Lopende buitensporigtekortprocedures: Commissie concludeert dat twaalf lidstaten doeltreffende maatregelen hebben genomen

Met dank overgenomen van Europese Commissie (EC) i, gepubliceerd op dinsdag 15 juni 2010.

Vandaag heeft de Europese Commissie i beoordeeld in hoeverre België, Tsjechië, Duitsland, Ierland, Spanje, Frankrijk, Italië, Nederland, Oostenrijk, Portugal, Slovenië en Slowakije gevolg hebben gegeven aan de aanbevelingen die de Raad i op 2 december 2009 tot hen heeft gericht om hun respectieve buitensporige tekorten te corrigeren. De Commissie kwam tot de conclusie dat de autoriteiten de aanbevelingen hebben opgevolgd.

"In de huidige economische omstandigheden is behoefte aan een gecoördineerde budgettaire exitstrategie om zowel een ingrijpende begrotingsconsolidatie door te voeren als het ontluikende economische herstel te ondersteunen. De huidige begrotingsdoelstellingen, met inbegrip van de herziene doelstellingen van Spanje en Portugal, lijken weliswaar te garanderen dat een passend algemeen begrotingsbeleid voor de EU wordt gevoerd, maar het is duidelijk dat meer vaart moet worden gezet achter de verwezenlijking van de structurele agenda. De noodzaak van een betere en effectievere coördinatie zet onze oproep kracht bij om in Europa tot een sterkere economische governance te komen", aldus de heer Olli Rehn, het voor economische en monetaire zaken bevoegde Commissielid.

Context

Voor alle twaalf lidstaten waarop de mededeling betrekking heeft, zijn de in het kader van de buitensporigtekortprocedure (BTP) geldende termijnen en te leveren budgettaire inspanningen vastgesteld met inachtneming van de door de EU-Raad in oktober overeengekomen beginselen voor de budgettaire exitstrategie. Alle aanbevelingen zijn gedaan binnen een middellangetermijnkader, niet alleen omdat er van uitzonderlijke economische omstandigheden sprake is, maar ook omdat de te leveren consolidatie-inspanningen van aanzienlijke omvang zijn. Om dezelfde reden is voor de te verwezenlijken budgettaire inspanning een jaarlijks gemiddelde gehanteerd.

In overeenstemming met het pact heeft de Raad in een toetsingsclausule voorzien: op 2 juni diende te worden nagegaan of reeds initiële vorderingen in de richting van een consolidatie waren gemaakt.

In april 2009 is ten aanzien van Frankrijk, Ierland en Spanje een BTP ingeleid omdat de tekortdrempel van 3% in 2008 was overschreden. Frankrijk en Spanje kregen tot 2012 de tijd om een einde te maken aan hun buitensporige tekort, terwijl de termijn voor Ierland op 2013 werd vastgesteld. Na zes maanden werden de termijnen voor deze landen met een jaar verlengd omdat zij wegens de ongunstige economische omstandigheden onhaalbaar waren geworden. Aldus werd Frankrijk en Spanje aanbevolen hun buitensporige tekort tegen 2013 te corrigeren en Ierland tegen 2014, hetgeen gemiddelde jaarlijkse inspanningen van 1¼% Ã 2% van het bbp impliceerde.

In december 2009 is ten aanzien van Oostenrijk, België, Tsjechië, Duitsland, Italië, Nederland, Portugal en Slovenië een BTP ingeleid omdat deze landen in 2009 de referentiewaarde hadden overschreden. Daar Oostenrijk, Duitsland en Nederland nog enige budgettaire ruimte hadden, werd hun gevraagd in 2011 met de consolidatie aan te vangen en het buitensporige tekort tegen 2013 weg te werken door een jaarlijkse inspanning van gemiddeld ½ Ã ¾% van het bbp te leveren. Tsjechië, Slovenië en Slowakije werd verzocht in overeenstemming met hun nationale plannen in 2010 met de consolidatie te beginnen en het tekort tegen 2013 te corrigeren. De jaarlijkse budgettaire inspanningen dienden gemiddeld ¾ Ã 1% van het bbp te bedragen omdat de budgettaire ruimte enigszins beperkt was. Ook België en Italië werd gevraagd in 2010 te beginnen en het tekort tegen 2012 te corrigeren wegens hun hoge en snel stijgende schuld; van deze landen werd een jaarlijkse gemiddelde inspanning van ½% (IT) en ¾% (BE) van het bbp verlangd. Portugal, ten slotte, werd, gezien de welbekende uitdagingen waar het land voor staat, namelijk een hoge en snel oplopende schuld en een enorm tekort op de lopende rekening, verzocht in 2010 met de correctie te beginnen en tegen 2013 te consolideren, hetgeen neerkomt op een jaarlijkse gemiddelde budgettaire inspanning van 1¼% van het bbp.

