Artikel 39:
Vanaf 1 mei 2004 storten de nieuwe lidstaten de volgende bedragen overeenkomende met hun aandeel in het kapitaal gestort voor het geplaatste kapitaal als gedefinieerd in artikel 4 i van het statuut van de Europese Investeringsbank:
Polen |
170 563 175 euro |
Tsjechische Republiek |
62 939 275 euro |
Hongarije |
59 543 425 euro |
Slowakije |
21 424 525 euro |
Slovenië |
19 890 750 euro |
Litouwen |
12 480 875 euro |
Cyprus |
9 169 100 euro |
Letland |
7 616 750 euro |
Estland |
5 882 000 euro |
Malta |
3 490 200 euro. |
Deze bijdragen worden gestort in acht gelijke termijnen die vervallen op 30 september 2004, 30 september 2005, 30 september 2006, 31 maart 2007, 30 september 2007, 31 maart 2008, 30 september 2008 en 31 maart 2009.