Waarom Merkel en Sarkozy Europa blijven regeren
Kanselier Merkel i en President Sarkozy i hebben het zo geregeld dat de Frans-Duitse as ook onder het Verdrag van Lissabon i Europa blijft regeren. Herman van Rompuy i, Lady Ashton i en José Barroso i volgen als roergangers komende jaren de orders van de nationale hoofdsteden. De kleine landen worden daarbij echter niet vergeten.
Inhoudsopgave van deze pagina:
Herman Van Rompuy wordt krachtens het Verdrag van Lissabon komend Nieuwjaar de vaste voltijdse voorzitter van de Europese Raad. Zijn benoeming als ‘spin in het web’ van het Europese overleg geldt voor 2,5 jaar en kan eenmaal door de Europese Raad worden verlengd tot vijf jaar.
Tot nu toe rouleert het voorzitterschap halfjaarlijks tussen de presidenten en regeringsleiders. De huidige voorzitter, de Zweedse premier Fredrik Reinfeldt, is de laatste in die functie. Voor de technische ministerraden (financiën, landbouw, verkeer etc.) blijft het roulerende voorzitterschap wel bestaan.
Conclusie: de fameus gecompliceerde ambtelijke en politieke onderhandelingen tussen de Europese Raad, de Commissie, de verschillende technische Ministerraden en het Europees Parlement
Met Herman van Rompuy, Lady Ashton en José Barroso behouden Duitsland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk volledig greep op de Europese Unie i. Van Rompuy zegt als voorzitter i van de Europese Raad een bemiddelaar te willen zijn zonder eigen programma. Barroso volgt al sedert 2004 als Commissievoorzitter i de orders van de grote landen (zonder klachten daarover van de ‘kleintjes). De Britse barones Ashton laat uiteraard haar nationaliteit meespelen als Hoge Vertegenwoordiger voor het GBVB i van de Unie.
Bondskanselier Angela Merkel zei in de aanloop naar de beslissende Europese Raad i van 19 november dat een kandidaat uit de kleine landen als vaste voorzitter haar voorkeur had. Door het zo te regelen bevestigde de kanselier haar eigen hoofdrol voor de komende jaren. Dat laatste valt af te leiden uit de voorgeschiedenis. De voorzitter van de Europese Raad (in de media de ‘President van Europa’) is een Frans-Britse uitvinding.
Duitsland was minder enthousiast. Nederland was mordicus tegen en België ook. President Giscard d’ Estaing i propageerde al in 1984 in zijn boek Deux Français sur trois zo’n president. De premiers Tony Blair i en José Maria Aznar en president Jacques Chirac namen aan de vooravond van de Europese Conventie i dat idee over.
Twee keer is er dan vervolgens een unieke topconferentie van alleen de kleinere EU-landen. Enig agendapunt: hoe de introductie van zo’n vaste voorzitter tegen te houden. In april 2003 leidt de Luxemburgse premier Jean-Claude Juncker i de bijeenkomst in zijn hoofdstad en later in die maand doet Jan Peter Balkenende i dat in Athene. De kleine landen vrezen dat een presidentieel systeem de Commissie verzwakt. In de Europese Raad spelen de grote landen de baas. Via de vaste voorzitter zou dat nog toenemen.
De grote landen (genoemde drie plus Italië, Spanje en Polen) hebben in 2003 in de Conventie niettemin de komst van een vaste ‘president’ afgedwongen. Belangrijk motief was dat zij in de Europese Commissie over totaal zes stemmen beschikken terwijl de 21 kleinere landen maar liefst 21 stemmen hebben. Dat vroeg inderdaad wel om enigerlei compensatie. Vergeet niet dat driekwart van de bevolking van Europa in genoemde zes grote landen woont. De vondst van het duo Merkel-Sarkozy is nu het aantrekken van een timide rasbestuurder als Van Rompuy, uit bovendien een klein land. De kleinere landen kunnen hiermee prima leven. Alleen de Nederlandse en Luxemburgse regeringsleiders als kandidaat-voorzitter mokken in stilte mogelijk wat na.
