ondernemingen in de transport- en communicatiesector het kleinste aantal nieuwe banen creëren (6%).

Volgens Antonio Tajani, vicevoorzitter van de Commissie en commissaris voor Industrie en Ondernemerschap, "spelen kleine ondernemingen in deze kritieke periode voor de Europese economie nog steeds hun rol als belangrijke generatoren van nieuwe banen. Hun aanzienlijke rol bij het scheppen van werkgelegenheid bewijst dat het economisch belang van kmo's groter dan ooit is en dat we kmo's op alle niveaus moeten steunen. Kleine en nieuwe ondernemingen zijn duidelijk van cruciaal belang voor het herstel van de economische groei".

Meer informatie is te vinden op de webpagina van het SME Performance Review:

http://ec.europa.eu/enterprise/policies/sme/facts-figures-analysis/performance-review/index_en.htm

Belangrijkste effecten van de crisis: kleinere ondernemingen kampen vaker met negatieve gevolgen

Uit het onderzoek blijkt dat alle ondernemingen onder de economische crisis te lijden hebben maar dat vooral micro-ondernemingen bijzonder kwetsbaar zijn. Als gevolg van de economische crisis in 2009-2010 is het aantal banen in kmo's jaarlijks gemiddeld met 2,4% gedaald vergeleken met een daling van jaarlijks 0,95% in grote ondernemingen. De werkgelegenheid ontwikkelde zich in 2010 nog steeds negatief maar de vooruitzichten voor 2011 waren tijdens het onderzoek beter. Het percentage ondernemingen dat in 2011 verwachtte werknemers te moeten ontslaan, was kleiner dan het percentage ondernemingen dat in 2010 daadwerkelijk werknemers heeft ontslaan.

Naast de gevolgen voor de werkgelegenheid is veruit het belangrijkste negatieve effect van de crisis voor ondernemingen de algemene daling van de totale vraag naar producten en diensten (een probleem voor 62% van de ondernemingen), gevolgd door de verlenging van de betalingstermijnen door de klanten (een probleem voor 48% van de ondernemingen) en het gebrek aan werkkapitaal (een probleem voor 31% van de respondenten).

Innovatie is een wapen in de strijd tegen de crisis

Innovatie lijkt een gunstig effect te hebben: innovatieve ondernemingen en ondernemingen uit meer innovatieve landen creëren vaker werkgelegenheid en kennen een hogere werkgelegenheidsgroei.

Uit het onderzoek blijkt dat innovatieve kmo's of ondernemingen in meer innovatieve economieën minder onder de economische crisis hebben geleden. 70% van de ondernemingen in landen die op bescheiden schaal innoveren ("modest innovators"), heeft bijvoorbeeld te maken gehad met een daling van de algemene vraag2. In landen die op het gebied van innovatie een voortrekkersrol spelen ("innovation leaders"), bedraagt dat percentage slechts 45%.

Arbeidskwaliteit in kmo's

De studie maakt een onderscheid tussen twee brede dimensies van de arbeidskwaliteit: de kwaliteit van de werkgelegenheid en de kwaliteit van het werk. Gemiddeld zijn werknemers in kleine ondernemingen minder productief, minder goed betaald en minder actief in vakbonden dan in grote ondernemingen. Micro-ondernemingen vinden echter dat ze met betrekking tot een aantal "zachte" aspecten van het humanresourcesbeleid (werkklimaat; evenwicht tussen werk en gezinsleven; arbeidstijden) een concurrentievoordeel ten aanzien van hun concurrenten hebben.

Achtergrond

De studie maakt deel uit van het project SME Performance Review en is gebaseerd op een onderzoek van eind 2010 naar ondernemingen in de 27 EU-lidstaten en 10 andere landen die aan het programma voor ondernemerschap en innovatie deelnemen, namelijk Albanië, Kroatië, de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, IJsland, Israël, Liechtenstein, Montenegro, Norwegen, Servië en Turkije.

MEMO/12/11

 

Contact :

Carlo Corazza +32 22 95 17 52

Sara Tironi +32 22 99 04 03

1 :

Het aantal nieuwe banen verminderd met het aantal verloren gegane banen in een bepaalde periode.

2 :

Deze indeling is gebaseerd op de resultaten van het 2010 Innovation Scoreboard, dat landen op grond van hun prestaties ten aanzien van 24 innovatie-indicatoren in vier groepen indeelt: (1) Innovation leaders; (2) Innovation followers; (3) Moderate innovators en (4) Modest innovators.