Artikel 1:
De bepalingen betreffende de maatregelen inzake de overschrijding van de buitengrenzen in artikel III-265, lid 2, onder b) i, van de Grondwet laten de bevoegdheid van de lidstaten om met derde landen over overeenkomsten te onderhandelen of overeenkomsten te sluiten onverlet, mits daarbij het recht van de Unie en andere internationale overeenkomsten terzake worden geëerbiedigd.