Uitvoeringsverordening 2020/594 - Toestemming voor overeenkomsten en besluiten inzake marktstabiliserende maatregelen in de sector levende planten en producten van de bloementeelt
4.5.2020 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 140/17 |
UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2020/594 VAN DE COMMISSIE
van 30 april 2020
tot verlening van toestemming voor overeenkomsten en besluiten inzake marktstabiliserende maatregelen in de sector levende planten en producten van de bloementeelt
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 tot vaststelling van een gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 922/72, (EEG) nr. 234/79, (EG) nr. 1037/2001 en (EG) nr. 1234/2007 van de Raad (1), en met name artikel 222,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De Unie is een van de grootste producenten van levende planten en producten van de bloementeelt (hierna “levende planten en bloemen” genoemd). De totale productiewaarde van de Unie bedroeg 20 miljard EUR in 2019. |
(2) |
Ongeveer 85 % van de productie van levende planten en bloemen in de Unie is bestemd voor de interne markt en de overblijvende 15 % wordt uitgevoerd naar derde landen. |
(3) |
De toeleveringsketen in de sector levende planten en bloemen is in hoge mate onderling verweven en hangt af van een vlotte en efficiënte logistiek om te zorgen voor een goed functionerend marktsysteem voor producten die van nature zeer bederfelijk zijn. |
(4) |
Voorts wordt de productie en de verkoop van levende planten en bloemen gekenmerkt door seizoensgebondenheid. De meeste levende planten en bloemen worden in het voorjaar geproduceerd voor specifieke gelegenheden, zoals Moederdag of Pasen, en kamerplanten worden in kleinere potten geproduceerd overeenkomstig de seizoenvraag. De piek van de verkoop doet zich gewoonlijk in het voorjaar voor. Voor bepaalde deelsectoren, zoals eenjarige perkplanten en snijbloemen, vindt 40 tot 80 % van de verkoop plaats van maart tot en met juni. |
(5) |
De huidige Covid‐19-pandemie en de strenge verplaatsingsbeperkingen voor personen die in de lidstaten zijn ingevoerd, hebben voor de sector levende planten en bloemen tot economische ontwrichting geleid, waardoor de producenten financiële moeilijkheden en liquiditeitsproblemen ondervinden. |
(6) |
Door de verspreiding van de ziekte en de ingevoerde maatregelen zijn minder arbeidskrachten beschikbaar, met name voor het vervoer, waardoor met name de fasen van productie, verzameling, veiling en verkoop van levende planten en bloemen in het gedrang komen. |
(7) |
De verplichte sluiting van openluchtmarkten, tuincentra en gespecialiseerde detailhandelszaken, evenals de sluiting van horecagelegenheden en de annulering van evenementen en festiviteiten hebben de werking van de sector levende planten en bloemen stilgelegd. Verwacht wordt dat de gedeeltelijke heropening van tuincentra en gespecialiseerde detailhandelszaken in sommige lidstaten geen wezenlijke verandering zal brengen in deze situatie, aangezien de toeleveringsketen in hoge mate onderling verweven is en afhangt van een vlot functionerende logistiek en van de opslagcapaciteit, die thans beperkt is. De “social distancing”-maatregen zullen de komende maanden naar verwachting van kracht blijven en zullen zowel de vervoerslogistiek als de verkoop blijven beïnvloeden, aangezien minder consumenten de winkels kunnen betreden. Bovendien zijn grootschalige evenementen, zoals jaarlijkse tuinbeurzen, die de komende maanden zouden plaatsvinden, reeds geannuleerd, evenals andere sociale evenementen waar normaal gesproken bloemdecoratie nodig is, zoals bruiloften. |
(8) |
Bovendien zeggen kopers in de Unie en op de wereldmarkt contracten op en stellen ze de sluiting van nieuwe contracten uit in afwachting van verdere prijsdalingen. Ook wordt de uitvoer getroffen door logistieke problemen, aangezien de uitbraak van de Covid‐19-pandemie in China heeft geleid tot aanzienlijke havencongestie in dat land en elders. De stijging van het aantal geannuleerde afvaarten zal waarschijnlijk minstens tot juni 2020 aanhouden, waardoor minder containers beschikbaar zijn, prijzen aanzienlijk de hoogte ingaan en exporteurs worden geconfronteerd met uitgestelde zendingen. |