Algemene conclusies

In alle gevallen werd tot de conclusie gekomen dat de getroffen maatregelen volstonden om de doelstellingen voor 2010 te halen. In de meeste gevallen werd gevraagd zo spoedig mogelijk de maatregelen te specificeren om de doelstellingen voor de jaren na 2010 te realiseren.

In overeenstemming met de conclusies van de Ecofin-Raad van 9 mei is voor Spanje en Portugal niet alleen nagegaan of de ondernomen actie doeltreffend was, maar ook of de aangekondigde nieuwe doelstellingen en maatregelen adequaat zijn. De conclusie luidt in beide gevallen dat de doelstellingen voldoende ambitieus zijn en een aanzienlijke budgettaire consolidatie inhouden. Van Spanje en Portugal wordt verwacht dat zij in hun begroting voor 2011 maatregelen ter grootte van respectievelijk 1¾% en 1½% van het bbp specificeren om de nieuwe doelstellingen te realiseren. Deze beoordeling moet worden gezien als eerste leidraad voor de begroting van komend jaar.

Al bij al lijken de huidige budgettaire doelstellingen, met inbegrip van de recente herzieningen, te garanderen dat algemeen genomen een passend begrotingsbeleid wordt gevoerd.

Evaluatie per land

België

De Belgische autoriteiten voeren momenteel de tekortreducerende maatregelen ter grootte van 1% van het bbp in 2010 uit zoals in de ontwerpbegroting was gepland. Bovendien verwachten de diensten van de Commissie dat het nominale tekort in 2010 lager zal uitkomen dan het in de ontwerpbegroting voor 2010 voorspelde tekort.

Tsjechië

De Tsjechische autoriteiten hebben de tekortverminderende maatregelen in 2010 uitgevoerd zoals in de ontwerpbegrotingswet voor 2010 was gepland en hebben in de loop van het jaar aanvullende maatregelen getroffen om de tekortdoelstelling voor 2010 te realiseren. Het totale budgettaire effect van de maatregelen wordt op ruim 2% van het bbp geschat.

Duitsland

De Duitse autoriteiten hebben de budgettaire stimuleringsmaatregelen in 2010 zoals gepland ten uitvoer gelegd. Zij hebben daarbij onder meer de bij de wet ter bevordering van de economische groei geïntroduceerde additionele belastingverlagingen doorgevoerd, zoals door de Raad was aanbevolen. Bovendien hebben de autoriteiten nadere invulling gegeven aan de consolidatiestrategie op middellange termijn, waarmee in 2011 een aanvang moet worden gemaakt. Op 7 juni hebben zij maatregelen bekendgemaakt voor 2011 en latere jaren.

Ierland

De Ierse autoriteiten hebben een aanzienlijk consolidatiepakket voor 2010 ter grootte van 2,5% van het bbp ten uitvoer gelegd. De maatregelen hadden vooral betrekking op de uitgavenzijde en waren bedoeld om de tekortdoelstelling van 11,5% van het bbp te halen. De totale netto-inspanning tot reductie van het tekort in 2010 wordt op 4¼% van het bbp geraamd als ook rekening wordt gehouden met het effect over het gehele jaar van de in de loop van 2009 genomen maatregelen.

Spanje

De door de Spaanse autoriteiten genomen maatregelen vertegenwoordigen een jaarlijkse budgettaire inspanning van meer dan 1½% van het bbp in zowel 2010 als 2011. Deze maatregelen hangen samen met de ambitieuzere begrotingsdoelstellingen die op 12 mei voor deze beide jaren zijn aangekondigd.

Frankrijk

De Franse autoriteiten hebben de tekortverminderende maatregelen in 2010 grotendeels volgens plan uitgevoerd. Zo is met name het herstelplan gedeeltelijk teruggedraaid. Voorts is de tekortdoelstelling voor 2010 met 0,5% van het bbp naar beneden bijgesteld in vergelijking met de in de begroting opgenomen doelstelling.

