Artikel 283: Mandaat
Ieder dezer Geregtshoven vonnist, bij uitsluiting, over alle misdaaden, in derzelver Departement begaan, over welken de Wet, hetzij infamie of lijfstraf bepaalt, waaronder bijzonderlijk behooren alle fraudes en contraventiën, door Ingezetenen van het Departement ten nadeele van 's Lands Middelen gepleegd.