(9) |
Dit verstoorde evenwicht tussen vraag en aanbod leidt tot een economische ontwrichting van de sector levende planten en bloemen. Als gevolg van dat verstoorde evenwicht is de vraag naar levende planten en bloemen sterk gedaald, met onmiddellijke en ernstige gevolgen voor de markt. De totale vraag naar levende planten en bloemen op de Uniemarkt is met 80 % gedaald. De veilinghandel is in aanzienlijke mate getroffen. De Nederlandse veilingmarkt, die goed is voor 35 % van de totale verkoop in de Unie, heeft melding gemaakt van een omzetdaling van 85 % medio maart 2020. Hoewel de Nederlandse veilingmarkt zich enigszins hersteld heeft, ligt de omzet nog steeds 30 % lager dan medio april 2019. In andere lidstaten, zoals België en Frankrijk, zijn veilingen en groothandelsmarkten gesloten. Voorts is in bepaalde lidstaten, waaronder Nederland, melding gemaakt van de grootschalige vernietiging van perkplanten, die niet houdbaar zijn, en snijbloemen, die bederfelijk en seizoensgebonden zijn. Dat heeft geleid tot sterke prijsdalingen op de Nederlandse veilingen. Tijdens de week van 16 tot 22 maart 2020, toen de markt is ingestort, lagen de prijzen bijna 60 % lager dan in diezelfde week in 2019. Ook tijdens de weken van 23 tot 29 maart, van 30 maart tot 5 april en van 6 tot 12 april 2020 lagen de prijzen nog steeds 36 % tot 23 % lager dan in dezelfde weken in 2019. |
(10) |
Gezien de bovenvermelde omstandigheden wordt deze situatie beschouwd als een periode van ernstig verstoord marktevenwicht. |
(11) |
Om de sector levende planten en bloemen te helpen bij het vinden van een evenwicht in deze periode van ernstig verstoord marktevenwicht, is het passend landbouwers, verenigingen van landbouwers, unies van dergelijke verenigingen, erkende producentenorganisaties, unies van erkende producentenorganisaties en erkende brancheorganisaties in de sector levende planten en bloemen voor een periode van zes maanden toe te staan overeenkomsten te sluiten en besluiten vast te stellen. Het gaat onder andere om de volgende maatregelen: i) uitdemarktnemingen of gratis verstrekking; ii) gezamenlijke afzetbevordering, en iii) tijdelijke productieplanning. |
(12) |
Dergelijke overeenkomsten en besluiten zouden het volgende kunnen omvatten: i) collectieve uitdemarktnemingen voor een systematische vernietiging van levende planten en bloemen; ii) afzetbevorderingsmaatregelen die de consument aanzetten om levende planten en bloemen te kopen, en iii) collectieve productieplanning voor de coördinatie van de aanplanting van levende planten en bloemen met het oog op de toekomstige opheffing van de beperkingen. |
(13) |
Overeenkomsten of besluiten moeten tijdelijk worden toegestaan voor een periode van zes maanden. Aangezien in deze periode de meeste levende planten en bloemen worden verzameld en op de markt worden gebracht, is dit de periode waarin de maatregelen naar verwachting het grootste effect zullen hebben. |
(14) |
Overeenkomstig artikel 222, lid 1, eerste alinea, van Verordening (EU) nr. 1308/2013 mag de toestemming worden verleend als de goede werking van de interne markt er niet door wordt ondermijnd en de overeenkomsten en besluiten uitsluitend tot doel hebben de sector te stabiliseren. Deze specifieke voorwaarden sluiten overeenkomsten en besluiten uit die direct of indirect leiden tot compartimentering van de markten, tot discriminatie op basis van nationaliteit of tot prijszetting. Indien de overeenkomsten en besluiten niet of niet meer aan deze voorwaarden voldoen, is artikel 101, lid 1, van het Verdrag van toepassing op deze overeenkomsten en besluiten. |
(15) |
De toestemming die bij deze verordening wordt verleend, moet het grondgebied van de Unie bestrijken, aangezien het ernstig verstoorde marktevenwicht zich in de hele Unie voordoet. |
(16) |
