EU herinnert Servië aan voorwaarden Stabilisatie-en Associatieovereenkomst

Met dank overgenomen van Europees Parlement (EP) i, gepubliceerd op donderdag 25 oktober 2007.

Het Parlement i herinnert Servië eraan dat aan de ondertekening van de Stabilisatie- en Associatieovereenkomst i met de EU i de voorwaarde is verbonden dat het land volledig met het Joegoslaviëtribunaal samenwerkt.

Samenwerking met het Joegoslaviëtribunaal

Het Parlement merkt op dat de recente arrestaties aantonen dat de Servische autoriteiten in staat zijn aangeklaagde oorlogsmisdadigers op te sporen en te arresteren. Het EP benadrukt dat volledige samenwerking met het Joegoslaviëtribunaal niet alleen een internationale verplichting is maar ook een belangrijke stap naar duurzame verzoening in de regio. De huidige samenwerking van Servië met het Tribunaal moet volgens het EP op korte termijn meer vruchten afwerpen.

Het Parlement doet een oproep aan het Servische parlement om de verplichtingen na te komen die voortvloeien uit de uitspraak van het Internationaal Gerechtshof en een verklaring aan te nemen waarin het zijn afkeuring uitspreekt over de genocide in Srebrenica. De leden verzoeken de Commissie i, zodra Servië volledig meewerkt, de Stabilisatie- en Associatieovereenkomst (SAO) onverwijld op te starten.

Volgens het EP is het noodzakelijk, gezien het tijdschema voor de sluiting van het Joegoslaviëtribunaal, dat momenteel voorziet in de afsluiting van de processen in 2008, te overwegen het mandaat van het tribunaal uit te breiden indien aangeklaagde oorlogsmisdadigers na deze datum gearresteerd moeten worden.

Mensenrechten en oorlogsmisdaden

Het Parlement is blij met de nieuwe grondwet van Servië die positieve bepalingen inzake mensenrechten bevat. Het EP merkt echter op dat het rechtskader voor bescherming van minderheden verder verbeterd dient te worden. Het Parlement is bezorgd over twijfelachtige bepalingen aangaande de procedure voor de benoeming, de bevordering en het ontslag van rechters en openbare aanklagers, alsook over het gebrek aan openbare raadpleging of parlementair debat tijdens de voorbereiding van de grondwet.

Het EP is tevreden over het werk van de Servische openbare aanklager voor oorlogsmisdaden, maar betreurt dat binnenlandse processen voor oorlogsmisdaden worden ondergraven door een gebrek aan transparantie en door politieke onwil om niet alleen de directe daders verantwoordelijk te stellen maar de uiteindelijke verantwoordelijkheid hogerop in de bevelsketen te zoeken, bij de personen die opdracht tot de moorden hebben gegeven en bevelsverantwoordelijkheid dragen.

Het Parlement is van mening dat de straffen die het Servische gerechtshof voor oorlogsmisdaden heeft opgelegd aan vier leden van de paramilitaire eenheid "Schorpioenen" voor de executie van zes moslims uit Srebrenica, niet in verhouding staat tot de gruwelijkheid van het misdrijf.

Verder veroordeelt het EP de openlijke kleinering van actoren uit het maatschappelijk middenveld die kritiek uitoefenen op de regering of de aandacht vestigen op gevoelige kwesties zoals oorlogsmisdaden. Het Parlement betreurt de recente stortvloed van politiek gemotiveerde aanvallen en waarschuwt voor het groeiende aantal toespraken in de media waarmee wordt aangezet tot haat en voor het voeren van een politiek tegen mensenrechtenactivisten, journalisten en politici.

Minderheden en regio's

Het Parlement is verheugd dat aan de recente verkiezingen voor de eerste keer in tien jaar etnisch Albanese partijen uit de vallei van Presevo hebben deelgenomen en dat minderheden zowel in de wetgevende als de uitvoerende tak van de overheid zijn vertegenwoordigd. De regio Sand_ak heeft volgens het EP nog steeds bijzondere aandacht nodig. Het Parlement roept de Servische regering op om in samenwerking met lokale politieke actoren beleid te ontwikkelen dat moet voorkomen dat de gemeenschap verder radicaliseert.

Het Parlement roept zijn (sub)commissies buitenlandse zaken en mensenrechten op om de situatie in Vojvodina nauwgezet te volgen. Ten slotte merken de leden van het Parlement op, dat de hervorming van het onderwijssysteem niet alleen verplicht is, maar voor Servië ook de enige manier is om een nieuw waardenstelsel te ontwikkelen voor jongere generaties binnen het huidige democratiseringsproces.