Het was de voormalige Franse president Giscard d’ Estaing die als voorzitter van de genoemde Conventie de introductie van de vaste voorzitter er daar door duwde. Pas in de loop van 2009, met het inwerking treden van het Verdrag van Lissabon per 1 december, realiseerden de leiders van Frankrijk en Duitsland zich wellicht dat de installatie van zo’n ‘President van Europa’ ten koste zou gaan van hun eigen internationale positie. Dat zou zeker het geval zijn, ging het om iemand waarvoor zogezegd het verkeer in Washington of Peking tot stilstand komt (bijvoorbeeld Blair). In Brussel hoorde je enkele jaren geleden trouwens dat Blair, Aznar en Giscard destijds alle drie aan zichzelf dachten als eerste ‘president’. De in 2005 mislukte Grondwet voor Europa doorkruiste dit.
Concluderend blijft met Van Rompuy als voorzitter de Frans-Duitse as ook onder het Verdrag van Lissabon Europa aandrijven of remmen al naar de stemming in Berlijn en Parijs. Dit is opmerkelijk. Het vrijwel verdubbelen van het aantal EU-landen van vijftien naar zevenentwintig is vaak gezien als het einde van de leidende rol van Frankrijk en Duitsland. Verder kan de Commissie haar vrees door de Europese Raad te worden gekortwiekt afleggen. Tenslotte houdt het Verenigd Koninkrijk grip op de buitenlandse politiek. Dat de nieuwe ‘president’ naast Frans, Engels en Duits het Nederlands als moedertaal heeft is een pluspunt voor ons land.
Inmiddels is de totaal onverwachte benoeming van het duo Van Rompuy – Lady Ashton toch kritisch onthaald. Giscard d’ Estaing ziet hierin een bewijs van ‘de beperkte ambities van Europa’. The Economist noemt het in een hoofdartikel ‘bespottelijk’ om twee onbekende politici zonder veel politieke ervaring aan de hoofd van de Unie te zetten.
De portefeuille ‘buitenlandse betrekkingen toebedelen aan uitgerekend het VK is niet serieus aangezien Londen vierkant tegen Europese diplomatie is’, aldus de vroegere Franse premier Michel Rocard in de Financial Times van 20 November. De Italiaanse voormalige premier en Commissievoorzitter Romano Prodi i is ‘geschokt’. ‘Niemand in het VK kent Lady Ashton. Zij heeft nog nooit aan een verkiezing meegedaan’, aldus de Britse media. Genoemde politici staan politiek allemaal op een zijspoor. Juist daarom zeggen zij waar het op staat. Van Rompuy en Ashton stralen inderdaad niet de ambitie uit van een Verenigd Europa als derde partner mondiaal naast de VS en China. De leiders van Frankrijk, Duitsland en het VK blijven zelf liever Europa vertegenwoordigen.
De Europese Raad heeft tegelijk het mandaat verlengd van de Fransman Pierre de Boisseu, als secretaris-generaal van de Raad. Over twee jaar wordt hij waarschijnlijk opgevolgd door de Duitse adviseur van kanselier Merkel Uwe Corsepius. Ook nog eens hierlangs houden de kingmakers Merkel en Sarkozy zicht op alles van belang wat er in Brussel gebeurt of passeert. Bovendien wordt verwacht dat een Duitser over twee jaar het prestigieuze presidentschap van de Europese Centrale Bank i van de Fransman Jean-Claude Trichet i overneemt.
Intussen is Van Rompuy’s thuisfront laaiend enthousiast. De Belgen zijn apetrots, óók die woonachtig in de Franstalige en Duitstalige landsdelen. Dagblad De Standaard kwam daags na de benoeming met 22,5 pagina’s Van Rompuy allemaal gevuld met interessante artikelen. Op de gevel van zijn huis in de Brusselse randgemeente Sint-Genesius-Rode staat zijn levensmotto ‘rustige vastheid’.