Om de lidstaten in staat te stellen te beoordelen of de overeenkomsten en besluiten de goede werking van de interne markt niet ondermijnen en uitsluitend tot doel hebben de sector levende planten en bloemen te stabiliseren, dient aan de bevoegde autoriteiten, met inbegrip van de mededingingsautoriteiten, van de lidstaat met het hoogste aandeel in het geraamde productievolume van levende planten en bloemen waarop die overeenkomsten of besluiten betrekking hebben, informatie te worden verstrekt over de gesloten overeenkomsten en de vastgestelde besluiten en over het desbetreffende productievolume en de looptijd ervan. |
(17) |
Aangezien het marktevenwicht ernstig verstoord is tijdens de periode waarin het merendeel van de verkoop van levende planten en bloemen plaatsvindt, moet deze verordening in werking treden op de dag na die van de bekendmaking ervan. |
(18) |
De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité voor de gemeenschappelijke ordening van de landbouwmarkten, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Onverminderd artikel 152, lid 1 bis, artikel 209, lid 1, en artikel 210, lid 1, van Verordening (EU) nr. 1308/2013 wordt aan landbouwers, verenigingen van landbouwers, unies van dergelijke verenigingen, erkende producentenorganisaties, unies van erkende producentenorganisaties en erkende brancheorganisaties in de sector levende planten en producten van de bloementeelt (hierna de “sector levende planten en bloemen” genoemd) hierbij toestemming verleend om tijdens een periode van zes maanden die ingaat op de datum van inwerkingtreding van deze verordening, overeenkomsten te sluiten en gezamenlijke besluiten vast te stellen inzake uitdemarktnemingen en gratis verstrekking, gezamenlijke afzetbevordering en tijdelijke productieplanning.
Artikel 2
De lidstaten nemen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de in artikel 1 bedoelde overeenkomsten en besluiten de goede werking van de interne markt niet ondermijnen en uitsluitend tot doel hebben de sector levende planten en bloemen te stabiliseren.
Artikel 3
Het geografische toepassingsgebied van deze toestemming is het grondgebied van de Unie.
Artikel 4
-
1.Zodra de in artikel 1 bedoelde overeenkomsten of besluiten zijn gesloten of vastgesteld, stellen de betrokken landbouwers, verenigingen van landbouwers, unies van dergelijke verenigingen, erkende producentenorganisaties, unies van erkende producentenorganisaties en erkende brancheorganisaties de bevoegde autoriteiten van de lidstaat die het hoogste aandeel heeft in het geraamde productievolume van levende planten en bloemen waarop deze overeenkomsten of besluiten betrekking hebben, in kennis van deze overeenkomsten of besluiten, met opgave van de volgende gegevens:
a) |
een raming van het betrokken productievolume; |
b) |
de verwachte uitvoeringsperiode. |
-
2.Uiterlijk 25 dagen na het verstrijken van de in artikel 1 bedoelde periode van zes maanden stellen de betrokken landbouwers, verenigingen van landbouwers, unies van dergelijke verenigingen, erkende producentenorganisaties, unies van erkende producentenorganisaties en erkende brancheorganisaties de in lid 1 van dit artikel bedoelde bevoegde autoriteiten in kennis van het productievolume van levende planten en bloemen waarop de overeenkomsten of besluiten daadwerkelijk betrekking hebben.
-
3.Overeenkomstig Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1185 van de Commissie (2) stellen de lidstaten de Commissie in kennis van het volgende:
a) |
uiterlijk vijf dagen na het verstrijken van elke periode van één maand, de overeenkomsten en besluiten die hun overeenkomstig lid 1 in die periode zijn meegedeeld; |
b) |
uiterlijk dertig dagen na het verstrijken van de in artikel 1 bedoelde periode van zes maanden, een overzicht van de in die periode uitgevoerde overeenkomsten en besluiten. |
Artikel 5
Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 30 april 2020.
Voor de Commissie
De voorzitter
Ursula VON DER LEYEN
-
Uitvoeringsverordening (EU) 2017/1185 van de Commissie van 20 april 2017 tot vaststelling van voorschriften voor de toepassing van de Verordeningen (EU) nr. 1307/2013 en (EU) nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft de aan de Commissie te melden informatie en documenten en tot wijziging en intrekking van diverse verordeningen van de Commissie (PB L 171 van 4.7.2017, blz. 113).
Deze samenvatting is overgenomen van EUR-Lex.