Zes oud-eurocommissarissen snel aan de slag als lobbyist op hun vroegere beleidsterrein
DEN HAAG (PDC i) - Zes voormalige eurocommissarissen i hebben enkele maanden na hun aftreden werk gevonden als lobbyist of adviseur bij een bedrijf. Ze houden zich daar bezig met onderwerpen waar zij als eurocommissaris nauw bij betrokken waren.
De regels om dit te voorkomen - en daarmee het uitlekken van voorstellen en informatie die nog niet openbaar zijn gemaakt, te voorkomen - zijn erg onduidelijk. Het is niet zo makkelijk om het aangaan van dergelijke betrekkingen te verbieden.
Een speciaal 'ethisch comité' van de Europese Commissie i dat toeziet op bijbanen van Europese (oud-)bestuurders is in één geval een onderzoek gestart. Oud-eurocommissaris Verheugen i van industrie is een adviesbureau begonnen. Verheugen zegt dat hij zich niet met lobby-activiteiten zal bezighouden, maar dat is niet met zekerheid vast te stellen.
Verheugen heeft ook vier andere nevenfuncties, daarvoor heeft hij toestemming gekregen. Een andere oud-commissaris, Ferrero-Waldner i, heeft voor een tweetal adviesfuncties ook toestemming gekregen, mits zij geen vertrouwelijke informatie zou doorspelen. Dit wordt echter niet gecontroleerd.
Groepen die de lobbyisten in Europa in de gaten houden en transparantie willen bevorderen zijn niet gelukkig met al deze activiteiten van oud-commissarissen. Zo werkt de oud-commissaris voor interne markt nu bij Ryanair, en de oud-commissaris voor consumentenbescherming bij de Franse bank BNP Paribas. Vanwege mogelijk misbruik van politiek gevoelige kennis pleiten de groepen voor een verbod op nevenfuncties van drie jaar na aftreden.
Bron: EU observer i, 23 september 2010, de Volkskrant, 24 september