Artikel 94: Gemeenschappelijk douanetarief voor Lijsten A1 en A2
De Lid-Staten stellen een gemeenschappelijk douanetarief vast overeenkomstig de volgende bepalingen:
-
a)voor de produkten voorkomende op lijst A1 wordt het gemeenschappelijk douanetarief vastgesteld op het peil van het laagste tarief dat op 1 januari 1957 in een der Lid-Staten werd toegepast;
-
b)voor de produkten voorkomende op lijst A2 neemt de Commissie alle dienstige maatregelen, opdat ten aanzien van deze produkten binnen drie maanden na inwerkingtreding van dit Verdrag tussen de Lid-Staten onderhandelingen worden geopend. Ingeval voor sommige van deze produkten geen overeenstemming is bereikt aan het einde van het eerste jaar na de inwerkingtreding van dit Verdrag, stelt de Raad met gekwalificeerde meerderheid van stemmen op voorstel van de Commissie de toe te passen rechten van het gemeenschappelijk douanetarief vast;
-
c)het gemeenschappelijk douanetarief voor de produkten voorkomende op de lijsten A1 en A2 wordt toegepast vanaf het einde van het eerste jaar na inwerkingtredingtreding van dit Verdrag.
De Lid-Staten stellen het gemeenschappelijke douanetarief tegenover derde landen vast overeenkomstig de volgende bepalingen:
-
a.voor de produkten van lijst A1 op het peil van het laagste tarief der Lid-Staten;
-
b.voor de produkten van lijst A2 moet de Commissie onderhandelingen tussen de Lid-Staten bevorderen. Indien niet binnen een jaar na inwerkingtreding van het Verdrag overeenstemming is bereikt, stelt de Raad met gekwalificeerde meerderheid beslissend het tarief vast op voorstel van de Commissie;
-
c.zowel voor de produkten van lijst A1 als van lijst A2 zal het gemeenschappelijk tarief tegenover derde landen worden ingesteld gelijktijdig met de opheffing der onderlinge belemmeringen volgens het voorgaande artikel, onder a, d.w.z. aan het einde van het eerste jaar na inwerkingtreding van het Verdrag.