Telefoneren via het internet wordt populair in Europese huishoudens
Een EU i-onderzoek bij 27.000 huishoudens heeft uitgewezen dat consumptiepatronen in telecomdiensten in Europa een verandering hebben ondergaan. Dankzij technologische vooruitgang en concurrentie heeft de Europese consument meer keuze gekregen; 24% van de huishoudens heeft de vaste telefoon opgegeven en is overgestapt op de mobiele telefoon terwijl 22% van hen gebruik maakt van de computer thuis om via het internet te bellen. In steeds meer lidstaten wordt in Europese huishoudens gebruik gemaakt van mobiele of satellietnetwerken voor draadloze toegang tot het internet. 29% van de Europese huishoudens maakt bovendien gebruik van gecombineerde telecom- en mediapakketten, een stijging van bijna 10% ten opzichte van vorig jaar. De consument blijft echter de hoogste prioriteit verbinden aan de kwaliteit van de diensten in deze zich snel ontwikkelende sector.
De voornaamste bevindingen van het derde EU-onderzoek dat vandaag door de Europese Commissie i werd bekendgemaakt luiden als volgt:
-
-Gebruikers stappen steeds vaker over van vaste naar mobiele telefoon waarbij ongeveer 24% van de EU-27 huishoudens alleen nog gebruik maakt van mobiele telefoon. Dit aandeel is aanzienlijk hoger in de nieuwe lidstaten (39%) dan in de EU-15 (20%), met uitzondering van Finland (61%) en Portugal (48%). In sommige lidstaten gaat deze stijging gepaard met een toename van het gebruik van draadloze toegang tot het internet via het mobiele netwerk of per satelliet (Tsjechië, Slowakije, Oostenrijk en Italië).
-
-22% van de Europese huishoudens met een internetverbinding maakt nu gebruik van hun computer om te bellen. Dit percentage ligt tweemaal hoger in Letland (58%), Litouwen (51%), Tsjechië (50%), Polen (49%) en Bulgarije (46%).
-
-29% van de Europese huishoudens heeft twee of meer telecom- en mediaproducten aangeschaft van één leverancier (een stijging van 9% sedert de winter van 2007), waarbij de combinatie van vaste telefoon en toegang tot het internet de meest gebruikelijke is.
-
-Vrijwel de helft van alle Europese huishoudens heeft toegang tot het internet (49%) en steeds meer mensen beschikken over een breedbandaansluiting (36% in de EU-27, een stijging van 8% sedert de winter van 2007). De meeste huishoudens met internettoegang (59%, een stijging van 4% ten opzichte van vorig jaar) gebruiken een ADSL-lijn. De voornaamste reden die wordt aangevoerd voor het feit dat men niet over een internetaansluiting thuis beschikt is een gebrek aan belangstelling (50% van de respondenten).
-
-22% van de Europese huishoudens ondervindt problemen wanneer ze contact moeten opnemen met hun leverancier in verband met moeilijkheden bij de aansluiting. Een soortgelijk percentage verklaarde dat de dienstverlening te duur was.
-
-Eén op de vier mobiele gebruikers krijgt niet altijd verbinding met het mobiele netwerk om te kunnen bellen. 28% verklaart dat de verbinding soms wordt afgebroken.
-
-Meer huishoudens ontvangen digitale terrestrische televisie: een stijging van 5% sedert de winter van 2007 tot nu 12% van de EU-27 huishoudens. Het aandeel van de huishoudens met analoge televisieontvangst via een antenne is gedaald van 45% tot 41%.
-
-Een op de tien EU-huishoudens ontvangt televisie op meer dan één manier (antenne, kabel, satelliet, internet). Dit cijfer ligt nog hoger in Frankrijk (25% van de huishoudens), het VK (22%), Italië (19%), Zweden (19%) en Cyprus (16%).
Achtergrond:
Het onderzoek werd van november tot december 2007 uitgevoerd bij een steekproef van 27.000 representatieve huishoudens in 27 landen.
Een hervorming van de EU-telecomvoorschriften die door de Commissie in november 2007 werd ingediend, wordt momenteel in het Europees Parlement i en de Raad i besproken (zie IP/07/1677, IP/07/1678, MEMO/07/458),.
De volledige tekst van het EU-onderzoek kan worden ingezien op:
http://ec.europa.eu/information_society/policy/ecomm/library/ext_studies/index_en.htm
Voor meer informatie over het onderzoek van vorig jaar:
Annex
Penetration rates for key telecom services
Average EU 27 households Winter 2008 |
Average EU 27 households Winter 2007 |
% change EU 27 Winter 2008 / Winter 2007 |
|
Overall telephone access (fixed and/ or mobile) |
95% |
95% |
0% |
Mobile telephone access1 |
83% |
81% |
+2% |
Fixed telephone access |
70% |
72% |
-2% |
Both fixed and mobile telephone access |
57% |
58% |
-1% |
Mobile but no fixed telephone access |
24% |
18% |
+4% |
Fixed but no mobile telephone access |
14% |
15% |
-1% |
Broadband internet access |
36% |
28% |
+8% |
DSL access |
29% |
22% |
+7% |
Cable-modem access |
7% |
6% |
+1% |
Television |
96% |
97% |
-1% |
Aerial |
41% |
45% |
-4% |
Cable-TV |
34% |
35% |
+1% |
Satellite |
22% |
21% |
-1% |
Digital Terrestrial TV |
12% |
7% |
+5% |
1 Note: The EU mobile telephone access rate per household is lower than the penetration rate per capita because of multiple mobile access (prepaid/postpaid) within a same household which only count as one when measured at a household level.