Dr. R.J.H. (Roelof) Kruisinga
Van huis uit doopsgezinde arts en christendemocratisch politicus wiens niet onopgemerkt gebleven politieke leven werd omlijst door een minder spraakmakende, maar glanzende ambtelijke loopbaan op het gebied van de volksgezondheid. Werd staatssecretaris op dat terrein in het kabinet-De Jong i en daarna van verkeer en waterstaat in het kabinet-Biesheuvel i. Als fractievooorzitter van de CHU speelde hij tijdens het kabinet-Den Uyl behendig op twee borden: oppositie voeren en tevens de eenheid bevorderen met regeringspartijen ARP en KVP in aanloop naar het CDA. Werd verrassend minister van Defensie in het kabinet-Van Agt I i. Verzette zich als enige in het kabinet tegen de productie van de neutronenbom i en trad daarom al na drie maanden af. Was daarna senator en vicepresident van de uitvoerende raad bij de Wereld Gezondheidsorganisatie. Riep in eigen kring soms weerstand op door een flinke mate van ijdelheid.
CHU, CDA
functie(s) in de periode 1967-1991: lid Tweede Kamer, fractievoorzitter TK, lid Eerste Kamer, staatssecretaris, minister
Inhoudsopgave van deze pagina:
Roelof Johannes Hendrik (Roelof)
geboorteplaats en -datum
Grijpskerk (Gr.), 27 augustus 1922
overlijdensplaats en -datum
Wassenaar, 7 december 2012partij(en)
-
-CHU (Christelijk-Historische Unie), tot 11 oktober 1980
-
-CDA (Christen-Democratisch Appèl), vanaf 11 oktober 1980
-
-plaatsvervangend directeur-generaal Volksgezondheid, ministerie van Sociale Zaken en Volksgezondheid, van 1964 tot 1 juni 1965
-
-directeur-generaal Volksgezondheid, ministerie van Sociale Zaken en Volksgezondheid, van 1 juni 1965 tot 18 april 1967
-
-staatssecretaris van Sociale Zaken en Volksgezondheid (belast met volksgezondheid), van 18 april 1967 tot 6 juli 1971
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 11 mei 1971 tot 28 juli 1971
-
-fractievoorzitter CHU Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 6 juli 1971 tot 26 juli 1971
-
-staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat (onder meer belast met vervoersaangelegenheden en beheersing lucht- en waterverontreiniging; sinds 1 juni 1972 tevens P.T.T.-zaken), van 28 juli 1971 tot 20 maart 1973
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 20 december 1972 tot 19 december 1977
-
-fractievoorzitter CHU Tweede Kamer der Staten-Generaal, van 1 juli 1973 tot 25 mei 1977
-
-minister van Defensie, van 19 december 1977 tot 4 maart 1978
-
-tijdelijk adviseur WHO (World Health Organization), van 16 augustus 1978 tot 1 juni 1979 (advisering over de rol van de WHO op het gebied van milieubeheer)
-
-lid uitvoerende raad en vicepresident WHO (World Health Organization), van 1 juni 1979 tot mei 1982
-
-lid Eerste Kamer der Staten-Generaal, van 10 juni 1981 tot 11 juni 1991
U ziet een selectie van de loopbaan. In de uitgebreide versie is de gehele loopbaan in te zien.
In de uitgebreide versie is een overzicht van partijpolitieke functies opgenomen.
-
-voorzitter Raad van Toezicht STERLAB (Stichting Erkenning Laboratorium), omstreeks februari 1987
-
-consul-generaal republiek Slovenië, van 1990 tot 2000
afgeleide functies, presidia etc. (2/4)
-
-voorzitter vaste commissie voor de Europese Samenwerkingsorganisaties (Eerste Kamer der Staten-Generaal), van 23 juni 1987 tot 11 juni 1991
-
-plaatsvervangend voorzitter vaste commissie voor Buitenlandse Zaken (Eerste Kamer der Staten-Generaal), van 23 juni 1987 tot 11 juni 1991
U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.
In de uitgebreide versie is een overzicht van de opleiding(en) opgenomen.
als parlementariër-
-Was in de periode 1973-1977 behalve fractievoorzitter tevens woordvoerder buitenlandse zaken en sociale zaken
-
-Interpelleerde op 2 mei 1974 minister-president Den Uyl, de ministers Lubbers en Van der Stee en staatssecretaris Hazekamp over de ontwikkeling van de inkomens in het midden- en kleinbedrijf
-
-Was woordvoerder buitenlandse zaken en volksgezondheid van de CDA-Eerste Kamerfractie. Hield zich ook bezig met landbouwaangelegenheden.
opvallend stemgedrag (0/12)
In de uitgebreide versie is een overzicht van opvallend stemgedrag opgenomen.