De kleurloos ogende 62-jarige rooms- katholiek Herman Van Rompuy (CD&V) is een ras tacticus. ‘En dat laatste óók als het er om gaat zijn eigen zaak vooruit te helpen’, zegt ex-premier en hoogleraar Mark Eyskens die hem in de jaren zestig doceerde. Van Rompuy studeerde in Leuven filosofie en economie. De man heeft daar intellectuele en culturele diepgang aan overgehouden. Toen als felicitatie een Belgisch parlementslid de Nederlandse dichter A. Roland Holst onverwacht citeerde, kon Van Rompuy zonder moeite dat gedicht (‘de Ploeger’) spontaan tot het einde voortzetten. Met zin voor humor schrijft hij al jaren haiku’s.
Wat betreft Europa is Van Rompuy een onbeschreven blad. Op de persconferentie na zijn uitverkiezing (bij unanimiteit) werd hem gevraagd om op desnoods maar één onderdeel zijn opinie te geven. Hij antwoordde: ‘vanaf nu is mijn mening volstrekt ondergeschikt aan die van de Europese Raad’. Van Rompuy wil als voorzitter ‘de gevoeligheden en belangen van eenieder vooral eerbiedigen’. Hij ziet voor zichzelf als voorzitter maar één profiel ‘dat van de dialoog, van de eenheid en van actie’.
Een opvallend opgewekte (gezien de voorgeschiedenis) Balkenende betoogde in Brussel ‘zeer verheugd’ en ‘opgelucht’ te zijn dat de knoop onverwacht snel was doorgehakt. In de vergadering had Balkenende zijn collega’s gevraagd om een snel besluit, ‘opdat wij niet morgen tot tegen het ontbijt bezig zijn hier’. Met zo’n langdurige vergadering was gezien de meningsverschillen serieus rekening gehouden.
Meteen had Balkenende zijn steun aan Van Rompuy toegezegd. ‘Ik ken de heer Van Rompuy, een bewogen politicus, al meer dan twintig jaar’. Balkenende hield vol dat hij nooit kandidaat is geweest. ‘Ik weet wel dat er veel speculaties zijn geweest. Maar ik ben de afgelopen weken druk bezig geweest met de dingen die moeten gebeuren, namelijk om Nederland door een moeilijke fase te loodsen. Dat is ingewikkeld zat. Dat er intussen een hele discussie over mijn persoon in de media loopt, daar heb ik geen greep op’.
Onbelicht aspect in de discussie is dat Nederland als enige van de landen die de EU schiepen nooit de voorzitter mag leveren. Met Van Rompuy levert België al de derde ‘president’ sedert de start van de Hoge Autoriteit in 1952. Italië en Frankrijk mochten al vier keer de voorzitter sturen, piepklein Luxemburg twee keer. Frankrijk (Delors i) en Duitsland (Hallstein i) bezetten tien jaar achtereen het Commissievoorzitterschap.
Alleen Nederland bleef altijd buiten beeld afgezien van het interim Commissie voorzitterschap van Sicco Mansholt i gedurende een deel van 1972. Dat Balkenende ontkende kandidaat te zijn bewijst hoe schizofreen Europa hier functioneert. Kon hij anders na het échec van Ruud Lubbers i en dat van Wim Kok i als kandidaatvoorzitter ? ’Balkenende heeft gezag in de Europese Raad’, betoogde onlangs minister Wouter Bos i. Dan is het extra zuur na zestig jaar ‘Verenigd Europa’ dat Nederland als enige de voorzittershamer mist.
Herman Van Rompuy wordt krachtens het Verdrag van Lissabon komend Nieuwjaar de vaste voltijdse voorzitter van de Europese Raad. Zijn benoeming als ‘spin in het web’ van het Europese overleg geldt voor 2,5 jaar en kan eenmaal door de Europese Raad worden verlengd tot vijf jaar.
