EP tegen doodstraf Bulgaarse verpleegsters en Palestijnse arts in Libië

donderdag 18 januari 2007

Externe betrekkingen - 18-01-2007 - 13:41

Het Europees Parlement veroordeelt de uitspraak van het gerechtshof in Libië van 19 december 2006, waarbij vijf Bulgaarse verpleegsters en een Palestijnse arts opnieuw tot de doodstraf werden veroordeeld. Zij hebben in verband met de HIV/AIDS-zaak uit 1999 in het ziekenhuis van Benghazi al acht jaar in de gevangenis doorgebracht.

Het EP verzoekt de bevoegde Libische autoriteiten alle nodige maatregelen te nemen ter herziening en nietigverklaring van de doodstraf en de weg vrij te maken voor een spoedige oplossing van de zaak op humanitaire gronden. Aldus kan Libië de voorwaarden te scheppen voor de voortzetting van een gemeenschappelijk beleid van goede betrekkingen met de EU. De leden doen een beroep op kolonel Gaddhafi om zijn invloed aan te wenden voor een snelle invrijheidstelling.

Het Parlement verklaart volledig solidair te zijn met de slachtoffers van de HIV/AIDS-infectie in Benghazi en wijst op de maatregelen die de internationale gemeenschap heeft genomen om de besmette kinderen hulp te bieden. Ten slotte doet het EP een beroep op de Commissie en de Raad om bij verdere negatieve ontwikkelingen een herziening te overwegen van de EU-Libische betrekkingen op alle terreinen die daarvoor volgens de Unie in aanmerking zouden komen.

De vijf verpleegsters zijn Kristiana Vulcheva, Nasya Nenova, Valentina Siropulo, Valya Chervanyashka en Snezhana Dimitrova. De arts is Ashraf al-Haiui.

Procedure: Gezamenlijke ontwerpresolutie / Debat: 17 januari 2007 / Stemming: 18 januari 2007 / Ontwerpresolutie aangenomen (567-1-7)

 

REF.: 20070112IPR01910