Luchtverkeer tussen VS en EU kan fors gaan toenemen
Auteur: Matthijs Nieuwenhuis
Luister naar EU-correspondent Matthijs Nieuwenhuis over het Open Skies verdrag.
Een forse impuls voor het vliegverkeer tussen Europa en de Verenigde Staten. Dat is het doel van de Open Skies overeenkomst tussen de EU i en de VS, die zondag 30 maart ingaat. Vanaf die dag mag elke maatschappij van en naar elke luchthaven op de twee continenten vliegen. Tot nu toe is dit onmogelijk. Maar wat levert dit akkoord op?
Meer aanbod, snellere verbindingen en vooral goedkopere vliegtickets. Dat is de bedoeling, vertelt woordvoerder Michele Cercone van de Europese Commissie: "Het effect is meer commerciële routes tussen Europa en Amerika. We verwachten een groei van 8 procent en natuurlijk betekent dat meer keus voor de passagier. Onze eerste schatting is dat de vliegprijs met zo'n 10 procent zal dalen."
Europese Commissie: 'De passagier krijgt
meer keus en een ticket wordt goedkoper'.
Vliegmarkt tussen de VS en de EU in 2007:
-
-55 miljoen passagiers
-
-Dagelijks 385 vluchten in beide richtingen
-
-45 luchtvaartmaatschappijen, waarvan 26 uit de EU
Ook de Nederlandse luchtvaartmaatschappij KLM is enthousiast. Het bedrijf ziet vele nieuwe mogelijkheden om het aanbod te vergroten. Er kunnen zowel goedkope vluchten bijkomen, als dure zakenroutes die passagiers snel en comfortabel op de plek van bestemming brengen, aldus KLM. Het Open Skiesverdrag maakt een rigoureus einde aan de lange reeks historische bilateriale afspraken over het vliegverkeer, die verdere uitbreiding in de weg stonden.
Nieuwe routes
Maar gaat er echt zoveel veranderen nu dit verdrag in werking is getreden? Het is een stap vooruit, al komen er niet onmiddellijk veel nieuwe vluchten bij, concludeert David Henderson van de Europese Associatie van Luchtvaartmaatschappijen: "Sommige maatschappijen springen erop en maken gebruik van de nieuwe mogelijkheden. Andere wachten eerst maar eens af hoe het loopt. Een voorbeeld is wel KLM/Air France, die een lijn beginnen van Londen naar Los Angeles. Dit is iets wat niet had gekund in het verleden."
Lage prijzen, gaat dat lukken?
De hoop is een beetje gevestigd op maatschappijen die bekend staan als prijsvechters. Maar zitten mensen wel te wachten om opgevouwen met een oud broodje kaas naar Amerika te vliegen? Een lange vlucht, weliswaar goedkoop maar wel met weinig service. Een greep uit de reacties op het vliegveld:
-
-"Het hangt ervan af hoeveel beenruimte ik heb. Als er te weinig is, dan is het veel te ver om te vliegen."
-
-"Ja, een goed idee, want de goedkope maatschappijen hebben veel goeds gebracht in Europa. Dat moet ook maar gebeuren met Amerika."
-
-"Ik vind dat lage kosten aangemoedigd moet worden. Ik heb daar geen probleem mee."
-
-"Ik weet het niet. Lage prijzen is misschien ook minder onderhoud, minder goed getraind personeel. Ik denk niet dat ik met een goedkope maatschappij zo ver wil vliegen."
Toch denkt de Europese Associatie van Luchtvaartmaatschappijen dat er ruimte is voor deze goedkope vluchten, al is het moeilijk om écht lage prijzen aan te bieden op grote afstanden, vertelt David Henderson. "De voordelen van prijsvechters zijn minder groot op deze afstanden. Een vlucht kost een vliegtuig, twee teams van bemanning, een overnachting, dat is voor iedereen gelijk. Je kunt er niet nog een extra vlucht tussen stoppen om de kosten te drukken. Bovendien is het aandeel brandstof in de kosten veel hoger bij lange afstanden, dus het is gewoon veel moeilijker".
Tot dusver is het effect van het Open Skies verdrag bescheiden. Dagelijks zullen er ongeveer 14 extra vluchten van en naar Amerika uitgevoerd worden. Nog niet veel op een bestaand aantal vluchten van 770 elke dag.