Italië

Zoals de Raad heeft aanbevolen, zijn de Italiaanse autoriteiten momenteel de consolidatiemaatregelen voor 2010 aan het uitvoeren die in de context van het tijdens de zomer van 2008 goedgekeurde pakket voor de periode 2009-2011 zijn genomen. Dit leidt tot een reductie van het tekort voor 2010 met naar schatting 0,5% van het bbp. Daarnaast is ook de tekortdoelstelling van 5% van het bbp voor 2010 bevestigd. Bovendien heeft de regering op 25 mei haar goedkeuring gehecht aan een wetsdecreet waarin nadere invulling wordt gegeven aan de maatregelen die ten grondslag liggen aan de aanvullende consolidatie-inspanningen voor 2011-2012, die vooral op de lopende uitgaven betrekking hebben.

Nederland

Conform de aanbeveling van de Raad voeren de Nederlandse autoriteiten thans de begrotingsmaatregelen in 2010 uit zoals in de begroting voor 2010 was gepland. Zij hebben tevens enige bijzonderheden verstrekt over de consolidatiestrategie op middellange termijn, die in 2011 een aanvang dient te nemen.

Oostenrijk

Zoals de Raad heeft aanbevolen, hebben de Oostenrijkse autoriteiten de budgettaire stimuleringsmaatregelen zoals gepland in 2010 ten uitvoer gelegd. Tot de maatregelen behoren onder meer een belastingaftrek voor gezinnen met kinderen en belastingverlagingen voor zelfstandigen. Zij hebben tevens enige bijzonderheden verstrekt over de consolidatiestrategie op middellange termijn, die in 2011 een aanvang dient te nemen.

Portugal

De door de Portugese autoriteiten genomen maatregelen vertegenwoordigen een jaarlijkse budgettaire inspanning van meer dan 1¼% van het bbp in zowel 2010 als 2011. Deze maatregelen hangen samen met de ambitieuzere begrotingsdoelstellingen die op 8 mei voor deze beide jaren zijn aangekondigd.

Slovenië

De Sloveense autoriteiten voeren momenteel de in de begroting voor 2010 opgenomen consolidatiemaatregelen door. Deze maatregelen zullen in 2010 een uitgavenvermindering van naar schatting ongeveer 1¼% van het bbp opleveren, hetgeen overeenstemt met de plannen. Bovendien heeft de regering op 10 juni een aanvullende begroting goedgekeurd om de tekortdoelstelling te bevestigen.

Slowakije

De Slowaakse autoriteiten hebben in 2010 diverse tekortverlagende maatregelen doorgevoerd, hetgeen naar verwachting in een aanzienlijke verbetering van het structurele saldo (namelijk met 1,2% van het bbp) zal resulteren.

Achtergrond: de buitensporigtekortprocedure

De buitensporigtekortprocedure is het corrigerende deel van het stabiliteits- en groeipact. Deze procedure wordt geregeld bij artikel 126 van het Verdrag en verder verduidelijkt door Verordening (EG) nr. 1467/97 van de Raad. Na de herziening van het pact in 2005 mag met de economische situatie rekening worden gehouden bij het doen van aanbevelingen over het te volgen tijdschema voor de correctie van het buitensporige tekort.

Wanneer een lidstaat meedeelt dat er sprake is van een feitelijk of verwacht tekort van meer dan 3% van het bbp, dan dient de Commissie overeenkomstig artikel 126, lid 3, een verslag in bij het Economisch en Financieel Comité, dat krachtens artikel 126, lid 4, advies over dit verslag uitbrengt. Indien de Commissie van oordeel is dat er een buitensporig tekort bestaat of kan ontstaan, richt zij vervolgens overeenkomstig artikel 126, lid 5, een advies tot de betrokken lidstaat en brengt zij de Raad daarvan op de hoogte. Tegelijkertijd stelt de Commissie ook voor dat de Raad overeenkomstig artikel 126, lid 6, besluit dat er een buitensporig tekort bestaat en beveelt zij de Raad overeenkomstig artikel 126, lid 7, aan aanbevelingen tot de betrokken lidstaat te richten opdat deze binnen een bepaalde termijn een einde maakt aan het buitensporige tekort.

Alle documenten in verband met buitensporigtekortprocedures zijn te vinden op: http://ec.europa.eu/economy_finance/sgp/deficit/countries/index_en.htm.


1.

Relevante EU dossiers