Afdeling 4 - Gemeenschappelijke bepalingen
Inhoudsopgave van deze pagina:
III-316: Euro
Het meerjarig financieel kader en de jaarlijkse begroting luiden in euro.
III-317: Overmaken saldi door Commissie
De Commissie kan, onder voorbehoud dat zij daarvan de bevoegde instanties der betrokken staten in kennis stelt, de saldi, welke zij in de valuta van een der lidstaten in haar bezit heeft, overmaken in de valuta van een andere lidstaat, voorzover zij gebruikt moeten worden voor de doeleinden die in dit Verdrag zijn bepaald. De Commissie vermijdt dergelijke overmakingen zoveel mogelijk, indien zij saldi beschikbaar heeft of beschikbaar kan maken in de valuta waaraan zij behoefte heeft.
De Commissie onderhoudt de betrekkingen met iedere van de betrokken lidstaten door tussenkomst van de door deze aangewezen autoriteit. Voor de uitvoering van financiële verrichtingen heeft zij toegang tot de centrale bank van de betrokken lidstaat of tot een andere door deze staat gemachtigde financiële instelling.
III-318: Vaststelling financiële regels door Europese wet
-
1.Bij Europese wet
-
a)worden de financiële regels vastgesteld, met name betreffende de wijze waarop de begroting wordt opgesteld en uitgevoerd, alsmede de wijze waarop rekening en verantwoording wordt gedaan en de rekeningen worden nagezien;
-
b)worden de regels vastgesteld betreffende de controle van de verantwoordelijkheid der financiële actoren, met name van ordonnateurs en rekenplichtigen.
De Europese wet wordt vastgesteld na raadpleging van de Rekenkamer.
-
-
2.De Raad stelt op voorstel van de Commissie een Europese verordening vast waarbij de regels en de procedure worden vastgesteld volgens welke de budgettaire ontvangsten waarin het stelsel der eigen middelen van de Unie voorziet, ter beschikking van de Commissie worden gesteld, alsmede de maatregelen welke moeten worden toegepast om, in voorkomend geval, te voorzien in de behoefte aan kasmiddelen. De Raad besluit na raadpleging van het Europees Parlement en de Rekenkamer.
-
3.De Raad besluit in alle in dit artikel bedoelde gevallen tot 31 december 2006 met eenparigheid van stemmen.
III-319: Toezicht
Het Europees Parlement, de Raad en de Commissie zien erop toe dat de financiële middelen waarmee de Unie haar juridische verplichtingen jegens derden kan voldoen, beschikbaar zijn.
III-320: Regulier overleg tussen Commissie, Raad en Parlement
In het kader van de in dit hoofdstuk bedoelde begrotingsprocedures roept de Commissie regelmatig de voorzitters van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie bijeen. De voorzitters nemen alle maatregelen die nodig zijn om het overleg te bevorderen en de standpunten van hun respectieve instellingen, dichter bij elkaar te brengen om de uitvoering van de bepalingen van dit hoofdstuk te vergemakkelijken.