als bewindspersoon (beleidsmatig) (3/6)
-
-Wees in oktober 1970, vooruitlopend op de inwerkingtreding van de Wet op de luchtverontreiniging, het Rijnmondgebied aan als saneringsgebied
-
-Diende in 1971 samen met minister Boersma het wetsvoorstel Wet arbeids- en rusttijden zeescheepvaart in. De wet werd door Boersma en Van Hulten in het Staatsblad gebracht. (11.422)
-
-Beperkte in 1973 als staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat de nachtvluchten door straalvliegtuigen op vliegveld Zestienhoven
als bewindspersoon (wetgeving) (3/14)
-
-Bracht in 1971 als staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat een wet (Stb. 645) tot wijziging van de Luchtvaartwet tot stand over geluidshinder. Er kunnen onder meer zones rond luchtvaartterreinen worden vastgesteld waarbuiten de lawaaibelasting een bepaald niveau niet mag overschrijden en waarbinnen niet of slechts in zeer beperkte mate mag worden gebouwd. Het wetsvoorstel was in 1970 ingediend door minister Bakker. (10.724)
-
-Bracht in 1972 samen met minister Boersma de Rijkswet noodvoorzieningen scheepvaart, de Rijksnoodwet vaarplicht en de Rijkswet vaarplicht tot stand (9.427 & 9.975 & 10.339)
-
-Bracht in 1973 een wet (Stb. 96) tot stand tot goedkeuring van de op 20 augustus 1971 te Washington tot stand gekomen overeenkomst inzake de Internationale Organisatie voor telecommunicatiesatellieten (INTELSAT) (11.913)
U ziet een selectie van activiteiten. In de uitgebreide versie is het gehele overzicht van activiteiten in te zien.
algemeen (3/5)-
-Verzette zich in december 1977 tegen de benoeming van VVD-Tweede Kamerlid Ad Ploeg tot staatssecretaris, onder meer vanwege een geschil over diens takenpakket en omdat hij liever een niet-militair als staatssecretaris wilde. Uiteindelijk werd oud-diplomaat en pas gekozen Kamerlid Van Eekelen staatssecretaris namens de VVD.
-
-Trad in 1978 af als minister van Defensie, omdat hij vond dat Nederland afwijzend moest regeren op het Amerikaanse besluit tot het in productie nemen van de Neutronenbom (zie over zijn standpunt in deze zaak: Staatscourant 7 maart 1978, nr. 47)
-
-Na zijn aftreden werd bekend dat de BVD een dossier van hem had bijgehouden gedurende zijn periode als actief politicus en hem als een veiligheidsrisico zag. Dat had vermoedelijk te maken met contacten in Oost-Europa en zijn drankgebruik.
uit de privésfeer (3/4)
-
-Actief in het verzet, onder andere bij illegale bladen; één keer opgepakt door de Duitsers (SD)
-
-Werkte aan het einde van de oorlog voor een geheime dienst en trad vanaf de bevrijding een half jaar op als tolk voor het Canadese leger
-
-Richtte in 1979 het optiebedrijf Cross Options Group op
anekdotes en citaten
-
-Stond bekend als een stevige drinker. Een lade van zijn bureau was wit uitgeslagen, omdat hij daar een tandenborstel en tandpasta bewaarde. Bij bezoek poetste hij snel zijn tanden, zodat er geen alcoholgeur zou zijn te ruiken.
verkiezingen
-
-Was in 1977 nummer 3 op de CDA-kanidatenlijst bij de Tweede Kamerverkiezingen (eerste CHU'er op de lijst)
-
-Werd in 1981 tot Eerste Kamerlid gekozen door Groep III: Noord-Holland en Friesland
niet-aanvaarde politieke functies
-
-minister van Onderwijs en Wetenschappen, juli 1971 (geweigerd)
U ziet een selectie van wetenswaardigheden. In de uitgebreide versie is een overzicht van wetenswaardigheden opgenomen.
literatuur/documentatie-
-Klaas Peereboom, "Kruisinga: 'CDA bekent wel kleur', Het Parool, 19 maart 1977
-
-Bibeb, "'Artsen zijn de aangewezen personen om politicus te worden", Vrij Nederland, 18 augustus 1979
-
-Leon van Damme, "'Hij doorbrak de goede sfeer van camaraderie'. Het aftreden van minister van Defensie Kruisinga en de gevolgen hiervan voor het latere Nederlandse kernwapenbeleid", in: Tijdschrift voor Geschiedenis 125 (2012), 401
-
-Marcel ten Hooven, "Ijdel, tactisch onhandig, maar wel verdienstelijk. Roelof Kruisinga (1922-2012)", in: Jaarboek Parlementaire Geschiedenis 2013, 155
-
-De Tijd, 19 december 1986
In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.
Speciaal voor de verkiezingen voor de Tweede Kamer zijn de biografieën van alle kansrijke (volgens de peilingen) kandidaten in uitgebreide vorm raadpleegbaar op parlement.com.
Voor de overige ruim 5000 biografieën geldt het volgende:
In het digitale biografisch archief van de Stichting PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, parlementaire activiteiten, opleiding en wetenswaardigheden. Voorlopig is het beschikbaar stellen van uitgebreide biografieën, en/of daarop gebaseerde statistische gegevens, opgeschort. Wilt u een uitgebreide biografie inzien? Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.
Op bovenstaande tekst en gegevens zijn auteursrechten van PDC van toepassing; overname, in welke vorm dan ook, is zonder expliciete goedkeuring niet toegestaan. Ook de afbeeldingen zijn niet rechtenvrij.
De biografieën betreffen vooral de periode waarin iemand politiek en bestuurlijk actief is of was. PDC ontvangt graag gemotiveerde aanvullingen of correcties.