Pál Schmitt, Parlementslid en voormalig Olympisch kampioen
In onze nieuwe serie praten we met Parlementsleden die zich hebben onderscheiden op soms verrassende gebieden buiten de politiek. We spraken met de Hongaarse afgevaardigde Pál Schmitt (fractie Europese Volkspartij en Europese Democraten), momenteel de enige vroegere Olympisch kampioen van het Parlement. Tijdens zijn carrière was Schmitt één van de beste schermers ter wereld, waarna hij ambassadeur werd voor zijn land in Spanje en Zwitserland en, uiteindelijk, Parlementslid.
Meneer Schmitt, u bent voormalig Olympisch (1968, 1972) en wereldkampioen (1970, 1971) schermen. Hoe vond u uw weg van het schermen naar een zetel in het Europees Parlement?
"Tijdens mijn sportieve carrière speelde ik altijd al met de gedachte om een studie te volgen, uiteindelijk studeerde ik dan ook af aan de universiteit, waar ik economie studeerde. Ook ging ik talen leren. Toch dacht ik er toen nog niet aan om lid van het Europees Parlement te worden, vooral omdat het communisme toen zijn greep had op Hongarije, waar één partij de macht uitmaakte. In die tijd konden we zelfs niet dromen van een systeem waar de democratie zou heersen en Hongarije lid zou zijn van de EU en de NAVO."
U bent nu 18 jaar voorzitter van het Hongaars Olympische Comité en al 23 jaar lid van het Internationaal Olympische Comité. Bovendien houdt u zich als vice-voorzitter van de commissie Cultuur en onderwijs bezig met de rol van sport in onderwijs. Wat zijn de waarden die u als schermer verwierf die in uw huidige werk als lid van het Europees Parlement toepast?
"Laat ik voorop stellen dat ik het belangrijk vind om het niveau van onderwijs binnen de EU te verhogen, aangezien het onderwijs de basis is voor de op kennis gebaseerde maatschappij. Mijn sportieve carrière diende me om vaardigheden te verwerven die je nauwelijks ergens anders kan opdoen. Sport leert je te concentreren, een teamgeest op te bouwen, eerbied te hebben voor regels en de capaciteit om pijn en uitputting te verdragen. Wat ik in de eerste plaats aan sport ben verschuldigd is dat ik op 65-jarige leeftijd kan werken. Verder helpt het me bijvoorbeeld bij het voorbereiden op een debat waarin prestaties leveren noodzakelijk zijn."
U bent tevens voorzitter van de EU-delegatie voor Kroatië. Nu het Parlement onlangs een rapport over Kroatië heeft goedgekeurd, hoe ziet u de vooruitzichten van het land?
"Kroatië presteert goed sinds de toetredingsonderhandelingen. Het land is praktisch door het volledige onderzoeksproces heen. Kroatië zou absoluut geen grote last voor de absorptiecapaciteit van de EU zijn, aangezien dit land van 4.5 miljoen inwoners op dit moment al betere economische indicatoren heeft dan veel van de onlangs toegetreden landen, jammer genoeg ook met inbegrip van Hongarije. Als het wetgevende landschap in snel tempo verandert zoals nu het geval is, dat wil zeggen als de ontwerpgrondwet tegen 2008 zou worden goedkeurt, denk ik dat er een kans bestaat voor Kroatië om in 2009 lid te worden. Zo niet, zou 2010 een realistischer scenario zijn."
Het is drie jaar geleden dat Hongarije toetrad tot de Europese Unie. Wat denkt u als lid van het Europees Parlement tijdens deze drie jaar te hebben verwezenlijkt en wat zullen de uitdagingen in de komende tijd zijn?
"Toen wij lid van de EU werden dachten we de gemeenschap te verrijken met onze taal, wetenschap, geschiedenis en cultuur. Ik kan slechts betreuren dat we op economisch gebied minder succesvol zijn geweest. Het is niet gemakkelijk een succesvol lid van het Europees Parlement te zijn als het eigen land niet succesvol is. Toen we toetraden tot de EU in 2004 waren we de koplopers op economisch gebied onder de tien nieuwe landen, nu zijn we jammer genoeg in de achterhoede terechtgekomen. In denk dat vooral de reusachtige staatsschuld van Hongarije, de uitzonderlijk hoge inflatie en het hoge jeugdwerkloosheidscijfer hier debet aan zijn. Ik betreur het ook dat de Hongaarse toetreding tot de eurozone steeds meer vertraagd wordt. Wat we nu kunnen doen is te proberen de fondsen die aan Hongarije binnen de begroting van 2007-2013 worden toegewezen voor convergentie en nationale ontwikkelingsprogramma's efficiënt te gebruiken."