Staatscommissie-Heemskerk (1910-1912)
Deze Staatscommissie werd ingesteld op 24 maart 1910 door het kabinet-Heemskerk i. Voorzitter was minister-president en minister van Binnenlandse Zaken mr. Th. Heemskerk i. De commissie moest adviseren over uitbreiding van het kiesrecht en over het onderwijsartikel. De commissie bracht in mei 1912 haar rapport uit, maar kon niet met een eensluidend advies komen.
De werkzaamheden van de Staatscommissie leidden niet tot herziening van de Grondwet.
De commissie bestond, naast mr. J. Heemskerk en ondervoorzitter jhr.mr. J. Röell i (liberaal Eerste Kamerlid), uit 15 leden. Secretaris was mr. J.B. Kan i, secretaris-generaal van het ministerie van Binnenlandse Zaken.
Leden:
naam |
functie(s) |
politieke kleur |
Commissaris der Koningin |
antirevolutionair |
|
lid Raad van State |
liberaal |
|
Tweede Kamerlid |
liberaal |
|
Tweede Kamerlid |
vrijzinnig-democraat |
|
Eerste Kamerlid |
vrijzinnig-democraat |
|
Tweede Kamerlid |
christelijk-historich |
|
Tweede Kamerlid |
antirevolutionair |
|
Tweede Kamerlid |
Rooms-Katholieken |
|
Tweede Kamerlid |
antirevolutionair |
|
Tweede Kamerlid |
Rooms-Katholieken |
|
Tweede Kamerlid |
Rooms-Katholieken |
|
lid Raad van State |
liberaal |
|
Eerste Kamerlid |
Rooms-Katholieken |
|
Tweede Kamerlid |
christelijk-historich |
|
Tweede Kamerlid |
sociaaldemocraten |
|
Tweede Kamerlid |
oud-liberaal |
|
Tweede Kamerlid |
antirevolutionair |