Europees Parlement: EU moet hard onderhandelen over terugdringen CO2-uitstoot op komende klimaattop

De EU moet leiderschap tonen tijdens de VN klimaattop in Durban en het Kyoto-protocol i voor CO2-vermindering na 2012 blijven verdedigen, zo luidt een resolutie, die het Europees Parlement i woensdag heeft aangenomen. EP-leden zeggen ook, dat de economie van de EU kan worden gestimuleerd door verder te gaan dan de huidige doelstelling van 20% broeikasgasvermindering.

"Internationale klimaatonderhandelingen zijn op een punt aangekomen tussen stilstand en vooruitgang - de EU moet bijdragen aan nieuwe vooruitgang in Durban", zei Jo LEINEN (S&D, DE), de voorzitter van de EP commissie milieubeheer en van de EP delegatie op de klimaattop, nadat de resolutie was aangenomen met 532 stemmen voor, 76 tegen en 43 onthoudingen. "De economische crisis moet niet als excuus worden gebruikt om geen actie te ondernemen. De EU moet het Kyoto-protocol verdedigen en samenwerken met andere landen in de opzet van een stappenplan om ervoor te zorgen dat een uitgebreid klimaatverdrag uiterlijk 2015 wordt ingevoerd", voegde hij toe.

Steun voor Kyoto

Volgens de resolutie moet de EU haar sterke betrokkenheid bij het protocol van Kyoto "in het openbaar en in ondubbelzinnige" bewoordingen bevestigen. Het Kyoto-protocol is een internationale overeenkomst die geïndustrialiseerde landen verplicht om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen. Europarlementariërs willen voorkomen dat er een kloof ontstaat na eind 2012, wanneer de huidige periode afloopt.

Meer dan 20% uitstootvermindering

In navolging van eerdere klimaatresoluties, vinden Europarlementariërs dat de EU verder moet gaan dan de huidige doelstelling van 20% uitstootvermindering voor 2020. Dit doel is ook in het eigen belang van de EU, aangezien groene banen kunnen ontstaan en groei en veiligheid een impuls kunnen krijgen.

Klimaatfonds en andere maatregelen

EP-leden willen dat de EU helpt in het bereiken van een overeenkomst over de bronnen en organisatie van een Groen Klimaatfonds om ontwikkelingslanden te steunen. Het fonds zou in 2020 uit 100 Amerikaanse dollar per jaar moeten bestaan.

Nieuwe maatregelen zijn ook nodig om lucht- en scheepvaartuitstoot (uitgesloten van het Kyoto-protocol) aan banden te leggen en om veranderingen in landgebruik aan te pakken. Met de problemen van sommige niet-EU landen in het achterhoofd, staan de EP-leden volledig achter de wetgeving die zij in 2008 goedkeurden om vanaf 1 januari 2012 luchtvaart in het Europees systeem van emissiehandel op te nemen.

Europarlementariërs zijn bang dat er een "gigantische kloof" ontstaat tussen internationale ambities en het doel van de VN om de opwarming van het aardoppervlak onder de 2ºC te houden. Wetenschappelijke rapporten van de VN hebben aangetoond dat de geïndustrialiseerde landen hun uitstoot met 25-40% moeten verminderen in 2020, ten opzichte van het niveau van 1990.

• * 

  De afvaardiging van het Parlement naar de VN COP-17 klimaattop in Durban, Zuid-Afrika: Voorzitter Jo LEINEN (S&D, DE), Ondervoorzitter Karl-Heinz FLORENZ (EPP, DE), Kriton ARSENIS (S&D, EL), Bairbre DE BRÚN (GUE/NGL, UK), Pilar DEL CASTILLO (EPP, ES), Bas EICKHOUT i (GREENS/EFA, NL), Elisabetta GARDINI (EPP, IT), Dan JØRGENSEN (S&D, DK), Corinne LEPAGE (ALDE, FR), Vladko PANAYOTOV (ALDE, BG), Anna ROSBACH (ECR, DK), Oreste ROSSI (EFD, IT), Richard SEEBER (EPP, AT), Francisco SOSA WAGNER (niet-fractiegebonden, ES) en Marita ULVSKOG (S&D, SE).