Artikel 19:

18
Artikel 19
20

Een zaak wordt bij het Hof aanhangig gemaakt door middel van een verzoekschrift, dat aan de griffier wordt toegezonden. Het verzoekschrift moet inhouden de naam en woonplaats van de verzoeker en de hoedanigheid van de ondertekenaar, de aanduiding van de partij tegen wie het verzoekschrift is gericht, het onderwerp van het geschil, de conclusiën en een summiere uiteenzetting van de aangevoerde middelen.

Aan het verzoekschrift wordt, indien het strekt tot vernietiging van een handeling, de desbetreffende akte toegevoegd of, in het geval bedoeld in artikel 148 van het Verdrag, een bewijsstuk van de datum der in dat artikel bedoelde uitnodiging. Indien deze stukken niet bij het verzoekschrift zijn gevoegd nodigt de griffier de betrokkene uit deze alsnog binnen een redelijke termijn over te leggen; verval van het recht tot beroep kan niet worden tegengeworpen, indien het verzuim eerst is hersteld na het verstrijken van de termijn van beroep.