Tot nu toe rouleert het voorzitterschap halfjaarlijks tussen de presidenten en regeringsleiders. De huidige voorzitter, de Zweedse premier Fredrik Reinfeldt, is de laatste in die functie. Voor de technische ministerraden (financiën, landbouw, verkeer etc.) blijft het roulerende voorzitterschap wel bestaan.
Conclusie: de fameus gecompliceerde ambtelijke en politieke onderhandelingen tussen de Europese Raad, de Commissie, de verschillende technische Ministerraden en het Europees Parlement worden nóg ingewikkelder. Dit geldt eveneens voor het buitenlandse beleid van de Unie.
Van Rompuy opereert op basis van de vage taakomschrijving uit het Verdrag van Lissabon plus een nog op te stellen huishoudelijke reglement van de Europese Raad. Allereerst zit hij de vergaderingen (‘toppen’) van de Europese Raad voor. Meestal is dat driemaandelijks, soms vaker. De voorzitter prepareert die meetings samen met Commissievoorzitter Barroso.
Hij ‘bevordert de samenhang en consensus binnen de Europese Raad’, aldus het nieuwe verdrag. Dit betekent dat de voorzitter compromissen moet zoeken voor 27 landen met uiteenlopende belangen. Na afloop van iedere ‘top’ zal Van Rompuy persoonlijk verslag daarvan doen voor het Europees Parlement.
Tweede belangrijke taak van Van Rompuy is dat hij ‘op zijn niveau’ de Europese Unie naar buiten toe vertegenwoordigt. Dit wil zeggen dat de Europese ‘president’ de officiële contactpersoon en tegenspeler wordt van president Obama in Washington en van de hoogste politieke leiders in bijvoorbeeld Peking en Moskou.
Barones Ashton of Upholland (53) krijgt een driedubbele taak. Als Hoge Vertegenwoordiger (HV) voor het Gemeenschappelijk Buitenlands en Veiligheids Beleid (GBVB) neemt zij het over van Javier Solana die deze functie tien jaar heeft bekleed. Ashton voert het GBVB uit en doet daartoe voorstellen aan de Raad van Ministers en de Europese Raad.
Dit klinkt ambitieus. Het verbleekt echter als men beseft dat de EU tijdens de vijf belangrijkste internationale crises van de voorbij twintig jaar (de oorlogen in de Golf, Joegoslavië, Afghanistan, Irak en Kosovo) altijd intern hevig verdeeld was. Deze HV/GBVB had de ‘Minister van Buitenlandse Zaken van de Unie’ moeten worden. Maar die fraaie titel is vorig jaar op het laatste moment gestuit op een veto van uitgerekend het VK van Ashton….
Nieuw is dat Ashton de leiding krijgt van de beoogde diplomatieke dienst van de Unie, de EEAS. Het gaat om minstens vijfduizend diplomaten. De helft komt van de Commissie. Haar 130 posten tellende dienst gaat op in de nieuwe instelling. Ruwweg een kwart van de diplomaten komt van de Raad van Ministers, het resterende kwart van de Lidstaten. Het wordt de vuurproef van Ashton om de competentiegeschillen (met name met de ambassades van de EU-landen) op te lossen bij de creatie van dit omvangrijke apparaat.
Ander novum is Ashton als de permanente voorzitter van de Ministerraad van Algemene Zaken. Tot nu toe rouleert die voorzittershamer halfjaarlijks onder de nationale ministers van buitenlandse zaken . Tenslotte wordt de nieuwbenoemde ook nog vice-voorzitter van de Commissie. Haar ‘twee petten’-status is uniek. Ashton zit daardoor als enige zowel in de Raad van Ministers als in de Europese Commissie ‘achter de knoppen’.
Sommigen verwachten dat HV Ashton uiteindelijk een belangrijkere rol krijgt dan voorzitter Van Rompuy. Zij beschikt binnenkort over circa 6000 ambtenaren en hij over slechts dertig. Zij is meteen al aangewezen voor vijf jaar maar haar benoeming moet nog het Europees Parlement passeren. Ashton was sedert een jaar de Europees commissaris voor het handelsbeleid.