Vlaamse minister Schauvliege pleit voor duurzaam beheer van materialen
Vlaams Minister i van Leefmilieu Joke Schauvliege brengt in een tweedaagse informele Raad namens het Belgisch voorzitterschap het thema "duurzaam materialenbeheer" op Europees niveau. Tijdens de Informele Raad buigen de Leefmilieuministers van de 27 EU-lidstaten i zich over de vraag welke stappen de Europese Unie i moet nemen om te komen tot een duurzaam materialenbeleid. Dit duurzaam materialenbeleid moet de opstap vormen naar een "resource efficient" of "materiaalefficiënt" Europa, één van de centrale doelstellingen in de EU 2020-strategie. i
Tijdens de informele Raad Leefmilieu in Gent heeft Joke Schauvliege, Voorzitter IR Leefmilieu, namens België, concrete beleidsvoorstellen voor een duurzaam materialenbeheer gelanceerd. Ze heeft daarover met haar collega-ministers, Europees Leefmilieucommissaris Potocnik en vertegenwoordigers van het Europees Parlement i een grondige gedachtewisseling gehouden.
Wat is ‘duurzaam materialenbeheer’?
‘Duurzaam materialenbeheer’ richt zich op de hele levenscyclus van producten. Deze cyclus start bij de ontginning of winning van grondstoffen. Die worden dan verwerkt tot half afgewerkte en afgewerkte producten. Deze worden vermarkt via distributiekanalen en aangekocht door consumenten die ze gebruiken en vroeg of laat afdanken. De zo ontstane afvalstoffen kunnen eventueel opnieuw ingezet worden door hergebruik of recyclage in een volgende toepassing. Uiteindelijk komt een materiaal in een of andere vorm terug in de natuur via storten of via gasvormige emissies (na verbranding). Dit noemen we de levenscyclus van een materiaal.
Het heeft geen zin om bijvoorbeeld een uitgebreide infrastructuur op te bouwen voor inzameling en recyclage van afvalstoffen als producten niet recycleerbaar worden gemaakt. En het heeft geen zin om milieuvriendelijke producten op de markt te brengen als de consument ze op een onverantwoorde wijze gebruikt. De verschillende schakels in de keten moeten optimaal samenwerken om te komen tot een duurzame kringloopeconomie. De ontwikkeling van een dergelijk beleid noemen we “duurzaam materialenbeleid”.
Resource efficient
Een “resource efficient” of “materiaalefficiënt” Europa is één van de centrale doelstellingen in de EU 2020-strategie. Deze materiaalefficiëntie hebben we absoluut nodig. Grondstoffen worden alsmaar schaarser door sterk opkomende groei-economieën en toenemende consumptie, maar ook de manier waarop we met materialen omspringen (of het nu grondstoffen, producten of afvalstoffen zijn) ligt aan de basis van heel wat milieuproblemen. Met andere woorden, efficiënt omspringen met materialen maakt onze bedrijven niet alleen competitiever en minder afhankelijk van import van buiten Europa, het zorgt er ook voor dat we met zijn allen minder energie verbruiken (en dus minder het klimaat opwarmen), minder lucht en water vervuilen, minder afval produceren, minder beslag leggen op kostbare ruimte voor het telen van gewassen, minder gezondheidsrisico’s veroorzaken en de ecosystemen minder onder druk zetten.
Duurzaam materialenbeheer gaat verder dan afvalpreventie en afvalverwerking. Afvalstoffen zijn niet langer als dingen waar we vanaf moeten geraken met zo weinig mogelijk schade voor het milieu. Afvalstoffen zijn in de eerste plaats symptomen van onaangepaste productie- en consumptieprocessen die we moeten aanpassen om zo weinig mogelijk afvalstoffen over te houden. En wat er wel nog vrijkomt aan reststromen moeten we gebruiken als grondstoffen voor andere productieprocessen. Of we moeten er op zijn minst voor zorgen dat die geen schadelijke stoffen bevatten zodat ze zonder problemen terug aan de natuur kunnen worden gegeven. Dit cradle-to-cradle principe vormt één van de pijlers van een duurzaam materialenbeheer.